Met Moren wordt meestal gedoeld op de islamitische bevolking die tijdens de middeleeuwen op het Iberisch Schiereiland, in de Maghreb, Sicilië, Sardinië, Corsica en Malta woonde. De islamitische veroveraars bestonden voornamelijk uit Arabieren en Berbers.
De Moren waren afkomstig uit het huidige Marokko en veroverden in de achtste eeuw het Iberisch schiereiland en stichtten daar een rijk dat bekend stond als al-Andalus.
Moorse volksverhuizing – de economische & culturele opleving van Spanje. De Moren staken in 711 de straat van Gibraltar over en veroverden in rap tempo het Iberisch Schiereiland. Ze veroverden zelfs delen van Frankrijk, totdat ze door Karel Martel werden verslagen in de Slag bij Poitiers (732).
In de betekenis van 'moslim' (met hoofdletter Moor, mv Moren), is deze etnoniem voor het eerst aangetroffen in 1250, en is ontleend aan literair Latijn Mauri, een geografische benaming voor de Berbersprekende volkeren van Noordwestelijk Afrika, ook geleend in de meeste Europese talen, vergelijk Oudfrans (1176-81) Mor ' ...
In 1596 voer een op de Portugezen buitgemaakt schip met Moren (de oude benaming voor Afrikanen) de Middelburgse haven in. Ze waren afkomstig uit Guinee aan de Afrikaanse westkust. Het was de bedoeling van de Rotterdamse kapitein om de Moren als slaafgemaakten te verkopen.
"De Islamitische, Zwarte Afrikanen die onder andere bekend zijn om de kleding zoals deze twee figuren dragen, worden ook wel Moren genoemd. Deze van oorsprong Griekse term heeft voornamelijk betrekking op Zwarte moslims uit de Maghreb, het noordwesten van Afrika.
Vanaf de 8e eeuw tot het einde van de Reconquista in de late 15e eeuw importeerden de Moren blanke christelijke slaven .
De moslims die heersten over Sicilië worden ook Moren genoemd. In het moderne Spaans is het woord Moros een bevooroordeeld woord voor Noord-Afrikanen in het algemeen. Ook in de Filipijnen, een voormalige Spaanse kolonie werd de lokale moslimbevolking op de zuidelijke eilanden Moros genoemd.
Waszink: 'Het woord 'Moor' werd oorspronkelijk gebruikt voor een inwoner van Mauritanië. Later werden er donkergetinte mensen mee bedoeld en werd het bovendien ook wel als scheldwoord of in ieder geval als onaardige benaming gebruikt. Verder heeft de term 'Moor' geen prominente rol in onze samenleving.
Het vroegst bekende gebruik van het werkwoord moor is in de Middelengelse periode (1150-1500) . Het vroegste bewijs van moor in de OED is van rond 1378-81. moor is van meerdere oorsprongen. Ofwel (i) een woord dat is geërfd van het Germaans.
De taal. Met de komst van de Moren in Al-Andalus kwam er ook een nieuwe taal: het Arabisch. Toen de Moren Spanje binnenvielen werd er het Latijn gesproken. Binnen korte tijd werd het Arabisch een taal van hoog aanzien en de officiële taal voor de geleerden.
Na de desintegratie van het kalifaat werd de islamitische controle geleidelijk uitgehold door de christelijke Reconquista . De Reconquista (herovering) was het proces waarbij de katholieke koninkrijken van Noord-Spanje er uiteindelijk in slaagden de moslimstaten van het Iberisch Schiereiland te verslaan en te veroveren.
Moderne Noord-Afrikanen zijn de afstammelingen van de Moren. De Moren waren oorspronkelijk Arabieren en Noord-Afrikanen van oorsprong en geen zwarte Afrikanen of Afro-Amerikanen die niet bestonden ten tijde van de Moren. Marokkanen en Noord-Afrikanen. Dit is de DNA-kaart van enkele Europese en Noord-Afrikaanse landen.
De morisken (Spaans: Moriscos, Moren) waren de moorse inwoners van Spanje die na de Opstand van Alpujarras van 1499–1501 gedwongen waren christen te worden. Veel van hen bleven in het geheim de islam volgen.
De term Moor is een laat-antieke en middeleeuwse West-Europese term waarmee donkergekleurde Noord-Afrikanen van Arabische en/of Berberse afkomst werden aangeduid. Zij waren verantwoordelijk voor de invasie van Spanje in 711 na Christus en de vestiging van de bloeiende islamitische cultuur van die land, die duurde van de achtste tot en met de vijftiende eeuw.
De berbers, die zich Amazigh (betekent 'vrije man') noemen, zijn de oorspronkelijke bewoners van Marokko. De Marokkaanse Arabieren stammen af van de Arabische veroveraars die in de zevende eeuw voor het eerst Marokko binnenkwamen en van de Arabische moslims die in de vijftiende eeuw uit Spanje werden verdreven.
Deze drie scheldwoorden en hun zeven collega's scheefpoeper ('schuinsmarcheerder'), labbekak ('lummel'), tsjiepmuile ('bleitkous'), lapzwans ('nietsnut'), wietie ('onnozelaar'), scheve lavabo ('kromlopende senior') dingen mee naar de titel Het mooiste scheldwoord van Vlaanderen.
Bij de verovering van Andalusie ontdekten de Almoraviden (Moren) uit Mauretanie in de 11e eeuw een ver ontwikkelde bouwkunst en verstedelijking, ontwikkeld door de Arabische Moren die al vanaf de 8e eeuw in Andalusie heersten. Zij hadden prachtige Acazaba's (kasba's) en castillo's gebouwd ; paleizen voor hun heersers.
/ˈmʊə.rɪʃ/ behorend tot of betrekking hebbend op de groep moslims uit Noord-Afrika die van 711 tot 1492 over Spanje heerste : Moorse architectuur.
Symboliek. Het getal "515" is een symbool van de Arabische opstand tegen het Ottomaanse Rijk , die werd geleid door Hussein bin Ali, die afkomstig was van de stam van Banu Hashim, dezelfde stam waar Mohammed toe behoorde. Het getal 515 zou later een Arabisch nationalistisch symbool worden.
Oorsprong. De term 'moor' komt van het Latijnse woord 'Maurus' dat weer van het Griekse 'Mauros' ('zwart') afkomstig is. Deze term is via het Franse 'Maure' in het Nederlands terechtgekomen. Oorspronkelijke werden de bewoners van het noordwestelijk gedeelte van Afrika Mauri genoemd.
Dit leidde tot de verspreiding van Moorse, Afrikaanse en christelijke slavernij in Spanje. In de 16e eeuw was 7,4 procent van de bevolking in Sevilla, Spanje, slaaf . Veel historici hebben geconcludeerd dat het Spanje van de Renaissance en de vroegmoderne tijd de hoogste hoeveelheid Afrikaanse slaven in Europa had.
Er waren ook Sub-Sahara Afrikanen die waren opgenomen in al-Andalus om te worden gebruikt als soldaten en slaven . De Berber en Sub-Sahara Afrikaanse soldaten stonden bekend als "tangerines" omdat ze werden geïmporteerd via Tanger.
Het dieet op de plantages in de Amerika's bestond in de eerste plaats uit een bron van koolhydraten: pap van mais, bakbananen of cassave, rijst, of iets vergelijkbaars. Dit werd meestal aangevuld met een klein beetje eiwit. Op Surinaamse plantages kon dit bijvoorbeeld een stukje gezouten vlees of vis zijn.