'Beweeg regelmatig en eet gezond' is een advies dat iederéén ter harte kan nemen. Voor Parkinsonpatiënten is het echter nóg belangrijker om uitgebalanceerd voedsel te eten. Dus veel fruit, groenten en andere complexe koolhydraten zoals graan en koren en bepaalde proteïnen.
Emoties, aandacht en spanningen verergeren het trillen. Geleidelijk kan het trillen uitbreiden naar uw andere hand, uw armen, benen en soms zelfs naar uw kaak, tong, voorhoofd en oogleden.
Er is behoefte aan een wetenschappelijk advies over het gebruik van vitamine D bij de ziekte van Parkinson. Een tekort van vitamine B12 kan onder andere leiden tot anemie (normo- of macrocytair), onverklaarde polyneuropathie en cognitieve klachten.
Veel mensen met parkinson krijgen te maken met gewichtsverlies. Het gewichtsverlies heeft vaak meerdere oorzaken, zoals een verminderde eetlust, kauw- en slikproblemen, moeite met het bereiden van maaltijden, of overtollige bewegingen (dyskinesieën).
Mensen met de ziekte van Parkinson hebben vaker zicht- en oogproblemen zoals wazig zien, symptomen van droge ogen, moeite met diepte inschatten en dubbelzien, dan mensen van dezelfde leeftijd zonder de aandoening.
Niet alle parkinson patiënten krijgen pijn maar het komt wel veel voor, met name als spierpijn, gewrichtspijn, verkramping, bewegingsdrang en zenuwpijn. Als mensen met parkinson ook last krijgen van stemmingswisselingen en depressie, kunnen zij er minder goed mee omgaan en ervaren daardoor meer pijn.
Voor mensen met de ziekte van Parkinson geldt dat zij rijgeschikt zijn voor de rijbewijzen A, B en BE (motorfiets, auto en auto met aanhanger, groep 1) als er geen relevante lichamelijk en of geestelijke functiebeperkingen zijn die interfereren met de geschiktheid tot het besturen van motorrijtuigen.
Veel mensen met Parkinson hebben last van apathie (lusteloosheid). Dit zorgt voor een verminderde kwaliteit van leven van zowel de patiënt als hun naasten. Er wordt onderzoek gedaan of medicijnen invloed kunnen hebben op de hoeveelheid dopamine, wat mogelijk apathie bij patiënten kan verminderen.
Resultaten. Zoals verwacht was de levensverwachting voor mensen met de diagnose ziekte van Parkinson korter dan voor de mensen in de bijpassende controlegroepen, gemiddeld 2 à 4 jaar. Het verschil hing sterk af van de leeftijd waarop de diagnose plaats vond.
Er is GEEN ENKEL BEWIJS dat stress Parkinson veroorzaakt. Wél verergert stress de symptomen van de ziekte. Bijvoorbeeld trillen en pijn. Hier geldt: hoe meer stress, hoe sterker de symptomen worden.
Het Radboudumc heeft onderzoek gedaan naar fietsen in combinatie met de ziekte van Parkinson. Met dit onderzoek kwam naar voren dat fietsen de Parkinson patiënten helpt en het effect van fietsen zelfs vergelijkbaar is met het gebruik van medicijnen voor deze ziekte.
Parkinson is een progressieve, degeneratieve ziekte, dat wil zeggen dat de ziekte in de loop der jaren verergert. Symptomen kunnen soms voor langere tijd stabiel blijven om daarna weer te verergeren.
Bij de ziekte van Parkinson kan het eten en drinken op den duur moeizamer gaan. Er kunnen klachten ontstaan zoals verminderde eetlust, kauw- en slikproblemen, misselijkheid, obstipatie (verstopping) en gewichtsverlies. Door te letten op uw voeding kunnen deze klachten worden verminderd.
Brain Food zoals kip, zeevruchten, peulvruchten, amandelen, avocado's en bananen zit boordevol aminozuren, waaruit je hersenen dopamine kunnen aanmaken.
Parkinson veroorzaakt traagheid in bewegen, in denken, handelen en communicatie. Onder tijdsdruk en stress verergert het. Tip: straal rust uit, doe kalm aan, neem uitgebreid de tijd en jaag de persoon niet op. Praat niet te snel en wacht rustig op een antwoord.
Parkinson herken je ook aan de aparte manier waarop je beweegt. Tijdens het lopen kun je meer gaan sloffen en schuifelen en meer voorovergebogen lopen. Soms blokkeren je voeten plotseling tijdens het lopen ('Freezing of gait'). Je voeten lijken 'vastgeplakt' aan de grond.
De ziekte van Parkinson is een aandoening van de hersenen, waarbij bepaalde zenuwcellen in de middenhersenen afsterven. Deze cellen maken de stof dopamine aan. Dopamine is noodzakelijk voor het controleren van lichaamsbewegingen. Parkinson is een progressieve ziekte.
Heeft je naaste de ziekte van Parkinson, dan is er een aanzienlijke kans dat ze ook dementie krijgt. Dat gebeurt bij 35 tot 55 procent van de mensen met Parkinson. Parkinson-dementie ontstaat in het hersengebied dat door de ziekte van Parkinson is aangetast, en begint meestal 10 tot 15 jaar na het begin van de ziekte.
Bepaalde oefeningen kunnen nuttig zijn voor specifieke motorische symptomen van Parkinson: Tai Chi en yoga zijn goed voor de balans. Dansen en boksen zijn goed om de coördinatie en wendbaarheid te verbeteren. Zittende oefeningen (bewegen met uw armen) voor wanneer u kampt met evenwichtsproblemen.
Door te weinig dopamine worden signalen in de hersenen niet of niet goed doorgegeven. Ook andere hersencellen en stoffen in de hersenen werken minder goed. We weten nog niet waarom de hersencellen die dopamine maken afsterven. Bij jonge mensen die de ziekte van Parkinson krijgen, kan het erfelijk zijn.
De aandoening is dan multifactorieel erfelijk. Bij ongeveer 15 op 100 (15%) van de mensen met Parkinson kwam de aandoening al eerder in de familie voor. Maar bij minder dan 5% van de mensen met Parkinson wordt een erfelijke aanleg gevonden.
Medicamenteus parkinsonisme
Deze ziekte ontstaat door bepaalde medicijnen, zoals antipsychotica, lithium, medicijnen tegen misselijkheid, calciumkanaalblokkers, anti-epileptica en sommige soorten antibiotica. Je krijgt meestal last van stijve spieren en beweegt traag. Soms beven je armen of benen.
Dat veroorzaakt beven van de spieren en problemen met bewegen. Nu is er nieuw bewijs dat Parkinson een auto-immuunziekte is. Dat geeft nieuwe inzichten in behandelmogelijkheden. Het afsterven van dopamine producerende hersencellen veroorzaakt de symptomen van de ziekte van Parkinson.
Hoofdpijn, wazig zien, draaierigheid en vermoeidheid. Psychische bijwerkingen, zoals depressie, slapeloosheid, nachtmerries en dementie kunnen ontstaan of verergeren. Neem contact op met uw arts als u al psychische klachten heeft, zoals depressie. Neem ook contact op als u last krijgt van bovenstaande klachten.
Tijdens de rijtest kijkt de deskundige of uw (medische) situatie geen probleem vormt om veilig te kunnen rijden. Na afloop van de rijtest hoort u direct hoe het is gegaan. Soms is vervolgonderzoek nodig, een training of een aanpassing aan het voertuig. De deskundige geeft de uitkomst door aan de arts van het CBR.