21% btw. Het algemene btw-tarief van 21% geldt voor alle producten en diensten die niet zijn vrijgesteld, en die niet onder het 9%-tarief of het 0%-tarief vallen.
In principe valt kleding in het hoge btw-tarief, oftewel 21%. Maar let op: het repareren van kleding valt onder het laag btw-tarief van 9%. Voor bepaalde werkzaamheden van woningen van 2 jaar en ouder geldt ook het verlaagde btw-tarief van 9% als het gaat om isoleren, schilderen, stukadoren en behangen.
Het standaardtarief is 21% en wordt het hoge btw-tarief genoemd.9% is het lage btw-tarief. Tot slot het nultarief, dan wordt er 0% btw berekend. De drie btw-tarieven zijn op verschillende producten of diensten van toepassing.
12% – maaltijden en enkele uitzonderingen
Op verkochte maaltijden die ter plaatse worden geconsumeerd dient 12% btw te worden betaald. Wordt de maaltijd daarentegen afgehaald (en dus niet ter plaatse geconsumeerd) dan is het toepasselijk btw-tarief 6%, zie verder voor het lijstje van 6%.
Eten en drinken (niet-alcoholhoudend) in horecabedrijven valt onder het 9%-tarief.
Alcoholhoudende dranken vallen onder het 21%-tarief. Niet-alcoholhoudende dranken en alcoholarme dranken vallen onder het 9%-tarief.
9% btw. 9% is het verlaagde btw-tarief. Het geldt onder meer voor etenswaren en sommige diensten. Meer hierover leest u bij Goederen met 9% btw en Diensten met 9% btw.
Het 21%-tarief geldt voor alle goederen en diensten die niet vrijgesteld zijn, en die niet onder het 9%-tarief of het 0%-tarief vallen.
Voorbeelden van producten met een 9% btw-tarief:
Voedsel (groente, fruit, brood, vlees, vis, zuivel en eieren)* Drank (frisdrank, water, vruchtensap, alcoholvrije dranken, géén alcoholische dranken)
Voor bijna alle voedingsmiddelen geldt een btw-tarief van 9%, ook wel het lage btw-tarief genoemd.
Het isoleren, schilderen, stukadoren en behangen van woningen die ouder zijn dan 2 jaar valt onder het 9%-tarief. Ook het schoonmaken in woningen valt onder het 9%-tarief. Hierbij geldt dat de woning niet ouder dan 2 jaar hoeft te zijn.
6% btw-tarief
Vis, schaal-, schelp- en weekdieren, melk en zuivelproducten, eieren, honing.
Goed om te onthouden is dat 21% BTW altijd geldt op materiaal. Op een factuur is het dan ook belangrijk dat je arbeidsuren en materiaal apart zet in het geval dat er 9% BTW gerekend kan worden over arbeidsuren.
In de voedingssector geldt dit voor de basisingrediënten: vlees en vis, zuivel, groenten en fruit, vetten en olie … Ook voor tijdschriften, geneesmiddelen, vervoer, hotels, cultuur, bloemen of fietsherstellingen reken je 6%.
Wat vermeld je op de factuur wanneer de btw verlegd is? Wanneer je een btw-verlegde factuur stuurt, breng je geen omzetbelasting in rekening.Op de factuur vermeld je dan dat het is verlegd en je rekent met een btw-percentage van 0%.
Een zzp timmerman moet op zijn factuur BTW vermelden. Dat is belasting die jij moet betalen als klant, maar de timmerman moet het weer doorbetalen naar de belastingdienst. Voor arbeidsloon wordt een BTW tarief van 6 procent berekend.Voor materiaal wordt een BTW tarief van 21 procent berekend.
In het regeerakkoord heeft de huidige coalitie afgesproken de btw op groente en fruit te verlagen van 9% naar 0%. In een brief aan de Tweede Kamer in oktober geeft het kabinet aan te streven naar een invoering van een btw-nultarief per 1 januari 2024.
Ook hier is sprake van een combinatie van producten, namelijk: snoep (9% btw) en speelgoed (21% btw).
Diensten die rechtstreeks verband houden met de levering van water, vallen onder het 9%-tarief. Bijvoorbeeld: aanleggen, verplaatsen, onderhouden, herstellen en verhuren van watermeters, brandleidingen, bouwleidingen, dienstleidingen en standpijpen.
Een particulier hoeft bij de verkoop van tweedehands goederen geen btw te rekenen, omdat hij niet btw-plichtig is. Een ondernemer moet wel btw in rekening brengen. Hij rekent de btw echter niet over de hele verkoopprijs, maar alleen over de winst die hij maakt. Het is belasting over de 'toegevoegde waarde'.
Wanneer je vlees koopt in de supermarkt, dan betaal je hier 9% BTW over.Wanneer je vlees koopt in een restaurant, betaal je hier ook maar 9% over. Dit tarief geldt ook voor bezorging en/of afhaalmaaltijden.
U mag de btw alleen in aftrek brengen als u het eten en drinken niet afneemt als eindgebruiker. Dit is het geval wanneer u als ondernemer deze prestatie doorbelast aan een derde, waarbij u btw in rekening brengt. Op de factuur geeft u dan aan dat het gaat om het verstrekken van eten en drinken voor gebruik ter plaatse.
Laag BTW-tarief op voedingsmiddelen
Eet -en drinkwaren voor menselijke consumptie die aan de eisen van de Warenwetgeving voldoen, worden door de belastingdienst aangemerkt als voedingsmiddelen. Hier wordt 9% BTW over geheven.
Hoofdregel De kosten van kleding en persoonlijke verzorging worden beschouwd als privé-uitgaven, en zijn in beginsel niet aftrekbaar. Ook wanneer je vindt dat het voor je beroep van belang is dat je er 'netjes uit ziet' , is dat geen argument voor belastingaftrek.