Kracht is een maat voor hoe er geduwd of getrokken wordt. Een van de speciale eigenschappen van de grootheid kracht is dat ze een vectoriële grootheid is.
Een vector wordt in geometrie en fysica gebruikt om fysische grootheden aan te geven die richting en grootheid hebben. Denk aan snelheid, verplaatsing,versnelling en kracht. In deze video leer je de notatie van vectoren, optellen van vectoren en vermenigvuldiging met een scalar.
De zin van een vector zegt naar welke kant de vector wijst. Dat kan bijvoorbeeld "naar links", "naar rechts", of "naar beneden" zijn.
Een vector heeft een grootte, een richting en een zin
De grootte van de vector is hoe lang de vector is.
Een kracht is een vectoriële grootheid en heeft een richting, een grootte, een zin en een aangrijpingspunt. De grootte van kracht wordt voorgesteld door het symbool F (naar het Engelse 'force'). Alle vectoriële grootheden hebben naast een grootte ook een richting, zin en aangrijpingspunt.
elektrische kracht;magnetische kracht (aantrekken en afstoten);trekkracht, duwkracht;opwaartse kracht (op een voorwerp dat in een vloeistof is ondergedompeld)
Grootheden die geen richting hebben, zoals de temperatuur of massa, worden scalaire grootheden genoemd. Krachten worden getekend als pijlen, met het symbool van de kracht erbij. Deze pijl wordt ook wel een vector genoemd.
. Men tekent een vector als een pijl, beginnend in zijn aangrijpingspunt. In de verschillende toepassingen wordt onder meer onderscheid gemaakt tussen plaatsvectoren, vrije vectoren, glijdende vectoren en gebonden vectoren.
Technisch gezien is een vectorbestand een afbeelding die is opgebouwd uit punten en lijnen die zijn samengesteld uit wiskundige formules. Met andere woorden, een vector wordt gevormd door honderdduizenden kleine lijnen en krommen (ook wel paden genoemd).
Zoals “gewone” positieve getallen ook negatieve tegenhangers hebben, zo heeft een vector ook zijn “negatieve vector” tegenhanger. 5 de negatieve waarde is van –5. Vectoren zijn alleen elkaars negatieve vector als ze even groot en tegengesteld gericht zijn.
Waarom is een vector zo belangrijk? Met een vector bestand kun je (zoals eerder aangegeven) oneindig verkleinen en vergroten zonder kwaliteitsverlies. Daarom worden logo's vaak zo opgemaakt. Elke designer kan met een vector uit de voeten.
De lengte van vector v → is: | v → | = ( v x ) 2 + ( v y ) 2 + ( v z ) 2 . Het inproduct van twee vectoren is net zo gedefinïeerd als in twee dimensies. Je berekent het door de overeenkomstige kentallen te vermenigvuldigen en het resultaat op te tellen. Je gebruikt het om de hoek tussen twee vectoren te berekenen.
Een vrije vector stellen we grafisch voor door een pijl te tekenen vanaf een (willekeurig) beginpunt met de gegeven grootte, richting en zin naar een daardoor uniek bepaald eindpunt. Een pijl vanaf een ander beginpunt maar met dezelfde grootte, richting en zin stelt dan dezelfde vrije vector voor.
Richting (F: direction) is hierbij de oriëntatie van de lijn waarop een en ander gebeurt, zin (F: sens) is dan op die lijn de ene of de andere kant op. Of, in een cirkeltje, dan ga je in wijzerzin of tegen wijzerzin.
Als een vector begint in de oorsprong, dan wordt hij vaak aangeduid met een kleine letter. De vector OA, wordt bijvoorbeeld ook wel a genoemd. De lengte van vector a is bijvoorbeeld √(12+32) = √(10). Je kunt vectoren gelijk noemen als ze dezelfde richting hebben en dezelfde lengte.
Als we twee vectoren willen optellen, plaatsen we de staart van de tweede vector aan de kop van de eerste.Vervolgens tekenen we een vector van de vrije staart naar de vrije kop. Die vector is de som van de twee vectoren. Dit kunnen we veralgemenen naar het optellen van meerdere vectoren.
In de meetkunde, een deelgebied van de wiskunde, is een eenheidsvector een vector met de norm of lengte 1. In de betrokken vectorruimte moet een lengtebegrip of afstand zijn gedefinieerd, wat het geval is in een genormeerde vectorruimte.
De term vectorbestand wordt gebruikt voor alle afbeeldingen die je onbeperkt kunt vergroten en verkleinen zonder kwaliteitsverlies. Bij bitmapbestanden (ook wel rasterafbeeldingen genoemd) kan dit niet. Een vectorbestand bestaat uit lijnen (ook wel vectoren of paden genoemd) en een bitmapbestand uit pixels.
In 1837 was de Ierse wiskundige Hamilton (1805 - 1865) de eerste die voor pijlen vanuit O naar (x, y, z) de term vector gebruikte. De Duitse taalkundige en wiskundige Grassmann (1809 - 1877) was de eerste die het begrip vector in zijn moderne vorm gebruikte.
Een vector ontbind je door de componenten en langs de assen te tekenen. Je vindt door vanuit de punt van de vector, evenwijdig aan de y-as, een lijn te tekenen tot de x-as. Op dezelfde manier vind je door, evenwijdig aan de x-as, een lijn te tekenen tot aan de y-as.
De sterke (kern)kracht, sterke interactie of sterke wisselwerking is de sterkste van de vier fundamentele natuurkrachten uit de natuurkunde en is nog ongeveer 100 keer sterker dan de elektromagnetische kracht. Ze is verantwoordelijk voor de stabiliteit van atoomkernen.
Deze fundamentele krachten zijn de sterke kernkracht, de elektromagnetische kracht, de zwakke kernkracht en de zwaartekracht.
Een kracht is een natuurkundige grootheid die een voorwerp van vorm of van snelheid kan doen veranderen. Er is dan respectievelijk sprake van de vervorming of de versnelling van het object waar de kracht op werkt.
Om vector en vector bij elkaar op te tellen, laat je beide vectoren in hetzelfde punt beginnen. Vervolgens teken je een parallellogram waarbij de overstaande zijden parallel lopen met de twee vectoren. De somvector is dan de diagonaal van het verkregen parallellogram.