De duiven krijgen meestal twee keer per dag granen en peulvruchten (o.a. maïs, erwten, tarwe, gerst) en minstens één keer per dag schoon drinkwater. Fabrikanten van dierenvoer mengen de granen en peulvruchten, zodat je een kant-en-klare 'mengeling' bij de dierenspeciaalzaak kunt kopen.
Op het menu staat voornamelijk plantaardig materiaal, zoals zaden, knoppen en bladeren. Net als oogstresten (granen) zijn deze te vinden op akkers, maar ook in de bebouwde omgeving is voldoende voedsel te vinden. Zoals in tuinen, maar ook rondslingerende etensresten zijn in trek.
Buiten de vraag of het wettelijk gezien mag, is brood of ander 'menseneten' niet goed voor vogels. Dit geldt niet alleen voor duiven, maar ook voor de eendjes en ganzen in het park. Brood is eenzijdig voedsel én er zit teveel zout in. De Vogelbescherming geeft aan dat broodkruimels geen kwaad kunnen, maar met mate.
Je kunt de duif wel helpen met aansterken. Geef de vogel een paar dagen wat water en extra voer. Geadviseerd wordt in eerste instantie een universele vogelmix. Als je die niet in huis hebt kun je ook granen- (vogelmix) of peulvruchten, vetbollen zonder netje, rozijnen en ongekruide pinda's of pindakaas geven.
Maïs. Maïs is ontegensprekelijk een van de beste duivenvoeders, het is arm aan ruwe celstof, zeer verteerbaar en een van de rijkste aan vet van alle granen. Het wordt zeer graag gegeten in al zijn vormen, grootte en kleur.
Een duif kan geen twee dagen zonder water maar wel zeven dagen zonder eten.
Je mag vogels gerust ongekookte rijst geven. In laden waar de rijst groeit wordt het ook zo van de planten af gegeten door vogels.
Een duif heeft water nodig voor de geleiding en vertering van het voedsel. Per dag drinkt een duif ongeveer 50 ml water. Als er jongen te voeren zijn, is dit het dubbele. Het beste is om duiven elke dag vers kraanwater te geven.
Het gaat erom dat rijst (witte rijst) een belangrijke bijdrage kan leveren aan duivenvoer, met name voor de laatste (2) voedingen. Zeker als het heet is en zeker als we denken aan onze jonge duiven op de vlucht.
Havermout: havermout kan je zowel als strooivoer op de grond gebruiken als op de voedertafel. Zaadeters zoals mussen, mezen, vinken, groenlingen en roodborstjes houden hiervan. Meelwormen en insecten: bevatten veel proteïnen en zijn bijzonder voedzaam voor vogels.
Duiven zijn de enige vogels die kunnen drinken zonder hun kop op te tillen. Ze hoeven het water niet op te scheppen en in hun keel te laten lopen, maar houden hun snavel in het water en zuigen het omhoog.
Stadsduiven vind je op plekken waar mensen noncha- lant met hun voedsel omgaan dus vooral in de bebouwde omgeving. Ze lusten bijna alles: broodresten, stukjes friet, zaden van planten. In de menselijke omgeving is van alles te vinden.
duiven zijn kieskeurig en zullen dat eten wat goed voor hen is, en zullen niet eten wat niet goed voor ze is. groenten: wortelen, petercelie, allerhande kruiden die in snoepzaad zit, geen fruit, geen planten, wel pindanoten maar dan ongebrand en ongezouten.
Er zijn verschillende geuren waar duiven niet van houden. Sterke kruidengeuren als van peper, knoflook of mottenballen staan ze niet aan en kun je dus in je tuin verspreiden.
Duiven en andere vogels staan er om bekend dat ze een hekel hebben aan sterke kruiden en pittige specerijen. Strooi dus cayennepeper, knoflook, peper of kaneel op je balkon als je wilt dat de duiven weggaan.
Duiven krijg je tam door ze alleen uit de hand voer te geven. Ga er bij zitten en laat voer uit de hand op de grond tussen je benen vallen wat ze dan kunnen eten. Geen bak voer in de kooi laten staan.
Voor het koppelen moet er licht gevoerd worden. Het liefst met een winter of rust mengeling. Je kunt ook een Zuivering, Recup of Start mengeling nemen met een klein beetje vliegvoer er door. Een tot week maal per weer bakkersgist over het voer voor de licht verteerbare eiwitten en een beetje tarwekiemolie.
Gezelschapszoekers. Het liefst leven duiven in grotere gezelschappen. Mocht je overwegen om duiven te gaan houden, dan adviseert huisarts Piet om voor minimaal twee soortgenoten te gaan.
Duiven ontploffen door ongekookte rijst te eten.
Heb je restjes eten over? Veel keukenrestjes zijn prima en kan je geven aan de tuinvogels. Wat je niet mag geven zijn restjes met veel zout of kruiden of restjes die beschimmeld zijn. Vetrandjes, gekookte aardappelen, gekookte rijst of fruit zullen je tuinvogels heerlijk vinden en zijn ook nog eens goed voor ze.
De duif is een geharde vogel, die goed tegen de warmte en de kou kan. Echter een duif kan slecht tegen tocht en vocht! Dus de huisvesting moet zodanig zijn dat de duiven beschutting kunnen zoeken tegen het bovengenoemde.
Op het menu staan granen, onkruidzaden en vruchten, maar soms ook torretjes, rupsen en vruchten. De Turkse tortel is ook te vinden op voedertafels in tuinen. De eerste paar dagen worden de jongen gevoed met 'melk' uit de krop van beide ouders.
De duiven krijgen meestal twee keer per dag granen en peulvruchten (o.a. maïs, erwten, tarwe, gerst) en minstens één keer per dag schoon drinkwater. Fabrikanten van dierenvoer mengen de granen en peulvruchten, zodat je een kant-en-klare 'mengeling' bij de dierenspeciaalzaak kunt kopen.