Behandeling ventrikelfibrilleren
Ventrikelfibrilleren gaat nooit spontaan over. Er is een elektrische schok nodig met een defibrillator of AED. De schok kan het hart weer in het normale ritme krijgen. Na een succesvolle reanimatie is de behandeling erop gericht om ventrikelfibrilleren te voorkomen.
De meest toegepaste behandelingen om uw hartritme weer normaal te krijgen zijn: Medicijnen. Bijvoorbeeld bètablokkers, calciumblokkers of digoxine. Let op: deze medicijnen genezen de hartritmestoornis niet.
Als je hartkloppingen hebt, haal je vaak veel te snel adem. Om controle te krijgen over die ademhaling is het goed ademhalingsoefeningen te doen. Zoek bijvoorbeeld een rustig plekje om controle te krijgen over je ademhaling en tot rust te komen. Probeer door je buik te ademen.
Zo was een harslag in rust tussen 51 en 80 slagen per minuut gelinkt met een 40 tot 50 procent hoger risico op een vroege dood, in vergelijking met degene met een hartslag onder de 50 slagen.
Wat de maximale hartslag is, verschilt per persoon. Normaal ligt de hartslag van een volwassene in rust tussen de 60 en 100 slagen per minuut. Bij inspanning kan deze oplopen naar 180, soms zelfs boven de 200. Het is geen probleem als je hartslag niet te snel oploopt en na afloop weer geleidelijk afzakt.
Neem direct contact op met de huisarts als je naast hartkloppingen ook nog andere klachten hebt, zoals: pijn op de borst. kortademigheid of benauwdheid. duizeligheid of flauwvallen.
Ook mensen die extreem sporten kunnen hartritmestoornissen ontwikkelen. En er zijn ook erfelijke vormen die weinig symptomen geven, maar soms tot een plotse dood leiden, ook op jonge leeftijd. Dat is weliswaar heel uitzonderlijk. Die patiënten verwijzen we door naar onze cardiogeneticakliniek.
Bij hoesten verhoog je de druk in de borstkas. Dit verbetert de bloedstroom en zo kan een hartstilstand worden voorkomen. Bij een hartstilstand buiten het ziekenhuis heeft hoesten geen zin.
Het maakt voor uw levensverwachting niet uit of uw hartritme vooral door het normale sinusritme of door boezemfibrilleren wordt bepaald. De bovengenoemde behandelingen hebben als doel uw kwaliteit van leven te verbeteren, door uw hartklachten te verminderen.
Hevige of langdurige stress is een risicofactor voor hart- en vaatproblemen, zoals slagaderverkalking, hoge bloeddruk, vaatkramp, hartinfarct en hartritmestoornissen.
Bij ventrikelfibrilleren wordt iemand plots onwel en raakt hij/zij buiten bewustzijn. Er is bovendien geen polsslag voelbaar (hartstilstand). Soms voelt de patiënt vlak daarvoor duizeligheid, pijn op de borst, benauwdheid of hartkloppingen.
Geen normale ademhaling: start direct met 30 borstcompressies. Zet je handen midden op de borstkas. Duw het borstbeen 5 à 6 centimeter in. Doe dit 30 keer in een tempo van 100-120 keer per minuut.
Een normaal ritme bij een volwassen persoon is tussen de 60 en 70 slagen per minuut. Een versnelde hartslag van 100 tot 130 slagen per minuut noemen we ook wel een langzame kamertachycardie.
digoxine. Digoxine behoort tot de groep geneesmiddelen die hartglycosiden worden genoemd. Digoxine verbetert de pompkracht van het hart en zorgt voor een regelmatige rustige hartslag. Artsen schrijven het voor bij hartfalen en hartritmestoornissen.
Bel met uw huisarts als u een of meer van deze klachten heeft: Als u voor het eerst hartkloppingen krijgt die niet overgaan als u een paar minuten rustig zit. Als u ineens een heel onregelmatige hartslag krijgt: het hart klopt ineens sneller en dan ineens weer langzamer.
Schade aan hart door virus
Bekend is al dat zich onder de ernstige zieke COVID-19-patiënten, veel hart- en vaatpatiënten bevinden. Zij kunnen ernstige complicaties zoals hartfalen of een ontstoken hartspier oplopen en zelfs overlijden.
Uitleg van de arts over de aandoening en geruststelling dat er niets structureels mis is aan het hart, kunnen soms al stress en angst wegnemen. Regelmatig sporten doet de rusthartslag ook dalen. Als je veel last hebt van hartkloppingen, kan medicatie overwogen worden die de hartslag doet dalen, met name bètablokkers.
Hoe hartslag en bloeddruk invloed hebben op elkaar
Doordat je hart het bloed door je lichaam pompt, ontstaat er bloeddruk, oftewel druk op je bloedvaten. Als je bloedvaten heel nauw zijn, zal je hart harder zijn best moeten doen en ontstaat er een hogere bloeddruk.
1 - 2 jaar: 100 - 150. 2 - 5 jaar: 95 - 140. 5 - 12 jaar: 80 - 120. ouder dan 12 jaar: 60 - 100.
Je hartslag past zich aan
Tijdens je slaap is je hartslag het laagst. De hartslag kan dan teruglopen naar minder dan 50 slagen per minuut. Dit komt omdat je organen en spieren dan weinig zuurstof nodig hebben.
Klachten die veel voorkomen bij een hartritmestoornis zijn hartkloppingen, hartoverslagen, een pijnlijk of drukkend gevoel op de borst, zweten, misselijkheid, een licht gevoel in het hoofd, of een een onprettig, angstig of benauwend gevoel.
Flauwvallen door een hartritmestoornis treedt eerder op tijdens het sporten en wordt vaak voorafgegaan door hartkloppingen of pijn op de borst. Bij hartkloppingen kun je het gevoel hebben dat je hart op hol slaat, dat het uit je borstkas zal springen. Je kunt ook het gevoel hebben dat je hart 'overslaat'.