Pastelpotloden zijn potloden met een kern van droog krijt. Deze kennen weer een hele andere werktechniek, maar worden ook veel gebruikt voor het maken van gedetailleerde en realistische portretten. Het wordt vaak in combinatie gebruikt met soft-pastels, maar wordt ook vaak opzichzelf gebruikt.
Pastelpotloden werken daarom dus hetzelfde als pastelkrijt. Je brengt de kleur aan op het papier en kunt het daarna met je vinger uitvegen. Ook kan je lichte over donkere kleuren aanbrengen!
Je kunt pastelkrijt zien als een medium tussen tekenen en schilderen in; het biedt net als verf de mogelijkheid om kleuren op papier door elkaar en over elkaar te mengen, maar zonder de tijdsdruk van drogende verf, of de tussenkomst van de kwast.
Over het algemeen zul je kleurpotloden het meest gebruiken op papier. Welk papier je gebruikt is afhankelijk van het soort kleurpotlood dat je gebruikt. Aquarelpotloden kun je het beste gebruiken op aquarelpapier. Dit is dikker papier en is geschikt voor het gebruik van water.
Voor het werken met pastel- en kleurpotloden bevelen wij uitsluitend tekenpapier aan i.p.v. schetspapier. Je krijgt met tekenpapier diepere kleuren dankzij de diepere korrel van tekenpapier.
Pastelpotloden. Pastelpotloden zijn potloden met een kern van droog krijt. Deze kennen weer een hele andere werktechniek, maar worden ook veel gebruikt voor het maken van gedetailleerde en realistische portretten. Het wordt vaak in combinatie gebruikt met soft-pastels, maar wordt ook vaak opzichzelf gebruikt.
Werk in pastelkrijt kan je ook met haarlak fixeren. Leg bij het fixeren altijd je werk plat op de grond, zodat het vocht neut kan gaan loipen met je kleuren. Laat het goed drogen voordat je het oppakt. Er zijn allerlei soorten vernissen in de handel om de invloed van licht en vocht te verminderen.
Slijp met een speciale puntenslijper voor pastelpotloden een korte punt aan jouw potlood. (voor potloden met een normale dikte kan je het beste de Koh-I-Noor pastelpotlood puntenslijper gebruiken. Voor de dikkere potloden, zoals die van Derwent en Conté a Paris kan je beter de puntenslijper van Derwent gebruiken.)
Met een beetje water lost je gekleurde vlak gemakkelijk op tot waterverf. Of doop je aquarelpotlood in water en ga er dan mee tekenen. Dit geeft een hele andere uitstraling dan een tekening met gewone kleurpotloden. Natuurlijk kun je aquarelpotloden ook droog gebruiken als een gewoon kleurpotlood.
oliepastel krijt is een tekenmateriaal hoofdzakelijk bestaande uit een was, kleurpigmenten en een percentage olie. Wasco is de merknaam die Talens heeft gegeven aan waskrijt, en in Nederland algemeen wordt gebruikt als men waskrijt bedoeld.
Om een pastelkleur te krijgen meng je een zuiver pigment (rood, blauw, groen, paars) met een lichte kleur, zoals wit of lichtgeel. Hierdoor ontstaat een veel zachtere tint (zoals roze, lichtblauw, mintgroen en lila). En dat is een pasteltint.
Bewaren en inlijsten:
Je kunt ook een beschermende laag van vloeipapier of transparant papier maken. Zelfs goed gefixeerde pasteltekeningen blijven kwetsbaar en zouden bij voorkeur direct in een passe-partout onder glas ingelijst moeten worden.
Pastelmat is speciaal ontwikkeld voor het -Je raadt het al- pasteltekenen! Het oppervlak van Pastelmat bestaat uit kleine vezeltjes, welke zorgvuldig zijn vastgemaakt aan het karton. Deze zijde is bedoeld om je tekening op te maken. De achterkant van Pastelmat is gewoon glad wit karton.
Soft pastels zijn extra zachte vierkante staafjes pastelkrijt die vooral worden gebruikt om mee te schetsen. Met de korte zijde en hoekpunten kan je mooie details aanbrengen, terwijl je met de lange zijde heel makkelijk grote vlakken vult.
Ik gebruik een doezelaar verder net als een potlood. Druk je er hard op dan wordt de laag die je doezelt donkerder en natuurlijk lichter als je niet hard drukt. Maar het mooiste is als je laag voor laag tekent. Dus eerst een potlood laag, dan doezelen en dan de volgende potlood laag eroverheen.
Een schuurplank
Door de punt van een pastel- of houtskoolpotlood langs het schuurpapier te halen krijg je makkelijk en snel een mooie punt. Je kan deze manier ook in combinatie met het Stanleymes gebruiken! Als je de punt na het slijpen nog niet mooi genoeg vindt kan je deze met het schuurplankje nog wat verfijnen.
Werk je regelmatig met een doezelaar, zorg dan dat je ze af en toe schoonmaakt. Met een stukje schuurpapier heb je snel weer een schone doezelaar. Ook met een wat grovere vijl is de doezelaar goed te reinigen. Nooit met een puntenslijper proberen te slijpen.
Met aquarel potloden kun je verschillende technieken toepassen. Zo kun je je tekening eerst opzetten met potloden en deze daarna verwassen door er met een vochige penseel over heen te gaan. Ook kun je eerst het papier nat maken en daarna met een aquarel potlood op het vochtige papier gaan tekenen.
Welk potlood is makkelijk uit te gummen? Grafiet uit zachte potloden is een stuk makkelijker uit te gummen dan grafiet uit de harde variant. Gummen zijn niet alleen handig om potlood te verwijderen, u gebruikt ze ook om highlights in uw tekening aan te brengen.
Je hoort vaak dat je een houtskooltekening kunt fixeren met haarlak. Wanneer je je werk met haarlak inspuit, blijft je krijt of houtskool welliswaar netjes op je papier zitten. Maar, na enkele weken zul je zien dat je tekening geel wordt! In haarlak zitten zuren die je papier aantasten en vergelen!
Houtskool is kwetsbaar. Met één veeg kan een tekening niet meer zijn wat je voor ogen had. Ook een houtskooltekening is kwetsbaar en kan afgeven. Fixeren is dan de juiste manier om dit te voorkomen.
Wanneer je de tekening hebt gemaakt kun je de fixatief gebruiken. Dit doe je door over je tekening heen te sprayen (zelf gebruik ik een fixatief spray). Hierdoor fixeren de deeltjes houtskool, potlood of ander medium in de achtergrond van je gesso.