De interstellaire ruimte is alle ruimte in een sterrenstelsel die niet bezet wordt door sterren en hun planetenstelsels. De materie en straling in de interstellaire ruimte is het interstellair medium.
De ruimte tussen de sterren en sterrenstelsels is voor het grootste deel leeg. Maar zelfs plekken ver van sterren en planeten bevatten verspreide stofdeeltjes of een paar waterstofatomen per kubieke centimeter.
De Ruimte begint bij 100 km boven de aarde, de Kármánlijn.
Deze lijn wordt beschouwd als het “begin” van de ruimte, maar eigenlijk heeft de aardatmosfeer geen scherpe begrenzing. De grens is gedefinieerd door een team op initiatief van de Hongaars- Amerikaanse natuurkundige Theodore von Kármán (1881-1963).
In de ruimte kan niemand je horen schreeuwen. Dat komt doordat er geen lucht is - de ruimte is een vacuum. Geluidsgolven kunnen zich in een vacuum niet verplaatsen. De 'kosmische ruimte' begint ongeveer 100 km boven de Aarde, waar de lucht rond onze planeet ophoudt.
In de ruimte tussen deze hemellichamen bevindt zich de interplanetaire materie.
Voor zover onderzoekers nu weten is er geen einde aan het heelal. Er is dus geen rand waar de ruimte stopt. Sterker nog: het heelal blijft groeien.Sterren en planeten bewegen steeds verder van elkaar af.
Op zaterdag 29 maart 2025, tussen 11:17 en 13:04 uur MET, vindt een gedeeltelijke zonsverduistering plaats. De Maan schuift dan vanaf de Aarde gezien precies voor de Zon langs. Bij helder weer zal vanuit Nederland en België de hele verduistering zichtbaar zijn.
Als het ISS in de schaduw van de aarde zweeft, is het in de ruimte ongeveer -150 graden Celsius. Verschrikkelijk koud, maar toch ruim honderd graden boven het absolute nulpunt van -273 graden Celsius (kouder bestaat niet).
Stofzuigers werken door een drukverschil te creëren - als er geen druk is, werken ze niet. Daarom zal de stofzuiger niet werken in de ruimte .
Nee, het heelal is onbegrensd en waarschijnlijk zelfs oneindig uitgestrekt. Langer antwoord: De nieuwste sterrenkundige waarnemingen doen vermoeden dat het heelal oneindig uitgestrekt is. Dat betekent dat het zeker geen rand heeft.
Negentien astronauten zijn tijdens een missie omgekomen – minder dan 3 procent van het totaal. Het gros van die sterfgevallen is toe te schrijven aan twee missies. In 1986 viel de Amerikaanse spaceshuttle Challenger een dikke minuut na de lancering uit elkaar. Alle zeven bemanningsleden kwamen daarbij om het leven.
Natuurkundig gezien kun je zeggen dat de aarde ophoudt wanneer de zwaartekracht ervan niet meer groter is dan die van de zon. Maar dat is pas op zo'n 20 miljoen kilometer afstand het geval – ruim vijftig keer zo ver als de maan.
De drie astronauten van de Apollo 13 zijn het verst weg van de aarde geweest. Op 15 april 1970 waren de drie astronauten van de Apollo 13 wel 401.056 kilometer van de aarde. Ze bevonden zich 250 kilometer boven het maanoppervlak aan de kant van de maan die van de aarde af staat.
Er bestaat geen 'buiten het heelal'. Het heelal is alles wat er is. Door dat gegeven zit er ook geen maximum aan de grootte van het heelal. Zelfs als het oneindig groot is, kan het alsnog groeien.
Nadat het zwarte gat is gevormd, neemt het meestal toe in grootte door materie uit de omgeving op te nemen. Wanneer een zwart gat samensmelt met andere zwarte gaten, kan er een superzwaar zwart gat ontstaan met een massa van miljarden zonsmassa's (M☉).
De intergalactische ruimte neemt het grootste deel van het volume van het heelal in beslag, maar zelfs sterrenstelsels en sterrenstelsels bestaan bijna geheel uit lege ruimte . Het grootste deel van de resterende massa-energie in het waarneembare heelal bestaat uit een onbekende vorm, genaamd donkere materie en donkere energie.
Slechts 15% van de materie in het heelal bestaat uit atomen.De rest is donkere materie. Maar niemand weet waaruit donkere materie is opgebouwd. Wel is bekend dat deze materie geen licht opneemt, uitzendt of weerkaatst, omdat dat met geen enkel bestaand wetenschappelijk instrument direct kan worden gemeten.
Astronauten lopen altijd acuut gevaar omdat er met de lanceerraket en hun ruimtecapsule van alles mis kan gaan. Maar er is ook een sluipend gevaar: in de ruimte is veel kosmische straling, waar een ruimtepak en de dunne wandjes van een ruimtestation nauwelijks bescherming tegen bieden.
Anders dan sommige eerdere ruimtestations zijn er geen douches in het ruimteveer en het ISS. De astronauten wassen zich met een vochtige doek met wat zeep. Er wordt ook niet afgewassen. Het gebruikte materiaal wordt samengeperst en weggegooid.
Zoals je ziet: zonder ruimtepak in de open ruimte is niet leuk en ten stelligste af te raden (sic). Je zwelt op, verbrandt, muteert en je longen kunnen barsten!
De ruimte buiten de aardse atmosfeer is uiterst vijandig. Er is geen luchtdruk en geen zuurstof om in te ademen.
De temperatuur in het International Space Station is ongeveer 72 graden Fahrenheit of 22 graden Celsius . De bemanning kan de temperatuur opnieuw instellen binnen een bereik van ongeveer 65 tot 80 graden F (18 tot 26 graden C). Afhankelijk van de oriëntatie en luchtstroom kunnen temperaturen variëren van de ene locatie tot de andere in het interieur.
Een zonnevlam van de X-categorie, de hoogste die er is, kan gevolgen hebben voor de aarde. Zware zonnevlammen kunnen leiden tot problemen met de radiocommunicatie, elektriciteitsnetwerken en navigatiesystemen. Ook kunnen zonnevlammen gevaarlijk zijn voor ruimtesondes, satellieten en voor astronauten.
Geniet van de zon zolang het kan: binnen 5 miljard jaar zal 'onze ster' oplaaien, splijten en uiteindelijk veranderen in een enorme gloeiende ring van interstellair gas en stof. Astronomen weten al lang dat de zon een houdbaarheidsdatum heeft.
Zonnestormen kunnen een grote impact hebben op de elektriciteitsvoorziening, of op de werking van communicatienetwerken of navigatiesystemen zoals Global Navigation Satellite Systems (GNSS). Ook meteorietinslagen kunnen een grote impact hebben. Gelukkig is de kans op dit risico klein.