Het antwoord is: de brief.
Is het 'de brief' of 'het brief'?
Het is 'de brief', want brief is mannelijk. Als je het aanwijst is het 'die brief'.
Is het de of het mail
In de Nederlandse taal gebruiken wij de mail.
Nummer is in al zijn betekenissen een het-woord, maar het kan ook een de-woord zijn in de betekenis 'persoon of zaak die het genoemde rangnummer bekleedt of het genoemde (rug)nummer draagt'. Het winnende nummer is 879. Bel de Taaltelefoon op het nummer 078 15 20 25.
Aan zelfstandige naamwoorden zoals inhoud voeg je nooit een t toe. Dat doe je alleen bij werkwoorden. Inhoud is een woord waar je een lidwoord voor kunt zetten (de inhoud, een inhoud) en dat je in het meervoud kunt zetten: 'Het berekenen van de inhouden vond ik moeilijk. '
Het antwoord is: de opdracht.
Factuur is een vrouwelijk de-woord. Een bijvoeglijk naamwoord bij factuur krijgt altijd een buigings-e: de onbetaalde factuur, een onbetaalde factuur, onbetaalde factuur. Stuur de factuur maar naar mijn huisbaas.
Het antwoord is: het kantoor.
Bedrijf is een het-woord en moet dus gecombineerd worden met het betrekkelijk voornaamwoord dat. Organisatie is een de-woord en moet gecombineerd worden met het betrekkelijk voornaamwoord die.
Is het de of het tikkie
In de Nederlandse taal gebruiken wij de tikkie.
In de Nederlandse taal gebruiken wij de klant.
De juiste vorm van dit woord is 'het weekend'.
Voor mannelijke en vrouwelijke woorden komt namelijk altijd de, voor onzijdige woorden altijd het. Soms hebben woorden twee geslachten, bijvoorbeeld én mannelijk én vrouwelijk, of én vrouwelijk én onzijdig. Als het woord én onzijdig is én daarnaast mannelijk of vrouwelijk, kun je kiezen of je er de of het voor zet.
Als u de naam en het geslacht van de geadresseerde weet, is de beste aanhef in een zakelijke brief of e-mail Geachte heer + de achternaam of Geachte mevrouw + de achternaam. Als u het geslacht niet weet, is onder meer Geachte heer of mevrouw + de achternaam gebruikelijk.
Sommige de-woorden zijn mannelijk, bijvoorbeeld bal, film, strijd. Andere zijn vrouwelijk, bijvoorbeeld informatie, regering, gunst. Een groot aantal de-woorden kan zowel mannelijk als vrouwelijk zijn. Dat geldt bijvoorbeeld voor stad, vaas, school, deur, taal, groep en jas.
Bureau is een het-woord, dus het juiste lidwoord is het bureau.
In de Nederlandse taal gebruiken wij de aanvraag.
In het Nederlands hebben alle woorden een geslacht. Het-woorden zoals het huis, het licht en het kantoor zijn allemaal onzijdig.
Het antwoord is: het adres.
Is het de of het prijs
In de Nederlandse taal gebruiken wij de prijs.
Het antwoord is: de offerte.
voorwoord; inleiding; proloog; introductie; voorbericht; presentatie; indiening; invoering; voorspel; aanbieding; overhandiging.
De inhoud of het volume van een voorwerp (lichaam) is de grootte van het gebied dat door dit voorwerp wordt ingenomen in de driedimensionale ruimte. Als basis in drie dimensies geldt dat de inhoud van een rechthoekig blok gelijk is aan lengte × breedte × hoogte.