Dagactieve soorten hebben in de regel kleinere ogen en een rondere pupil. Soorten die voornamelijk graven zijn soms zelfs vrijwel blind, maar soorten die in bomen leven hebben over het algemeen een beter gezichtsvermogen. Slechts enkele slangen hebben binoculair zicht en kunnen beide ogen richten op hetzelfde object.
Zintuigen Slangen hebben wel ogen, maar zien meestal slecht. Ze horen geen geluiden, omdat ze geen oren hebben, maar ze voelen wél de trillingen aan de grond. Met hun gespleten tong kunnen slangen wel zeer goed ruiken en proeven.
Een slang heeft slechte ogen. Hij kan maar een paar meter ver kijken en ziet alleen bewegende beelden. Hij gebruikt zijn tong om prooien te vinden. Hij voelt met zijn tong de warmte van een prooi.
Dieren die het allerbeste kunnen zien dat zijn de uilen. Ze kunnen net zo scherp zien als roofvogels. Dat kunnen ze bovendien ook 's nachts. Alleen uilen kunnen niet met hun ogen draaien.
Slangen zijn reptielen, ze voelen koud aan. Ze hebben geen pootjes en glijden over de grond. Ze hebben een schubbenhuid. Er zijn heel veel soorten slangen.
Kleinere dieren
Pythons staan er niet om bekend mensen te eten. Doorgaans eten ze kleinere dieren, bijvoorbeeld konijnen of vogels. Pythons van deze afmetingen kunnen in principe alles eten wat ze willen, maar mensen staan doorgaans niet op hun menu.
Slangen hebben net als veel andere dieren een spijsverteringsstelsel met onder andere een maag, lever en darmen. Bij slangen komt de ontlasting uit de darm en de urine uit de nieren samen in een ruimte. Die ruimte wordt de cloaca genoemd. Slangen poepen en plassen tegelijk.
Daag een vreemde hond nooit uit
Kijk een vreemde hond nooit recht in de ogen, want daarmee daag je hem uit. Het niet recht aankijken, is een effectieve non-verbale vorm van communicatie om een toch al gestreste, angstige of agressieve hond niet verder over de rooie te jagen.
De beelden worden in alle visuele eenheden tegelijk verwerkt door libellen, waardoor ze ongelofelijk goed snelle bewegingen kunnen waarnemen. Met hun samengestelde ogen kunnen ze 360 graden om zich heen kijken. In principe kunnen ze hierdoor naar achteren kijken en hun vleugels op en neer zien klapperen.
Daardoor staan de ogen van prooidieren aan de zijkant van de kop. Dit zorgt ervoor dat ze bijna geheel om zich heen kunnen kijken, maar slecht diepte zien. Voorbeelden van prooidieren zijn het konijn, cavia, paard en vogels (geen roofvogels).
De grootste uitzondering met knipperen zijn de slangen. Zij kunnen namelijk niet hun ogen sluiten. De ogen van slangen kunnen niet uitdrogen. Dit komt doordat er een doorzichtig schub om hun ogen heen zit.
Zo zijn er bijvoorbeeld een paar roofvogels die nóg scherper zicht hebben dan wij. Dat is logisch; zij moeten vanaf grote hoogte kleine prooien kunnen spotten. Chimpansees en andere primaten zien ongeveer net zo scherp als wij doen. Een dier dat net niet aan ons zicht kan tippen, is de kat.
Voor slangen zijn onze winters te koud om actief te kunnen zijn. Daarom gaan ze vanaf oktober tot het voorjaar in winterslaap. Een bekend fenomeen. Minder mensen weten dat de drie in Nederland voorkomende slangen niet gelijktijdig hun slaapje uit hebben.
De waarneming van 't mooiste licht
Bij dieren verschilt het echter welke kleuren zij waarnemen. Zo kunnen zoogdieren slechts twee kleuren waarnemen (2D): Geel en Blauw. Slangen kunnen warmte waarnemen en insecten zien de kleuren groen, blauw en ultra violet.
Honden kunnen alleen geel en blauw tot ultraviolet licht oppikken. Hierdoor kunnen ze geen onderscheid maken tussen de meeste kleuren. Dankzij de ogen aan de zijkant van hun kop, hebben honden een gezichtsveld van 240 graden vergeleken met het menselijke veld van 200 graden. Ook kunnen honden 's nachts heel goed zien.
Ratten met gepigmenteerde ogen zien een wazige wereld met slechts vage kleuren variërend van blauwgroen tot amber en ultraviolet. Het zien van ultraviolette stralen is voor de rat juist handig. Door ultraviolette licht te waarnemen kunnen ratten bijvoorbeeld urine zien.
Troebel beeld, 330 graden zicht
Koeien zien maar zo'n 30 procent van wat de meeste mensen zien. Ze hebben wel een blikveld van 330 graden. Het verschil tussen licht en donker nemen de herkauwers extremer waar. Hun ogen hebben meer tijd nodig om te wennen aan andere lichtverhoudingen.
Volgens sommige fabeltjes zouden libellen scherpe vleugels hebben waarmee ze je kunnen snijden, of ze zouden eitjes kunnen leggen onder je huid. Dit is allemaal niet waar. Spannende libellennamen als paardenbijter en glassnijder berusten op associaties en bijgeloof, niet op feiten.
Kattenogen bevatten daarentegen juist veel minder kegeltjes dan die van mensen. En de kegeltjes zorgen voor het zien van kleuren. Mensen kunnen de 3 primaire kleuren zien: rood, geel en blauw. Katten kunnen maar 2 primaire kleuren zien: geel en blauw (en natuurlijk de combinatie tussen deze twee, namelijk groen).
Ook persoonlijkheid en ras spelen een rol
Honden kiezen als favoriet vaak iemand met hetzelfde energieniveau en dezelfde persoonlijkheid als zijzelf. Daarnaast zijn er hondenrassen die vooral een band opbouwen met één persoon, waarbij de favoriete persoon dus ook vaak de enige persoon is.
Hoewel dit niet concreet bewijst dat honden besef hebben van het verstrijken van tijd, toont het wel aan dat de tijdsduur dat honden alleen gelaten worden, wel degelijk effect heeft op de hond. Omgevingsfactoren, 'Hoe laat ruikt het?' Naarmate tijd verstrijkt, verandert de omgeving.
Honden hebben net als mensen emoties. Ze kunnen blij, boos bang of verdrietig zijn. Je kunt die emoties ook herkennen aan de lichaamstaal van de hond. Een boze hond kan zijn tanden laten zien.
Dergelijke prooien kunnen alleen worden doorgeslikt dankzij de zeer rekbare schedel en huid en de beweeglijke ribben van de slang. Daarnaast heeft het lichaam enkele andere aanpassingen, een voorbeeld is het hart.
De meeste slangen doden hun prooi met hun tanden. Die vlijmscherpe tanden zijn naar achteren gericht.
De meeste slangen zijn vleeseters. Ze eten andere dieren. Bijvoorbeeld kikkers, muizen, slakken en vogels. Grotere slangen eten ook grotere dieren zoals herten of krokodillen.