Een belangrijk onderdeel van Aristoteles' kennisleer is zijn uitgangspunt: datgene wat we in de werkelijkheid zien, kan op een bepaalde manier in ons hoofd terecht komen, waardoor het kennis wordt. Natuurlijk komt de steen die we zien niet als zodanig in ons hoofd, maar wel z'n 'idee', of 'vorm'.
Aristoteles noemt die kennis sof ia, ' wijsheid', het ware inzicht in de eerste beginselen van al het bestaande. Het zou ongerijmd zijn, schrijft hij, om politieke wetenschap of praktisch bruikbare kennis als de voortreffelijkste te beschouwen, want de mens is niet het beste wat de kosmos te bieden heeft.
Aristoteles was de eerste filosoof die op systematische wijze een volledige deugdethiek ontwikkelde. Vanuit zijn interesse in de biologie schetste hij de mens als een biologisch wezen dat een bepaalde taak of functie heeft. Volgens de filosoof heeft alles in de natuur een eigen doel of functie.
Volgens Aristoteles zijn er vier centrale deugden, deze worden ook wel de kardinale deugden genoemd. Dit zijn: verstandigheid, rechtvaardigheid, gematigdheid en moed. Ook in het Christendom vind je de deugden terug. In het katholieke geloof heb je bijvoorbeeld de zeven deugden.
De ziel is bij Aristoteles als onderdeel van het lichaam ook sterfelijk en op dit vlak zou het aristotelisme later botsen met het christendom, waar de onsterfelijke ziel wel verbonden is met het lichaam, maar onafhankelijk kan bestaan.
Aristoteles geloofde dat, door middel van logica, mensen alles over de wereld te weten konden komen. Moderne wetenschappers hebben veel aan Aristoteles te danken. Hij leerde dat mensen de natuur moeten observeren (aandachtig bestuderen) en dat onze zintuigen ons kennis geven.
Vriendschap is volgens Aristoteles een welbepaalde soort van liefde, onderscheiden van de manier waarop we van (lekkere, leuke, mooie) dingen houden, maar ook van de verliefdheid en de passionele liefdesverhouding. Het heeft er alle schijn van dat de vriendschap volgens Aristoteles de hoogste vorm van liefde is.
In de Ethica Nicomachea en de bijbehorende Politica, zet Aristoteles zijn ideeën over opvoeding uiteen. Een mens is, aldus de filosoof, niet zomaar een dier, dat zijn leven, zijn zoè, door instinct en toeval laat leiden. Een mens heeft daarentegen een bios, hij organiseert en maakt plannen; hij leidt zijn leven.
Aristoteles' natuurfilosofie is teleologisch (dat wil zeggen hij onderkent een doel als oorzaak): alles streeft naar een doel, telos, bijvoorbeeld naar zijn natuurlijke plaats: stenen vallen, vuur gaat omhoog.
Kennis is nodig om te werken in een bepaalde functie. Zo heeft een programmeur de kennis nodig om in een bepaalde programmeertaal code te schrijven, en moet een kok weten hoe hij hygiënisch werkt. Vaardigheden: Vaardigheden maken deel uit van competenties en verwijzen naar de activiteiten waar iemand bedreven in is.
Kennisverwerving is het proces waarbij kennis wordt vergaard door deductie waarbij gevolgtrekkingen worden gemaakt door uitspraken logisch af te leiden uit andere uitspraken, of inductie waarbij dit gebeurt op basis van waarnemingen, of via anderen zoals met onderwijs of zelfstudie.
Algemene kennis komt in veel gevallen goed van pas. Het houdt in dat je over veel verschillende aspecten van het leven waardevolle informatie hebt. Algemene kennis valt te koppelen aan veel zinvolle eigenschappen, zoals intelligentie en het vermogen om probleemoplossend te denken.
De Ideeënleer (ook wel Vormenleer) is een bekende theorie van Plato. Plato stelt dat de realiteit bestaat uit twee niveaus, namelijk de waarneembare, zintuiglijke wereld waarin alles veranderlijk is en de eeuwige, onveranderlijke wereld die alleen toegankelijk is voor het denken.
Plato (Grieks: Πλάτων/Pláton, Athene, ca. 427 – 347 v. Chr.) is een van de bekendste, meest gelezen en bestudeerde filosofen ter wereld. Hij was de leerling van Socrates en de leraar van Aristoteles, en hij schreef in het midden van de vierde eeuw voor Christus in het oude Griekenland.
Van de Griekse Filosofie wordt vaak gezegd dat deze écht begint bij Socrates, Plato en Aristoteles. We bevinden ons dan in de vierde eeuw voor Christus, in het oude Athene. Aristoteles en Socrates zijn elkaar nooit zijn tegengekomen, want Aristoteles werd pas na de dood van Socrates geboren.
Een onbestudeerd leven is niet waard geleefd te worden. Eenmaal gelijk aan de man wordt de vrouw zijn meerdere. Er is maar één deugd en dat is kennis; en er is maar één ondeugd en dat is onwetendheid. Er is maar één deugd en dat is kennis; en er is maar één ondeugd en dat is onwetendheid.
De filosofie of wijsbegeerte is de oudste theoretische discipline die het verlangen en het streven uitdrukt naar kennis en wijsheid. Zij kwam voor het eerst echt op in de 6e eeuw v. Chr. Een beoefenaar van de filosofie wordt een filosoof of wijsgeer genoemd.
Drie soorten vriendschappen volgens Aristoteles
De Griekse filosoof noemde drie soorten vriendschappen: vriendschappen van nut, vriendschappen van plezier, en goede vriendschappen, zoals beschreven in Boek VIII van de Nicomachean Ethics.
genieten van elkaars gezelschap; vertrouwen in elkaar; positieve wederkerigheid: een gelijkwaardig geven en nemen tussen de twee vrienden; de mogelijkheid om jezelf te zijn, je eigen gevoelens te uiten en fouten en vergissingen te durven maken zonder bang te zijn dat je daarvoor wordt veroordeeld.
Deugdenethiek. In de deugdenethiek staan het karakter van een persoon en het ontwikkelen van 'deugden' centraal. Deugden zijn goede karaktereigenschappen, zoals eerlijkheid en betrouwbaarheid. De deugdenethiek richt zich op het ontwikkelen daarvan.
Hij ging o.a. naar Egypte waar hij geometrie en astronomie leerde en naar Kyrene waar hij wiskunde leerde. Ook reisde naar Zuid-Italië en Sicilië (deze plaatsen hoorden toen tot Groot Griekenland) en leerde hoe filosofie te combineren was met politieke macht.