De 'intelligentiekloof'(V-P kloof) In de WISC-III wordt ook gesproken over de zogeheten 'intelligentiekloof' of 'V-P kloof'; wanneer er sprake is van een significant verschil tussen het performaal IQ en verbaal IQ (een verschil groter dan 15 punten), dan wordt er gesproken van een intelligentiekloof.
Men kan er vanuitgaan dat 68 procent van de bevolking een IQ heeft tussen 85 en 115 wat als gemiddeld beschouwd wordt. Ongeveer 13,5 procent behaalt een score tussen 70 en 85(zwak begaafd) en evenveel mensen behalen een score tussen 115 en 130(goed begaafd).
Het verbale IQ verwijst naar taalvaardigheid en algemene ontwikkeling. Het performale IQ gaat over handelen, toepassen van kennis en bijvoorbeeld ruimtelijk inzicht. Samen vormen deze twee subtesten de basis voor de berekening van het totale IQ.
Er is sprake van een disharmonisch profiel wanneer er significante verschillen bestaan tussen de verbale en de performale intelligentie. Dit is meestal een teken dat er iets aan de hand is waardoor de ontwikkeling van de verschillende soorten intelligentie niet harmonisch verloopt.
Een gemiddeld intelligentieniveau ligt tussen de 90 en 110. Bij een IQ tot 120 spreekt men van een bovengemiddeld intelligentieniveau en bij een IQ tot 130, spreekt men van een begaafd intelligentieniveau. Een hoogbegaafd kind heeft een IQ dat hoger is dan 130.
Bij (jong)volwassenen kunnen bijvoorbeeld een laag opleidingsniveau, een klein sociaal netwerk, een gebrek aan concrete vaardigheden als klokkijken en het hebben van wat meer kinderlijke hobby's en voorkeuren tekenen zijn dat er sprake is van een lvb of zwakbegaafdheid.
Natuurlijk zijn daarbij uitzonderingen, maar over het algemeen heeft een kind op het VWO bijvoorbeeld een gemiddeld IQ van minimaal 116. Voor een leerling op het Havo is het gemiddeld IQ minimaal 107. Om het IQ van je kind te achterhalen is het nodig om een IQ test te doen.
Verbaal IQ betekenis
Het verbale IQ zegt iets over het denken in woorden en het verbale geheugen. Veel begaafden hebben een hoog verbaal IQ: ze zijn taalgevoelig, denken snel, hebben een ruime woordenschat, etc.
Intelligentieprofiel. De intelligentie bestaat uit een verbaal (talig) deel en een performaal (ruimtelijk-visueel-handelend) deel. Bij sommige kinderen zijn beide delen van de intelligentie even sterk ontwikkeld. Wij spreken dan van een harmonisch intelligentieprofiel.
Het niet-verbale karakter van de test betekent dat er geen taal nodig is voor de uitleg van de test en het beantwoorden door het kind. Op deze manier kan de intelligentie op non-verbale wijze gemeten worden.
1. Omgevingsfactoren zijn van invloed op het IQ. Onderzoekers van het University College London ontdekten in 2011 bijvoorbeeld dat het IQ van jongeren in enkele jaren tot maar liefst 20 punten kon stijgen of dalen.
Talent is opgebouwd uit elementen van iemands persoonlijkheid, intelligentie, vaardigheden, interesses, flow en intuïtie. Het is de unieke combinatie van aanleg, wilskracht en oefening.
ernstige verstandelijke beperking (IQ 20-34 / ontwikkelingsleeftijd tussen de 3 en 5 jaar); matige verstandelijke beperking (IQ 35-49 / ontwikkelingsleeftijd 6-9 jaar; milde verstandelijke beperking (IQ 50-70 / ontwikkelingsleeftijd 9-12 jaar).
Hoogbegaafd. Het gemiddelde IQ in Nederland is 100, volgens de zogeheten normaalverdeling. Iemand met een score van 130 of hoger geldt als hoogbegaafd. Dit geldt voor ongeveer 2,5 procent van de Nederlanders.
Iemand met zwakbegaafdheid heeft een IQ tussen de 70 en 85. Iemand met een lichte verstandelijke beperking heeft een IQ tussen 50-70 en beperkingen in het aanpassingsvermogen die zijn ontstaan gedurende de ontwikkelingsperiode.
Uit onderzoek van de Universiteit van Washington blijkt dat de intelligente van een kind wordt vastgesteld op basis van genetisch materiaal van de moeder. Heb je een intelligent kind of kleinkind? Dan komt dat dus door de moeder! Via de X-chromosomen wordt intelligentie doorgegeven.
Performale intelligentie heeft te maken met het oplossen van problemen en het praktisch denken. Hieronder valt ook het ruimtelijk inzicht, het plannen en de fijne motoriek. Het verbaal IQ, daarentegen, zegt iets over het denken in woorden en het verbale geheugen.
Wie minimaal 130 scoort op een IQ-test mag zich hoogbegaafd noemen. Maar intelligentie is meer dan alleen een hoog IQ.
De intelligentie van iemand wordt bepaald door drie factoren: Erfelijkheid (bepaalt de intelligentie voor tenminste 50%). De omgeving/het milieu, waarbinnen men leeft en opgroeit (rond de 30% bepalend). De covariantie, die samenhangt met erfelijkheid én omgeving.
lager dan 80 LWOO of praktijkonderwijs 80 t/m 90 vmbo bbl of vmbo bbl/kbl 90 t/m 100 vmbo kbl of vmbo kbl/tl 100 t/m 105 vmbo-tl of vmbo-tl/havo 105 t/m 110 vmbo tl/havo 110 t/m 115 havo vanaf 115 havo/vwo vanaf 130 vwo (gymnasium, TTO etc.)
Het vwo is niet veel moeilijker dan havo
De meerderheid vindt het vwo niet veel moeilijker dan de havo, al neemt de moeilijkheidsgraad wel iets toe naarmate je verder komt. Er wordt dieper op de stof ingegaan en je hebt meer inzicht nodig, ondervond Hugo.
Het gemiddelde IQ van universitaire studenten was met 119 punten duidelijk hoger dan de 109 van hbo-studenten. Mannen scoren hoger op IQ, terwijl vrouwen een hoger EQ hebben.