Potentiele energie heet ook wel zwaarte-energie. Het is de energie die voorwerpen hebben als ze zich op een bepaalde hoogte boven de grond bevinden. Hoe hoger, hoe groter de potentiele energie.
De zwaarte-energie (Ez) is een vorm van energie die een voorwerp heeft ten gevolge van zijn massa en hoogte. De formule hiervoor is: Ez = m x g x h. Ez is de zwaarte-energie in joule (J).
De energie van een lichaam of voorwerp door zijn positie in het gravitaieveld of de energie die nodig is om een voorwerp tot een bepaalde hoogte te brengen vanaf een standaard niveau.
Je drukt een veer in. Om de veer in te drukken moet je er energie in stoppen. Deze energie wordt opgeslagen als potentiële energie en komt vrij als je de veer weer loslaat en naar zijn originele lengte laat terugkeren (elastische energie).
Hoe luidt de formule van de kinetische energie? De kinetische energie wordt ook wel bewegingsenergie. Hierbij zijn de massa en snelheid van het voorwerp belangrijk. De formule van de kinetische energie zegt dan ook dat je 1/2 moet vermenigvuldigen met de massa van het voorwerp, maal de snelheid in het kwadraat.
Uit de eenheid van arbeid kunnen we dus afleiden dat arbeid gezien kan worden als de hoeveelheid energie die een kracht levert. Als je dus kracht uitoefent waarmee je een object, bijvoorbeeld een bal, verplaatst, dan krijgt de bal een hoeveelheid energie die gelijk is aan de verrichte arbeid.
De joule is de eenheid van energie in het SI-stelsel. Het is de energie die nodig is om een voorwerp over één meter te verplaatsen met een kracht van één newton. De newton is de kracht die nodig is om een voorwerp van één kilogram in één seconde een snelheid te geven van één meter per seconde.
De totale energie van een systeem is de optelsom van alle microscopische en macroscopische energieën, namelijk; thermische, mechanische, kinetische, potentiële, elektrische, magnetische, chemische en nucleaire energie.
Fz = m · g
Hierin is m de massa van het object dat wordt aangetrokken in kilogram, g is de valversnelling op aarde en heeft een waarde van 9.81m/s2. Fz is dan de kracht in Newton waarmee de zwaartekracht het object naar de aarde trekt.
Inwendige energie, een begrip uit de thermodynamica, is een vorm van energie die verbonden is aan het bestaan van een systeem. Het is de som van alle vormen van energie die in het systeem aanwezig, zoals de bindingsenergie en bewegingsenergie van de moleculen.
Deze drie grootheden hebben dus veel met elkaar te maken. Het verband tussen de energie (E), het vermogen (P) en de tijd (t) vind je terug in de formule hieronder. Rekenen met de formule voor elektrische energie.
Antwoord. Zowel potentie als potentieel is correct in de betekenis 'vermogen, kracht, macht' en 'mogelijkheid tot verwezenlijking'. Potentie is in deze betekenis veel gebruikelijker in Nederland dan in België.
Wat is de eenheid van energie? De eenheid van energie is de Joule (J). Uitgedrukt in grondeenheden: J = kg·m·s-2.
Bewegingsenergie = kinetische energie (Ek)
Tijdens het vallen wordt de hoogte steeds kleiner. De zwaarte-energie wordt dus ook steeds minder. De snelheid waarmee het pakket valt, wordt tijdens het vallen steeds groter. De zwaarte-energie wordt tijdens het vallen veranderd in bewegingsenergie (kinetische energie).
Het vermogen van een elektrisch apparaat geeft aan hoeveel elektrische energie er in een bepaald tijd gebruikt wordt.
In de formule voor gravitatie-energie staat de afstand (r) onder deelstreep. Als er geen min voor zou staan zou dit betekenen dat Egrav juist groter worden als r kleiner wordt. Je wilt juist dat Egrav kleiner wordt als r kleiner wordt. Vandaar het min-teken.
Een mens kan g-krachten goed waarnemen vanaf 3g. Bij 6g worden de meeste mensen misselijk, bij 9g raakt men buiten bewustzijn en 14g is dodelijk.
Een massa van 1 kg ondervindt op aarde op de breedtegraad van Nederland en België op zeeniveau een zwaartekracht van ongeveer 9,81 newton, aan de polen is dit 9,83 N en aan de evenaar 9,78 N.
Vallen is in wezen een eenparig versnelde beweging naar beneden. Op aarde is de versnelling vrijwel constant: 9,81 m/s2. Deze valversnelling wordt meestal aangeduid met het symbool g. Wanneer we geen rekening houden met wrijving neemt de snelheid waarmee iets valt elke seconde dus toe met 9,81 m/s.
Als op een apparaat 1000 watt staat, verbruikt het dus 1 kWh als je hem een uur op dat vermogen laat draaien. Als een apparaat een vermogen verbruikt van 400 Watt, is het energieverbruik na twee uur 0,8 kWh. Om je een idee te geven: met 1 kWh kun je wel tien keer 1 liter water koken in de waterkoker.
Groene stroom is afkomstig uit groene energie en wordt dus opgewekt met behulp van zon, wind, waterkracht en warmte. Vervolgens zet het energiebedrijf deze milieuvriendelijk opgewekte elektriciteit samen met de 'gewone' stroom op het elektriciteitsnet.
Aardgas is een fossiele brandstof, en de voorraad ervan in de grond is niet oneindig.
Enkele voorbeelden: - vloeibaar water: 4186 J/kgK; m.a.w. je hebt 4186J nodig om 1kg water met 1K op te warmen. - vast ijzer: 444 J/kgK; m.a.w. je hebt 444J nodig om 1kg ijzer met 1K op te warmen.
1 joule wordt gedefinieerd als de energie die nodig is om een bepaalde massa te verplaatsen met een kracht van 1 Newton over een afstand van 1 meter. 1 Joule is dus 1 Wattseconde.
nog één ding vergeet te noemen en dat is dat één watt ook is één Nm/sec, oftewel één Newtonmeter per seconde. Dat is de echte definitie van 1 watt, waaruit dus weer noodgedwongen moet volgen dat één Joule één Newtonmeter is.