Tonisch-clonische aanvallen (ook wel “grand mal” epilepsie genoemd), die worden gekenmerkt door aanvalsgewijs optredende trekkingen (schokkende bewegingen van armen en benen), en die gepaard gaan met bewusteloosheid. Dit is de “klassieke” en meest bekende vorm van epilepsie.
Bij een tonisch-clonische aanval raak je buiten bewustzijn. Je valt op de grond, verkrampt en gaat schokken met je lichaam. Meestal stopt de aanval na een paar minuten. Deze aanval wordt ook wel 'grote aanval' of insult genoemd.
Kleine aanvallen (petit mal epilepsie), ook wel absences genoemd, worden gekenmerkt door een plotselinge kortdurende bewustzijnsdaling en een verminderd concentratie- en leervermogen. Iedere aanval duurt slechts enkele seconden of minuten, maar er kunnen honderden aanvallen per dag optreden.
Weer andere aanvallen bestaan alleen uit even voor zich uit staren en een kort bewustzijnsverlies. Na een epileptische aanval kan de betrokkene kortdurend verward zijn of klachten hebben van vermoeidheid, hoofdpijn, spierpijn of een tijdelijk verminderde functie van een arm en/of been.
Een aanval kan komen door spanning, stress en slaaptekort. Meestal is er geen duidelijke aanleiding. Het is niet mogelijk om na één aanval te zeggen of u epilepsie heeft. Vraag de mensen in uw omgeving goed op te letten als u weer een aanval krijgt.
Slaaptekort verhoogt het risico van epilepsieaanvallen. Werkbelasting en stress te beperken. Stimulerende middelen zoals koffie, alcohol, drugs en lawaai te mijden.
De aanval in je hersenen zorgt voor een reactie in je bewegingen (motorische kenmerken). Ook kun je last hebben van een tintelend gevoel, of je ruikt of proeft vreemde dingen (niet-motorische kenmerken). Je bent soms nog goed bij bewustzijn, maar vaak ook minder goed.
Wat is een epileptische aanval? Een epileptische aanval (insult) wordt veroorzaakt door een plotselinge, tijdelijke verstoring van de elektrische prikkeloverdracht in de hersenen. Aanvallen verschillen van persoon tot persoon, omdat er verschillende oorzaken zijn voor een epileptische aanval.
De meeste epileptische aanvallen komen spontaan op. Sommige mensen voelen ze echter wel aankomen. Iemand krijgt dan een paar minuten van tevoren een kleine focale aanval, ook wel aura genoemd.
Wat zijn focale (plaatselijke) aanvallen? Een focale aanval begint in één bepaald deel in de hersenen, in een groep hersencellen (de focus van de aanval). Soms ben je nog bij bewustzijn, soms is het verminderd en heel soms helemaal afwezig. Focale epilepsie komt het meeste voor, bij ruim twee derde van de patiënten.
Absences zijn heel korte gegeneraliseerde aanvallen die enkele seconden duren. Ze kunnen voorkomen bij kinderen vanaf het vierde leeftijdsjaar. Kenmerkend is een plotselinge verandering van bewustzijn, waardoor je afwezig bent, niet meer reageert en niet verder gaat met waar je mee bezig was.
Het heeft met suiker in je hersenen te maken, dat dat niet helemaal goed gaat en dat je daar epilepsie van kunt krijgen of aanvallen. Het probleem zit in de suiker, die komt niet in je hersenen.
Hoewel het zeldzaam is, kan een heftige epileptische aanval ook tot hersenschade leiden. Bij langdurige aanvallen (status epilepticus) die meer dan 30 minuten duren kan schade aan de hersenen ontstaan.
Veel epilepsiepatiënten kunnen factoren benoemen die volgens hen epilepsieaanvallen uitlokken. Stress, vermoeidheid en flikkerend licht zijn de belangrijkste. Naast de bekende voorspellers 'beginleeftijd' en 'type epilepsie' zijn ook 'aura's' en 'prodromen' geassocieerd met uitgelokte aanvallen.
Epilepsie leidt niet bij iedereen tot gedragsproblemen, gedragsproblemen komen ook voor zonder epilepsie en gedragsproblemen bij epilepsie kunnen ook voorkomen bij mensen zonder een verstandelijke beperking. Tenslotte is er niet veel bekend over probleemgedrag voorafgaand aan, tijdens of na een aanval.
Welk aanvullend onderzoek is mogelijk om epilepsie vast te stellen? Om de oorzaak van epilepsie te vinden is er na een EEG vaak extra onderzoek nodig. Bijvoorbeeld een CT- of MRI-hersenscan. Daarmee kunnen afwijkingen in de hersenen worden opgespoord die de epilepsie veroorzaken.
ESES staat voor epilepsie met elektrische status epilepticus in slaap. Het is een soort kortsluiting in het brein, waardoor het herstel in de slaap niet goed gaat.
Een epileptische aanval (insult) ontstaat als een groep hersencellen ongecontroleerd en ongevraagd prikkels gaat afgeven en doorsturen. Prikkels die eigenlijk pas afgegeven moeten worden op het moment dat je ze nodig hebt.
Bij een epileptische aanval is er een plotselinge verstoring in de hersenen. Door die 'kortsluiting' heb je even geen controle meer over je lichaam. Er bestaat niet één soort epilepsie. De meest bekende epileptische aanval is als iemand op de grond valt, even buiten bewustzijn is en gaat schokken met armen en benen.
Een gewone aanval duurt doorgaans maximaal 4 minuten en gaat vanzelf over. Duurt de aanval langer dan 5 minuten, dan noemt men dit een langdurige epileptische aanval. Een status epilepticus is een aanval die langer dan 10 minuten aanhoudt. Het herstel na een gewone epileptische aanval is meestal volledig.
Bijvoorbeeld als je in bad gaat of gaat zwemmen. Zorg dat er dan in ieder geval iemand in de buurt is. Vermijden van gevaarlijke situaties; zoals vissen aan de waterrand, hoog klimmen in een klimrek, alleen fietsen naar school. Alledaagse situaties kunnen gevaarlijk zijn voor kinderen met epilepsie.
Roken vergroot de kans op een epileptische aanval niet. Wel bestaat het risico dat iemand tijdens een aanval met bewustzijnsverlies een sigaret of sigaar uit zijn hand laat vallen en zo brand veroorzaakt. Stress en hevige emoties kunnen aanvallen uitlokken bij mensen die daar gevoelig voor zijn.
Als je jarenlang veel aanvallen hebt, kan het geheugen minder goed gaan werken. Dat risico is groter bij mensen met epilepsie die aanvallen hebben door een hersenbeschadiging. De kans op geheugenstoornissen is groter als de aanvallen ontstaan vanuit de temporaalkwab ook wel slaapkwab genoemd.