Ilja: 'Autisme heeft met de hersenen te maken en is aangeboren. Binnenkomende informatie wordt bij iemand met autisme anders verwerkt. Iemand met een autisme kan informatie niet goed filteren. Relevante en niet relevante informatie komen even hard binnen en dat zorgt al snel voor overprikkelde zintuigen.
Proefpersonen met autisme bleken ongebruikelijk sterke connecties te hebben tussen de thalamus – het deel van de hersenen waar zintuiglijke prikkels binnenkomen – en de gebieden op de hersenschors, waar we ons bewust worden van deze prikkels.
Oorzaak autisme mogelijk in de hersenen
Onderzoek naar ASS wijst erop dat bepaalde hersengebieden anders functioneren of dat de communicatie tussen hersengebieden anders verloopt dan bij 'gezonde' hersenen. Over de precieze afwijkingen en welke hersengebieden daarbij betrokken zijn, bestaat nog onduidelijkheid.
Bij mensen met autisme verloopt de informatieverwerking in de hersenen op een andere manier. Daardoor hebben ze vaak moeite om sociale situaties goed in te schatten en vinden ze het lastig om met veranderingen om te gaan.
Bij de meeste kinderen wordt de aandoening ontdekt in de kleuterjaren. Uit onderzoek blijkt nu dat die diagnose eerder gesteld zou kunnen worden, zelfs in het eerste levensjaar al. Op hersenscans zijn de tekenen van autisme al duidelijk zichtbaar, voor dat via gedrag ook voor de buitenwereld zichtbaar wordt.
Mensen met autisme reageren anders op emotionele prikkels. Zij missen het intuïtieve vermogen zich te verplaatsen in de gedachtewereld en de bedoelingen van anderen. Zij vinden het lastig om aan te voelen wat passend gedrag is in een bepaalde context.
Ongeveer de helft van de kinderen en volwassenen met autisme lijkt over een zeer goed ontwikkeld geheugen te beschikken (Meilleur et al., 2015). Zij hebben bijvoorbeeld een beter geheugen voor data, plaatsen of routes dan een op intelligentie en leeftijd gematchte controlegroep zonder autisme.
Autisme spectrum stoornis (ASS) is de officiële verzamelnaam voor alle verschillende vormen van ontwikkelingsstoornissen volgens DSM, het handboek van psychiatrische aandoeningen. Bij alle soorten autisme staat een stoornis in de informatieverwerking in de hersenen centraal.
Mensen met autisme houden erg van voorspelbaarheid. Het liefst houden ze alles altijd hetzelfde. Als je aan een vorm van autisme lijdt, dan heb je grote moeite met veranderingen, zeker als ze onverwachts komen.
Je vindt het moeilijk om contact te maken en te onderhouden. Je hebt meer dan anderen moeite met praten en communiceren. Je vindt het lastig om je dingen die er niet zijn, voor te stellen. Je hebt geen fantasie, of juist een te grote fantasie.
Verband met trauma
Oorzaken zijn vaak stress door negatieve jeugdervaringen (verwaarlozing, misbruik en mishandeling; Wolf & Baglivio, 2017). Negatieve emotionaliteit als gevolg van trauma lijdt vaak tot rigide persoonlijkheidstrekken en dwang die verward kunnen worden met autisme ( Stöfsel & Mooren, 2016).
Ondanks dat autisme niet te genezen is, kun je wel leren wat autisme is en wat dit voor jou betekent, bijvoorbeeld door middel van psycho-educatie. Daarnaast kun je door middel van hulp en/of behandeling op de gebieden waar je problemen ondervindt, beter om leren gaan met de klachten die je door autisme hebt.
Regelmaat, routine, voorspelbaarheid zijn een houvast voor iemand met autisme. Een partner en vrienden moeten zich daaraan aanpassen. Dat moet je kunnen. Het zich in een ander verplaatsen is voor iemand met autisme een haast onmogelijke opgave.
Autistisch denken is dingen anders waarnemen en begrijpen. Mensen met autisme ontwikkelen zich anders en gedragen zich anders omdat ze de wereld anders waarnemen en begrijpen. Menselijk gedrag wordt immers bepaald door wat we waarnemen en hoe we die informatie verwerken.
Kenmerken van een andere en/of vertraagde motorische ontwikkeling zijn bijvoorbeeld: Het maken van stereotiepe bewegingen, zoals fladderen met handen of armen, heen en weer wiegen en rondjes draaien.
Sommige kinderen met autisme lijken minder behoefte aan slapen te hebben. Zij kunnen zich op wakkere momenten uitstekend bezig houden, zonder hun ouders uit hun slaap te houden. Vergeleken met leeftijdgenoten zonder autisme is de algemene slaapkwaliteit beduidend slechter.
'Die versnelde veroudering hebben we niet gevonden', vertelt Geurts. 'Autisme heeft in die zin dus geen impact op ouder worden, en andersom. Mensen blijken op oudere leeftijd soms zelfs beter in staat met hun autisme om te gaan.
Leven met autisme: een zelfstandig bestaan
Sommige mensen met autisme ontwikkelen zich zodanig dat ze zelfstandig kunnen leven. Ze hebben werk en hebben geleerd om met hun communicatieve beperkingen om te gaan. Vaak zijn dit mensen met een normale tot hoge intelligentie.
Onbegrip, sociale eenzaamheid en isolement, beperkte vrijetijdsbesteding, geen passend onderwijs, angsten en overprikkeling, overbelasting van naasten, zoals partners, familieleden en ouders zijn een aantal veel voorkomende problemen.
Welke medicijnen worden gebruikt bij autisme? Antipsychotica worden gebruikt bij kinderen met autisme, die last hebben van angst of agressief gedrag. Antipsychotische middelen verminderen deze verschijnselen. Er wordt onderscheid gemaakt tussen klassieke en atypische antipsychotica.
Autisme spectrum stoornis (ASS) is de officiële verzamelnaam voor alle verschillende vormen van autisme.
Zijn erg opmerkzaam; Zijn goed met probleemanalyses; Hebben oog voor detail en zijn nauwkeurig; Zijn goed in het planmatig en stapsgewijs werken.
"In een relatie is het geven en nemen", zegt Oscar, "maar als je met iemand met autisme bent, is het vooral geven. Je krijgt nooit hetzelfde terug als van iemand die geen autisme heeft. Mensen met autisme vinden intiem contact vaak lastig. Een knuffel kan dan al een romantisch gebaar zijn.
Mensen met autisme hebben een lagere levensverwachting dan mensen zonder autisme. Ze leven gemiddeld 16 jaar korter.