Avondrood ontstaat rond zonsondergang als het zonlicht valt op kleine stofdeeltjes die in de atmosfeer zweven. Het licht wordt dan verstrooid en dat levert een rode kleur op. Spectrum: De rode tinten (rechts) worden het minst verstrooid. Avondrood valt vaak samen met helder en rustig weer.
Die gekleurde horizon in de avond is voor veel mensen een teken dat het morgen mooi weer wordt, morgenrood daarentegen zou een voorbode voor regen zijn. Het gezegde is immers: "Avondrood, mooi weer aan boord.
Het avondrood is te zien rond zonsondergang. Het ontstaat doordat het witte zonlicht in zijn lange tocht doorheen de atmosfeer verstrooid wordt door de interactie met zuurstof en stikstof. Daarbij blijft de rode kleur behouden. Avondrood ontstaat vaak door de aanwezigheid van minuscule stofdeeltjes in de atmosfeer.
Wanneer er veel vocht in de lucht zit vindt meer verstrooiing plaats. Hierdoor is de lucht overdag minder blauw en rond zonsondergang zie je meer oranje en rode kleuren.
Een bekend gezegde is: 'Morgenrood water in de sloot, avondrood, mooi weer aan boord'. De gedachte hierachter was dat de toenemende luchtvochtigheid een voorbode zou zijn voor meer wolken en regen.
"Avondrood, mooi weer aan boord, morgenrood, regen in de sloot." Dit bekende gezegde, waarvan alleen al de Nederlandse taal zo'n tweehonderd varianten kent, is een van de populairste en oudste weerspreuken. De Griekse geleerde Theophrastus (372-287 v. Chr.) zag het morgenrood al als de betrouwbaarste regenverwachting.
Wanneer de lucht droog, kraakhelder en schoon is dan zie je meestal alleen rondom de zon een geel-oranje of oranje-rode gloed. Is er meer vocht in de lucht, dan vindt er meer verstrooiing plaats waardoor de lucht overdag minder blauw is. Rond zonsondergang zie je dan echter wel meer oranje en rode kleuren.
Tegen dat het licht die grote afstand heeft afgelegd, is al het licht met de korte golflengten (blauw) reeds verstrooid en bereikt het onze ogen niet meer. Enkel het licht met de langere golflengten (rood) bereikt nog onze ogen, zodat we een rode schijn zien.
De hemel kleurde daar namelijk felroze. Waar kwam dat door? De gekleurde lucht werd veroorzaakt door lampen van de kassen in die regio. Bepaalde kleuren ledlampen zouden ervoor zorgen dat planten beter groeien.
Het zonlicht wordt dus meer en meer verstrooid in alle richtingen. Vooral kortgolvig licht is daar gevoelig voor. Stilaan raken al de kortgolvige kleuren (paars, blauw, later ook groen en geel) als het ware weggefilterd door de verstrooiing. Wat overblijft is rood licht.
Als de lucht dan toch rood is, wijst dat in de regel op waterdamp en een hoge luchtvochtigheid. Vanuit het westen nadert dan vaak een storing, terwijl de zon, die in het oosten opkomst, nog eventjes weet door te breken. Dit is dus meestal niet voor lang. Vandaar de oude weerspreuk: Morgenrood, water in de sloot.
Het zonlicht wordt tijdens deze lange route verstrooid en gebroken door stofdeeltjes of waterdamp. Daardoor wordt het van nature witte zonlicht ontleed in verschillende kleuren. Het rode licht wordt het minst verstrooid en blijft vaak zichtbaar. 's Ochtends zweeft er meestal nog niet zoveel stof in de lucht.
Morgenrood, water in de sloot, luidt een oude weerspreuk. Dat zou betekenen dat we in de regio op korte termijn te maken krijgen met neerslag. Een blik op de weerkaart lijkt de zegswijze te bevestigen. Of er ook sprake zal zijn van winterse neerslag, moet nog blijken.
De opvallende rups van het groot avondrood wordt vaak in tuinen gevonden op fuchsia, kattenstaart en waterdrieblad. Zeer algemeen. Komt verspreid over het hele land voor. RL: niet bedreigd.
Voornamelijk blauw licht wordt weerkaatst, terwijl het rode licht ons oog wel bereikt. "Rood komt veel meer aan. Blauw wordt makkelijker gereflecteerd en is voor het oog dus een stuk minder sterk zichtbaar." Zodoende ontstaan een rode of roze lucht.
De meest indrukwekkende tinten krijg je wanneer in westelijke richting een dik pak wolken hangt, terwijl in het oosten de horizon helder is. Voor een mooie zonsondergang heb je dan weer heldere luchten in het westen nodig en een dik pak wolken in het oosten.
Het paarse licht is een combinatie van rood, wit en blauw licht. In de sterkte zoals het in de kas van de familie Schouten hangt, is het geen volledige vervanging van daglicht. Het wordt gebruikt om in de donkere korte dagen de dag wat te verlengen, vertelt Schouten.
In werkelijkheid is de lucht violet. Vogels, vlinders en bidsprinkhaankreeften kunnen dat voor je bevestigen. De reden dat wij mensen een blauwe lucht zien, is dat ons oog wat minder gevoelig is voor paarse tinten dan voor hemelsblauw.
Dat avondlicht bevat dus minder blauw licht dan gewoonlijk en lijkt dus roder. Vermits de zon dan laag staat, kan het licht de onderzijde van de wolken beschijnen. Als je het fenomeen waarneemt na zonsondergang, heeft het waarschijnlijk te maken met lichtvervuiling.
Het licht van de zon lijkt wit te zijn, of kleurloos. Maar eigenlijk is het licht opgebouwd uit allerlei kleuren. Dit zie je heel goed bij een regenboog. Dan valt het licht uiteen in verschillende kleuren: rood, oranje, geel, groen, blauw, indigo en violet.
Het blauwe licht zal er nu bijna niet meer doorkomen: het wordt alle kanten op verstrooid. Het rode deel van het spectrum wordt weinig verstrooid, gaat gewoon rechtdoor, en zorgt zo voor de prachtige rode kleur van de ondergaande zon.
De kleur van de lucht wordt bepaald door de lichtinval van de zon op de verschillende (lucht)deeltjes in onze atmosfeer. Al het zonlicht is wit. Wit licht is echter een samenstelling van rood, oranje, geel, groen, blauw, indigo en violet.
Morgenrood, water in de sloot
Ook bij zonsopkomst kan de hemel rood kleuren. De zon komt op in het oosten en schijnt dan door hoge bewolking. Ons weer is vaak afkomstig uit het westen en bij ochtendrood reikt de voorste bewolking van een neerslagzone al tot boven Duitsland.
Het noorden, het zuiden, het oosten en het westen. Dat zijn de 4 windrichtingen van een kompas. De zon komt op in het oosten en gaat onder in het westen.
Bij de zonsopgang en zonsondergang staat de zon laag aan de horizon en legt het licht leen langere weg door de atmosfeer af. Door het stof in het atmosfeer wordt een deel van het lichtstralen verstrooid in het spectrum van kleuren en verandert de hemel van geel naar oranje en rood.