Als een hostnaam is gedefinieerd, kunt u een printer opgeven met een hostnaam in plaats van een IP-adres. De hostnamen zijn afhankelijk van de netwerkomgeving. Gebruik de hostnaam die is vastgelegd in het gegevensbestand op de DNS-server. Gebruik als hostnaam de printernaam die op de configuratiepagina wordt vermeld.
Klik met de rechtermuisknop op jouw printer en selecteer Eigenschappen van printer: Ga naar het tabblad Poorten. Hier zul je het IP-adres van jouw printer vinden: Let op: Misschien moet je de kolom waarin het IP-adres staat verbreden om het volledige nummer te kunnen zien.
Een hostname is de naam / het label dat toegewezen wordt aan een apparaat (i.e. een host) op een netwerk en wordt gebruikt om onderscheid te maken tussen apparaten op een netwerk, of op het internet. De naam van een server (VPS) die e-mail verzendt is bijvoorbeeld een hostname.
Ieder adres is uniek! In uw Cloud-Backoffice vindt u de IP-adressen van uw printers terug onder Setup > Hardware > Printers. Het IP-adres van de printer geeft u vervolgens op TCP/IP > Standaard onder de optie IP-adres. De subnetmasker is in vrijwel alle gevallen 255.255.255.0.
Controleer of de naam van het draadloze netwerk (SSID) goed is ingesteld op de computer die u wilt gebruiken. Informeer voor hulp bij uw netwerkbeheerder. Controleer of de computer waarmee u verbinding wilt maken aanstaat. Zet het apparaat zo nodig alsnog aan en geef de netwerkinstellingen voor de printer opnieuw op.
Druk op de ⊞Windowstoets + R. In het schermpje dat opent, typ je cmd en druk daarna op enter. In het nieuwe venster typ je ipconfig en daarna druk je op enter. Als ipconfig niet start dan typ je eerst cd \windows\system32 en dan druk je op enter.
Vaak is de hostnaam gewoon standaard “mail.jedomein.nl” als dit niet werkt kan je het beste op de website van het domein zoeken naar de inkomende post gegevens. De gebruikersnaam is de volledige e-mail en wachtwoord spreekt voor zich zelf.
Instellingen inkomende mailserver
Servernaam voor inkomende e-mail. Het e-mailadres dat u wilt instellen. Het poortnummer dat wordt gebruikt door de server voor inkomende e-mail. De meeste gebruiken 143 of 993 voor IMAP of 110 of 995 voor POP.
Om de printer goed te kunnen gebruiken heb je de HP software nodig op jouw computer. In de browser moet je hiervoor naar: 123.hp.com. Daar vul je de productnaam van de printer in en klik je op 'zoeken'. Vervolgens download je het programma.
Een IP-adres bestaat altijd uit 4 nummers, gescheiden door een punt, waar elk nummer een bereik kan hebben tussen 0 en 255. Een voorbeeld van hoe een IP-adres eruit kan zien is 192.0.2.197.
Als u een Brother-apparaat hebt aangeschaft dat voorbereid is op netwerkgebruik, kunt u het IP-adres bepalen via het bedieningspaneel van het Brother-apparaat of door een rapport af te drukken dat Gebruikersinst of Netwerkconfiguratie (Netwerk Conf) heet.
Met POP3 download je je e-mail vanaf de server naar je apparaat (computer of telefoon). Je e-mail wordt doorgestuurd naar je apparaat en blijft niet bewaard op de server. Met IMAP kun je e-mailberichten op de server bekijken via je e-mailprogramma.
U kunt deze instellingen als volgt aanpassen: Ga naar 'Instellingen' > 'Mail' en tik op 'Accounts'. Tik op 'Nieuwe gegevens'. Kies een instelling, zoals 'Automatisch' of 'Handmatig', of kies een schema voor hoe vaak Mail gegevens ophaalt.
Hostnaam: om de hostnaam in te kunnen voeren, dien je eerst jouw mailserverinstellingen via jouw Control panel te achterhalen. Deze staan onder het kopje 'Domeinen' > 'Mailserverinstellingen'. Meestal is dit een door ons toegekend servernaam, bijvoorbeeld: jan.regelpaneel.com.
Het externe of publieke IP adres is het adres waarmee je aan internet bent verbonden; dit IP adres is afhankelijk van je access provider. Dit IP adres is dus eigenlijk de buitenkant van je internet router.
Een serveradres (Engels: server address) is het IP-adres (bv. 84.22.98.212) van een server, of een domeinnaam (bv. ftp.hostinginnederland.nl) die via DNS gekoppeld is aan dat IP-adres. Aan de hand daarvan kan een verbinding met de server worden opgezet, bijvoorbeeld om bestanden te verzenden via FTP.
De WPS-pincode zoeken
Als het bericht over de WPS-pincode wordt weergegeven op de computer, zoekt u een pincode op het bedieningspaneel van de printer of op het informatieblad dat tijdens de installatie is afgedrukt. Voer de pincode in en klik vervolgens op Volgende om de installatie te voltooien.
Afdrukken met Wi-Fi Direct (Windows)
Selecteer de printer met Wi-Fi Direct in de naam (bijvoorbeeld: DIRECT-72-HP OfficeJet Pro 6970) en wachtwoord. Printer met een bedieningspaneel: Raak het Wi-Fi Direct-pictogram of de knop aan om de naam en het wachtwoord van Wi-Fi Direct weer te geven.