Mits is een onderschikkend voegwoord met de betekenis 'als, op voorwaarde dat'. Mits de directie daarmee instemt, wordt het plan aan de raad van bestuur ter goedkeuring voorgelegd.
Immers en namelijk worden allebei gebruikt om een redengevend verband uit te drukken, maar er is een klein verschil in betekenis. Immers drukt uit dat de reden of het argument als bekend of als algemeen erkend wordt beschouwd. Bij namelijk gaat het om een nieuwe reden of een nieuw argument.
Behalve is volgens de meeste naslagwerken een voegwoord. Net als bij andere voegwoorden (bijvoorbeeld en, of) volgt op behalve de onderwerpsvorm van een persoonlijk voornaamwoord (ik, jij, hij, zij, wij, jullie, zij) als behalve dat voornaamwoord verbindt met het onderwerp van de zin.
Vermits is een onderschikkend voegwoord met de betekenis 'aangezien, omdat'. Vermits is een formeel, schrijftalig woord dat niet door iedereen als standaardtaal wordt beschouwd. Het is aan te bevelen vermits te vervangen door aangezien of omdat.
Als, wanneer en indien kunnen alle drie een voegwoord van veronderstelling of voorwaarde zijn in de betekenis 'in het geval dat' en 'onder voorwaarde dat'. Indien is een formeel woord.
Nee, alleen wanneer is juist. Waarneer is geen bestaand Nederlands woord. Ook waneer (met één n) is niet goed. Wanneer is ontstaan uit de Middelnederlandse woorden wan ('wanneer, als, indien') en eer ('vroeger').
Met als en wanneer kan zowel een tijdsmoment ('op het moment dat' of 'iedere keer dat') als een voorwaarde ('indien') worden uitgedrukt. Er is een stijlverschil: als is het vlotst, wanneer is wat formeler en schrijftaliger.
De voorzetsels naast, buiten en behalve zijn alle drie correct in deze zin. De betekenis is hier: 'niet alleen …, maar ook'.
als synoniem van een ander trefwoord: ras (zn) : ondersoort, soort, variëteit.
Een voorzetsel staat vaak voor een zelfstandig naamwoord. voor, achter, naast, in, op, door, over, uit, boven, onder, om, tegen, aan, binnen, buiten, langs, tijdens, sinds, bij, tot, zonder, met, behalve, naar, na, via, per, te, tegen, volgens… achter te zetten. voor de kast, op de kast, achter de kast…
Echter kan gebruikt worden als eerste woord van een zin, om een tegenstelling met de vorige zin uit te drukken. Het staat dan in de zogeheten aanloop en valt buiten de eigenlijke zin. Na de komma komt altijd eerst het onderwerp en dan pas het vervoegde werkwoord.
Namelijk wordt gebruikt om een opsomming in te leiden waarbij alle leden bij de naam worden genoemd. De betekenis van namelijk is bij een opsomming te omschrijven als 'te weten'. De maatregel is van kracht in drie Vlaamse provincies, namelijk West-Vlaanderen, Oost-Vlaanderen en Vlaams-Brabant.
aldus, bijgevolg, dan, derhalve, dientengevolge, ergo, zo, zodoende. als synoniem van een ander trefwoord: bijgevolg (bw) : daarom, derhalve, dientengevolge, dienvolgens, dus, ergo, gevolglijk, zodoende.
Een ondersoort (wetenschappelijke term: subspecies) is een taxonomische rang in de taxonomie. Een ondersoort staat in de taxonomie lager in rang dan een soort. Een soort kan uit verschillende ondersoorten bestaan die meestal niet in hetzelfde gebied voorkomen.
iemand die grappen maakt of uithaalt
1) Bedrieger 2) Clown 3) Die aardig is 4) Farceur 5) Grapjas 6) Grollenmaker 7) Guit 8) Hansworst 9) Iemand die leuk is 10) Joker 11) Komediant 12) Komiek 13) Kwibus 14) ...
Afstammeling = 1) Afkomeling 2) Bloedverwant 3) Bloedverwantschap 4) Descedent 5) Familielid 6) Kind 7) Kind van het volk 8) Loot 9) Mansoir 10) Nageslacht 11) Nakomeling 12) Nakroost 13) nazaat 14) Oir 15) Spruit 16) Telg 17) Verwant...
We schrijven waarin aan elkaar als de combinatie een voornaamwoordelijk bijwoord is.
Bijwoord. Als je het te snel doet, lukt het niet.
ter voorzetsel Uitspraak: [tɛr] <te + der, een oude vorm van het lidwoord 'de'> ter wereld (op/van de wereld) `het grootste woordenboek ter wereld`de groten ter aarde (de rijke en machtige mensen)ter gelegenheid van ...
In het Standaardnederlands is alleen hij wil juist. Hij wilt geldt echt als een fout, ook al komt het vaak voor. Het is bijvoorbeeld ook zij wil, men wil, Eva wil, iedereen wil en de klant wil. De derde persoon enkelvoud is bij willen dus anders dan bij bijna alle andere werkwoorden, bijvoorbeeld wensen en hopen.
De dubbele punt betekent in het eerste deel van de zin meestal “het volgende” of “als volgt” en in het tweede deel van de zin meestal “namelijk”, “want” of “immers”. Wanneer gebruik je een puntkomma? Een puntkomma gebruik je tussen twee hoofdzinnen en bij opsommingen.
In Nederland is het woord nagenoeg onbekend. Afhankelijk van de bedoelde betekenis kunnen in het hele taalgebied de volgende synoniemen gebruikt worden: zo nodig, indien nodig, desgewenst, eventueel, in voorkomend(e) geval(len) of in dat geval.
Wat of dat
Je gebruikt meestal 'wat' als het woord volgt op een onbepaald woord (iets, niets, het enige, datgene) of een bijvoeglijk naamwoord dat zelfstandig wordt gebruikt (het mooie, het leukste, het bijzondere) of als het woord verwijst naar een rangtelwoord (het eerste). Je kunt hier ook 'dat' gebruiken.
Bepaald of onbepaald zelfstandig naamwoord
Het woord 'dat' wordt gebruikt als je verwijst naar een bepaald zelfstandig naamwoord. Voor onbepaalde verwijzingen gebruik je daarentegen 'wat'.
Het betrekkelijk voornaamwoord wat wordt gebruikt om te verwijzen naar een hele zin, en als variant van de combinaties dat wat en datgene wat. De hooligan kwam spontaan de schade vergoeden, wat ik niet verwacht had. Ik was erg aangedaan door wat je vertelde.