Druiven houden van een kalkrijke grond. Deze voeding is uniek doordat er kalk in de korrels is verwerkt. Daarnaast hebben druiven behoefte aan veel kali. Kali zorgt voor stevige planten en een goede weerstand tegen ziektes, schimmels en vorst, ook dit is aan deze meststof toegevoegd.
In het voorjaar kan de druif bemest worden met bijvoorbeeld gedroogde koemest (iets verzurend) of bloed- of beendermeel (voor meer kalk in de grond). De meststof moet in ieder geval veel calcium en kalium bevatten. Bij een tekort aan voedingsstoffen (of te weinig zonuren) komt de vruchtzetting niet goed op gang.
Een druif heeft naast kalk ook veel voeding nodig. De plant begint te groeien vanaf maart en groeit door tot in september. Tijdens deze lange groeiperiode moet er voldoende voeding aanwezig zijn.
Druiven hebben veel mest nodig voor een optimaal resultaat. Wanneer je ze bemest, komt niet heel precies; al is begin maart wel een mooi tijdstip. Dan gaat het om druiven in de volle grond. Staat je druif in een kas, dan begint die iets eerder te groeien en moet je hem dus ook iets eerder bemesten.
Bemest een druif ieder jaar, vanaf het eerstvolgende jaar nadat u geplant heeft. Het eerste jaar hoeft u dus niet te bemesten, omdat de plant dan toch maar rustig wortelt (dit moet je niet opjagen). Bekalken mag dus in januari/februari, bemesten in begin maart.
Druiven houden van een kalkrijke grond. Deze voeding is uniek doordat er kalk in de korrels is verwerkt. Daarnaast hebben druiven behoefte aan veel kali. Kali zorgt voor stevige planten en een goede weerstand tegen ziektes, schimmels en vorst, ook dit is aan deze meststof toegevoegd.
Een handje vol voor een druivenplant of struik is voldoende. Strooi het kalk zo'n 20 cm bij de stam vandaan, want de meeste wortels groeien naar de zijkant. Je druif bemesten is essentieel tijdens het voorjaar. Je kan het best eind maart doen, maar niet te snel na het bekalken.
Doet je druif het niet zo goed? Geef je druif een extra groei boost. In mei kan je de druif extra water geven en hem daarmee flink laten groeien. Iedere dag een emmer.
De druif houdt van de zon en van niet teveel wind. Tegen een muur of schutting op het zuiden is daarom een prima plek. Druiven houden van kalkrijke, humusrijke en kleiachtige grond en niet van natte voeten. Geef de druif ook voldoende ruimte, want hij kan flink groeien!
Water geven
Geef de druif één keer per week water. Als je een druif gaat planten moet je de grond ook heel vochtig maken. Bij warme dagen kun je het beste twee keer per week water geven. Ook in de winter moet de grond vochtig blijven.
- Te natte en/of te koude grond in het voorjaar. - Verzwakte plant door onvoldoende voedingsstoffen of door een aantasting van de pokkenmijt. - Slechte standplaats. Een noorden en westenmuur zijn voor de meeste druivenrassen niet bruikbaar.
Hoe langer ze blijven hangen, des te zoeter worden de druiven. Er is echter ook kans op beschadiging door schimmels, wespen of vogels. Probeer de trossen zo gezond en gaaf mogelijk te oogsten, het liefst bij droog en zonnig weer. Verwijder aangetaste of opengebarsten bessen direct.
Een druif kun je het beste twee keer per jaar snoeien: in de zomer (inkorten van de lange scheuten) en in de winter. Wacht bij de wintersnoeibeurt tot al het blad is gevallen, meestal is dat rond begin december.
Op de Etna op Sicilië staan planten van meer dan 200 jaar oud. Lang had een druif in Alto Adige het record in handen. In kasteel Katzenzungen bij het plaatsje Prissiano staat een struik van meer dan 350 jaar oud. Nu is er naar alle waarschijnlijk een nog oudere gevonden in Slovenië.
Plant de druif schuin in de grond zodat de ent 10 cm vanaf de muur staat en de wortels 30 cm. De ent moet net boven de grond uitkomen, zorg voor een ruim plantgat zodat de wortels gelijkmatig kunnen worden uitgespreid. Bij pergola's of andere ornamenten kunt u de druivenplant 10 cm van de paal plaatsen.
Vermoedelijk is het aantal trossen voor de jonge planten nog iets te veel. Een te droge grond of grond die teveel meststoffen (o.a. patentkali) bevat kan dat ook veroorzaken.
Wat gebeurt er wanneer je in de lente zou snoeien? De reden dat je een druivenplant niet snoeit in de lente, is omdat het houtgewas dan zou gaan bloeden. Met het bloeden van planten bedoelen we groot vochtverlies uit de snoeiwonden. Dit bloeden kan zo sterk zijn dat de plant sterk verzwakt of zelfs doodbloedt.
Druiven planten en water geven
En geef de plant ook regelmatig water. De druivelaar zit door de verplanting in de 'stress', en heeft water nodig om aan te groeien. Hoeveel water je moet geven is afhankelijk van het weer en de soort grond waar de druivenplanten in staan.
Een druivenplant heeft simpelweg veel zon nodig. 4 uur zon per dag heeft hij zeker nodig, aangezien de druiven anders niet goed rijp worden.
Na het planten moet je de plant terugknippen tot waar je de eerste étage wilt hebben. Van de nieuwe scheuten die uitlopen moet je 2 scheuten laten groeien, dit kost 1 jaar tijd. In het volgende voorjaar kun je deze twee scheuten uitbuigen naar links en naar rechts, dit is de eerste étage.
De druiven die bruin worden hangen zowel in het zonlicht als in de schaduw. De trossen worden niet volledig bruin, maar enkele druiven worden bruin. Sommige trossen hebben enkele bruine druiven,sommige trossen hebben een 10-tal bruine druiven, de meeste trossen hebben nog geen aangetaste druiven.
Het is een eenvoudig hulpje, maar je kunt meeldauw bestrijden door de aangetaste bladeren te besproeien met melk. Meng 40% melk en 60% water en vernevel dit met een plantensproeier op de bladeren. Na een tijdje zie je dat je planten er terug gezonder bij staan.
Tussen maart en april kun je de bodem rondom de boom verrijken met organische meststof. Staat de boom op een ondergrond van zand, dan kun je ervoor kiezen om in juli nog een keer te bemesten. Net als een appelboom heeft een pruimenboom geen kunstmest nodig om goed te gedijen.