Als iemand geen keuze maakt in de genderidentiteit man of vrouw spreken we van non-binair. Non-binaire personen voelen zich een beetje jongen/man en meisje/vrouw, of juist geen van beiden. Of zij voelen zich soms jongen/man en soms meisje/vrouw. Dit heet genderfluïde.
Non-binair is een paraplubegrip. Er zijn verschillende termen voor genderidentiteiten die zich buiten het binair gendermodel stellen; “genderqueer”, “gender non-conform”, “agender”, “genderfluïde”, “bigender”,…
Non-binair en genderqueer
Je kunt je bijvoorbeeld non-binair noemen: dat betekent dat je niet het een of het ander bent; je ontstijgt de tweedeling. Genderqueer betekent eigenlijk ook dat je geen vaste genderidentiteit hebt, of dat je tussen mannelijkheid en vrouwelijkheid beweegt.
Kort samengevat: een persoon die zich als non-binair identificeert, voelt zich niet specifiek man en ook niet specifiek vrouw. Maar juist een beetje van beide, wisselend of juist geen van beide. Non-binaire personen herkennen zich niet in de 'binaire hokjes' die we van de meeste mensen kennen: óf man, óf vrouw.
Queer (Q) of Questioning (Q)
Queer betekent letterlijk 'vreemd'. Mensen die deze term gebruiken staan voor een open, brede identiteit en seksualiteit, en willen zichzelf niet in een hokje plaatsen qua geslacht en/of seksuele voorkeur.
Het staat voor een open, brede genderidentiteit en/of seksuele identiteit. Vaak noemen mensen zichzelf queer als ze zichzelf niet een vaststaande gender en/of seksuele identiteit toekennen, of die afwijzen. Sommige mensen gebruiken queer als parapluterm voor alles wat niet heteroseksueel en/of cisgender is.
Agender betekent letterlijk: zonder gender. Je geeft daarmee aan dat je geen genderidentiteit hebt en/of het niet eens bent met de traditionele indeling.
Er bestaan verschillende genderidentiteiten: de meest bekende zijn man en vrouw. Daarnaast bestaan ook trans vrouw, trans man, genderqueer, non-binair, agender,.. Meestal worden genderidentiteiten verzameld in twee grote groepen: transgender en cisgender.
Meer mensen in de non-binaire Facebookgroep gaven aan dat hun broers en zussen hen 'sibbe' of 'sibbel' noemden. Een andere creatieve oplossing voor broers en zussen van non-binaire mensen is om het om te draaien, en te zeggen: 'Ik ben de broer/zus van X.
Hermafrodiet is een verouderde (en beledigende) term voor tweeslachtigheid. Het woord hermafrodiet wordt enkel voor dieren of planten gebruikt. De correcte term voor mensen met zowel vrouwelijke als mannelijke geslachtskenmerken is intersekse.
Intersekse personen zijn geboren met mannelijke en vrouwelijke geslachtskenmerken. Iemand heeft bijvoorbeeld een niet volgroeide penis en een vagina-ingang of baarmoeder. Of iemand is geboren met een vulva en een grote clitoris die op een penis lijkt.
Wat ook nog weleens verward wordt is androgyniteit met non-binariteit. Maar dat is echt iets anders, want androgyne-zijn is een gender-expressie en geen gender-identiteit. Je kunt er niet non-binair uitzien, want er is geen uiterlijk voor een non-binair persoon. Dat bestáát gewoon niet.
Soms wordt een baby geboren en is het niet mogelijk om direct het geslacht vast te stellen. Dit gebeurt ongeveer 30 tot 50 keer per jaar in Nederland. In sommige gevallen is het voor de geboorte bekend dat het kindje een onduidelijk geslacht heeft maar meestal is dit geheel onverwachts en voor ouders een grote schok.
Neovoornamen of neopronouns is een categorie voornaamwoorden die onafhankelijk zijn van de traditionele derde persoon voornaamwoorden. In de meest strikte zin is een neovoornaam een voornaamwoord dat niet gebaseerd is op een zelfstandig naamwoord en niet hij/hem, zij/haar, het/zijn, of zij/hen is.
Cisgender en binaire hokjes
Als je cisgender bent, komt je genderidentiteit (hoe je je voelt van binnen) overeen met je geboortegeslacht. Bijvoorbeeld: je bent geboren met een penis en je voelt je man. Of je voelt je vrouw en bent geboren met een vulva. Dit valt binnen het 'binaire geslachtsmodel'.
Cisgender of cisseksueel (verkorte vorm cis) betekent een genderidentiteit die overeenkomt met het geboortegeslacht. Het is de tegenhanger van transgender en transseksueel, waarbij het geboortegeslacht en de genderidentiteit niet overeenkomen.
De grote doorbraak van het concept gender werd in gang gezet door Joan Scott, die in 1986 haar baanbrekende artikel 'Gender: A Useful Category of Historical Analysis' schreef. Daarin betoogde ze dat het een fabeltje is dat elke sekse zijn eigen wereld heeft die niet in contact staat met de wereld van de andere sekse.
Zelfstandige naamwoorden hebben een woordgeslacht (ook wel grammaticaal geslacht of genus genoemd). Dat woordgeslacht bepaalt de keuze van het bepaald lidwoord en speelt ook een rol bij de keuze van de meeste voornaamwoorden. Het Nederlands kent drie woordgeslachten: mannelijk, vrouwelijk en onzijdig.
De term twee-geest definieert een type genderidentiteit. Iemand die duizelingwekkend is, belichaamt tegelijkertijd zowel vrouwelijke als mannelijke geesten OF een evenwicht tussen vrouwelijke en mannelijke eigenschappen.
Panseksualiteit wordt ookwel omniseksualiteit genoemd. Bij panseksualiteit is er sprake van seksuele, romantische of emotionele aantrekking tot alle geslachten en genderidentiteiten (psychologisch geslacht, of je je een man of vrouw voelt).
Neutrois is een non-binaire genderidentiteit die vaak geassocieerd wordt met 'nihil', 'neutraal' of 'nul-gender'. Elke persoon ervaart neutrois anders, het is daarom een overkoepelende term. Neutrois heeft veel overeenkomsten met agender – mensen die zichzelf genderloos of neutraal voelen.
Sommige jongeren noemen zichzelf panseksueel. Dat betekent dat ze op mensen verliefd worden en dat het niet uitmaakt of iemand nou een meisje, een jongen of iets ertussenin is. 'Pan' betekent namelijk 'alles' in het Grieks.
Hoe weet je of je lesbisch bent? Als jij zelf een vrouw bent en merkt dat je je aangetrokken voelt tot andere vrouwen zou het kunnen dat je lesbisch of biseksueel bent. In dat laatste geval val je zowel op vrouwen als op mannen.
2. Panseksueel. Deze term wordt gebruikt door mensen die zich aangetrokken voelen tot het innerlijk van iemand. Mensen die zich zien als panseksueel vallen dus niet op iemands geslacht of op een bepaalde genderidentiteit, maar op de persoonlijkheid van diegene.