Bij het meerderjarigenbewind gaat het om een situatie waarbij een meerderjarige niet (meer) zelfstandig financiële beslissingen kan nemen. Denk aan iemand die zijn financiën niet meer kan doen door bijvoorbeeld dementie of ander geestelijk onvermogen.
Er zijn twee soorten bewindvoeringen: bewindvoering in een wsnp-traject (Wet Schuldsanering Natuurlijke Personen) en beschermingsbewind dat van toepassing is op mensen met verminderde lichamelijke en geestelijke vermogens.
Er bestaan geen wettelijke minimale eisen aan het te verstrekken leefgeld, een bewindvoerder zal echter wel begrijpen dat u geld nodig heeft om te leven en u zoveel mogelijk ondersteunen hierbij. Ik krijg geen of minder leefgeld mag dit? JA, in principe is het mogelijk dat u geen leefgeld krijgt.
In de schuldhulpverlening wordt vaak gesproken over “bewindvoering”. Soms wordt er gesproken over “beschermingsbewind” en andere keren over “WSNP-bewind”. Er zijn inderdaad 2 vormen van bewindvoering: WSNP-bewind (Wet Schuldsanering Natuurlijke Personen) en Beschermingsbewind.
Duur van beschermingsbewind
Meestal wordt er geen specifieke einddatum uitgesproken en is het beschermingsbewind dus voor onbepaalde tijd. Als er wel een einddatum wordt uitgesproken, dan eindigt het bewind na deze datum.
Als er geen sprake van kinderbijslag is en je inkomen op bijstandsniveau dan is er ruimte voor ongeveer 50 euro per maand voor kleedgeld, kapper etc.
Wie betaalt de bewindvoerder? Het is aan de onder bewind gestelde persoon (de rechthebbende) om zijn bewindvoerder te betalen. Is de rechthebbende hiertoe zelf niet financieel in staat, dan kan hij hiervoor bijzondere bijstand bij de gemeente aanvragen.
Dit bedrag wordt ingehouden door je bewindvoerder. Bij de hoogte moet je denken aan een bedrag tussen € 1.207,- en € 3.208,- (in 2022), afhankelijk om hoeveel personen het gaat, of je ondernemer bent of persoonlijk in de schuldsanering zit.
De bewindvoerder kan bijvoorbeeld een familielid, vriend of kennis van u zijn. Sinds 1 januari 2021 geldt dat in geval van schulden de rechter het bewind alleen voor bepaalde duur mag uitspreken.
Wat regelt de bewindvoerder? WSNP-bewind: regelt de (betaling van) schulden die onder de werking van de WSNP vallen, maar niet de betaling van de vaste lasten. Beschermingsbewind: regelt alle financiën, dus ook vaste lasten. Bij schulden kan de beschermingsbewindvoerder aanspreekpunt zijn.
voor een particuliere curator € 1.160. voor een particuliere bewindvoerder € 644. voor een particuliere mentor € 644.
Als bewindvoerder kunt u te maken krijgen met een afwikkeling nalatenschap. Het kan bijvoorbeeld zijn dat de cliënt (de rechthebbende) is overleden. Als bewindvoerder moet u dan op zoek gaan naar de erfgenamen om rekening en verantwoording af te kunnen leggen en de goederen over te dragen.
Een bewindvoerder beslist enkel over uw financiën. Een bewindvoerder mag dus geen paspoort aanvragen, inschrijven bij de gemeente of een woonruimte of werk voor een cliënt zoeken. Leefgeld inhouden kan onder bepaalde omstandigheden wel, indien dit nodig is om primaire vaste lasten te betalen, zoals huur.
Taken die u voor de betrokkene uitvoert zijn onder meer: U controleert of de betrokkene zijn inkomsten ontvangt, zoals loon, pensioen, toeslagen, uitkeringen. U betaalt de rekeningen. U keert leefgeld uit aan de betrokkene voor zijn dagelijkse uitgaven.
Bewindvoering stopt alleen vanzelf bij tijdelijk bewind, als de betrokkene overlijdt of als het bewind overgaat in curatele. In alle andere gevallen kunt u in een verzoek de kantonrechter vragen het bewind te stoppen. De kantonrechter kan dit ook zelf aan de bewindvoerder en de betrokkene voorstellen.
Een beschermingsbewindvoerder, curator of mentor staat onder toezicht van de kantonrechter. Heeft diegene 3 of meer personen onder zijn hoede, dan moet hij aan kwaliteitseisen voldoen. Deze eisen gaan over de opleiding, integriteit en bedrijfsvoering. Een accountant controleert dit jaarlijks.
De bewindvoerder mag alleen beschikken over onder bewind gestelde goederen (zoals het verkopen van een huis of het doen van een grote, niet alledaagse aankoop) met toestemming van de rechthebbende of, als deze daartoe niet in staat is of weigerachtig is, met schriftelijke en voorafgaande machtiging van de kantonrechter ...
Sparen is belangrijk
Maar het is niet het belangrijkst. Op de eerste plaats staat altijd uw leefgeld, zodat u boodschappen kunt doen. Het betalen van uw vaste lasten (zoals huur, energie en verzekeringen) staat op twee. Als er daarna niets over is om opzij te zetten, doen we dat niet.
Schulden die zijn ontstaan ná 1 januari 2021. Schulden die vóór 31 december 2020 zijn afbetaald. Schulden die betrekking hebben op uw werkzaamheden vanuit uw rol als werkgever. Schulden en boetes die het gevolg zijn van ernstig misbruik (opzet/grove schuld).
Tijdens de schuldsanering heeft u recht op leefgeld om te voorzien in uw basisbehoeften zoals boodschappen. Een gemiddelde uitkering van leefgeld per week ligt tussen de 50-100 euro per week. Dit geld ontvangt u naast het vrij te laten bedrag (vtlb) waarmee u de vaste lasten zoals huur, gas, licht en water betaald.
Tijdens de gehele duur van de schuldsaneringsregeling moet u fulltime, dit is minimaal 36 uur per week werken. Als u fulltime werk heeft, moet u er alles aan doen om deze baan te behouden. Deze verplichting geldt voor iedereen die tot de schuldsaneringsregeling is toegelaten.
Als je onder bewind bent gesteld, wordt alles wat met geld te maken heeft beheerd. Dit zijn dus jouw inkomen en alle toeslagen, uitgaven en schulden en ook eventuele waardevolle goederen zoals een auto of een eigen woning.
De wet bevat een limitatieve opsomming van deze uitgaven. Uitgaven voor extra gezinshulp zijn wel aftrekbaar, maar kosten van bewindvoering niet.
Einde bewind
Stopt de bewindvoering helemaal, dan krijgen we van de rechter een brief met de datum waarop het bewind stopt. Wij schrijven aan bank en alle instanties dat ze vanaf die datum alles met u zelf moeten regelen. Wij maken een eindverslag van uw inkomsten, uitgaven en bezittingen tot die datum.