De beste oplossing is natuurlijk een lens gebruiken die geschikt is voor macrofotografie. Zo'n lens kenmerkt zich door het gebrek aan vervorming in de hoeken en minimaal een 1:1 vergroting. Dat houdt in dat op een sensor van 36 x 24 mm, een onderwerp van dezelfde grote beeldvullend op de foto kunt krijgen.
De meeste macrofoto's worden met een spiegelreflexcamera of een systeemcamera met een speciale macrolens gemaakt. Maar zelfs met sommige compact camera's kun je macrofoto's maken! Compact camera's hebben vaak een speciale macro-stand, die op het instelwiel wordt aangeduid met het pictogram van een bloemetje.
Bij een macrolens met een brandpuntsafstand van 60 mm, is de minimale werkafstand rond de 60 mm. Het voordeel van een macrolens met een grote brandpuntsafstand is dat de minimale werkafstand ook groter is, waardoor het mogelijk is op een grotere afstand een insect op maximale grootte te fotograferen.
Beste voor macrofotografie: Panasonic LUMIX DC-TZ200
Een goede beeldstabilisatie is dan noodzakelijk. Die vind je terug in de beste compact camera voor macrofotografie: de Panasonic Lumix DC-TZ200. Ook de live view-functie helpt om je camera stabiel te houden.
Kies dan voor een dioptrie-voorzetlens. Deze lens lijkt op een soort brillenglas en komt in verschillende sterktes. De voorzetlens kun je makkelijk op de camera schroeven en verkort de minimale afstand waarop je nog kunt scherpstellen. Voordeel: je hebt al een voorzetlens voor €20,-.
Samengevat. Een systeemcamera en spiegelreflexcamera verschillen niet veel van elkaar. Qua beeldkwaliteit en instellingsmogelijkheden presteren ze bijna even goed. Beide camera's beschikken over goede sensoren waarmee je in verschillende lichtsituaties fotografeert en filmt.
De Canon EOS M50 II is de beste systeemcamera voor beginners vanwege zijn eenvoudige bediening. De camera is razendsnel en schiet tot wel 10 beelden per seconde. Ben jij een fanatieke fotograaf en zoek je een snelle camera? Dan is dit je model.
Kies daarom voor: een kleine systeemcamera als je niet wil slepen met een zware tas, maar fotokwaliteit wel belangrijk vindt. Daarnaast kun je lenzen wisselen voor een groter zoombereik. een grote systeemcamera of spiegelreflex als je een grotere camera prettig vindt en het wat hogere gewicht geen bezwaar vindt.
Je kunt voor het fotograferen van insecten dus beter kiezen voor een langere lens – circa 90mm tot 180mm – in plaats van de (doorgaans goedkoopste) lenzen die een brandpuntsafstand van ongeveer 40mm tot 60mm hebben. Sommige macrofotografen maken er een sport van echt contact met een beestje te maken.
De meest bepalende factor bij een close-up is je compositie, dus de manier waarop je het beeld van de foto 'indeelt'. Je kunt er bij een close-up voor kiezen om je onderwerp beeldvullend in beeld te brengen of je kunt het ongeveer tweederde van je scherm laten vullen zodat je ook een een stukje (vage) achtergrond ziet.
Een lens van 200 mm of 300 mm werkt bijvoorbeeld heel goed. Doordat je inzoomt lijkt het meteen al alsof je op ooghoogte fotografeert. Je kunt er makkelijk een exemplaar uit pikken. Dit werkt heel goed als je een veld bloemen hebt en er één bloem uit wilt lichten.
Een macrolens is handig voor fotografen die zich willen toespitsen op detailfotografie. Met deze lenzen maak je vanaf een hele korte afstand tot het onderwerp een scherpe foto. Dit lukt met de meeste andere lenzen minder goed. Je legt er alles op ware grootte mee vast, zoals kleine details van insecten of bloemen.
Het verschil tussen USM en STM is dat USM sneller scherpstelt waar STM vloeiender scherpstelt, wat een voordeel is tijdens het filmen met een dSLR.
Je kiest voor een bridgecamera als je op zoek bent naar een veelzijdige camera met een groot zoombereik. Een bridge camera is vaak compacter dan een spiegelreflexcamera en heeft alsnog een stevige grip. Door de vaste lens en het grote zoombereik hoef je nooit verschillende lenzen mee te nemen in je tas.
Optische zoom
De zoomfactor, bijvoorbeeld 3x zoom. Deze wordt berekend door de hoogste waarde van het zoombereik te delen door de laagste waarde van het zoombereik. Zo kun je met 60x zoom even ver zoomen als met 50x zoom: omdat je verder kunt uitzoomen.
Streef naar een klein diafragma (groot f-getal) als je wilt dat er meer dan alleen een klein deel van het insect in focus is. Als je tijdens de vlucht een insect fotografeert, probeer dan handmatig scherp te stellen. Focus op de ogen, zoals bij elk ander dier om de meeste indruk te maken.
Voor het fotograferen van insecten is een macro-objectief nodig waarmee u van zeer dichtbij op het onderwerp kunt scherpstellen. Met een macro-objectief (Nikon noemt deze Micro-NIKKOR-objectieven) kunt u onderwerpen op bijna ware grootte fotograferen.
Ze zijn met bijna een miljoen beschreven soorten verreweg de grootste en meest soortenrijke groep onder de dieren en dan zijn er ook mogelijk enkele miljoenen soorten nog niet eens ontdekt. Het is niet vreemd dat je insecten dus overal tegenkomt, niet alleen op land maar ook in het (zoete) water.