iemands vrijheid beperken door hem vast te binden aan hand of voet; in de boeien slaan. iemands aandacht vasthouden.
Toch is er nog wel iets bijzonders met dat werkwoord boeien. Anders dan lachen behoort boeien tot de 'ervaringswerkwoorden'. Dat zijn werkwoorden die een ervaring uitdrukken. Het Nederlands heeft er verschillende: storen, amuseren, verheugen, ergeren, irriteren, bevallen, interesseren.
aandoenlijk, boeiend, dramatisch, hartbrekend, hartroerend, hartverscheurend, indrukwekkend, interessant, meeslepend, onthutsend, ontroerend, pakkend, roerend, schokkend, spannend, treffend. spannend (bn) : aangrijpend, bloedstollend, boeiend, enerverend, meeslepend, opwindend, pakkend, zinderend.
Je hebt gezocht op het woord: boeie. 1boei·en (boeide, heeft geboeid) 1in boeien sluiten; = vastbinden2de aandacht helemaal innemen: dat boeit hem niet (a) interesseert hem niet; (b) laat hem koud 2boei·en (tussenwerpsel) 1(populair; ironisch) wat saai!
Betekenis boeien
De markering die de recreatievaargeul aangeeft is herkenbaar aan de rood-witte en groen-witte strepen. Op grotere wateren als de Waddenzee, Westerschelde en de Noordzee worden gele boeien gelegd om de recreatiegebieden aan te geven. Dit doen we in verband met internationale regelgeving.
Er zijn boeien (met licht), tonnen (geen licht/ook wel blinde tonnen genoemd), sparboeien (deze zijn smal zodat ze minder last hebben van wind, stroom of kruiend ijs), drijfbakens (ton met staak en topteken), kopbakens (staak met kopteken op de kop van kribben) en steekbakens.
De schipper stuurt de boot tegen de wind in langzaam naar de boei en stopt de boot als de boei in het midden bij het bemanningslid met de landvast is. Die haalt de landvast door de ring en loopt naar de boeg waar de landvast op de kikker belegd wordt. De schipper vaart zachtjes achteruit.
De richting van het vaarwater
Laterale betonning zijn de rode en groene boeien die je op een rij op ongeveer gelijke afstand in het water ziet liggen. De markering kan ook als een walbaken op de oever staan. Ze geven de richting en breedte van het vaarwater aan.
De naam Ruurd komt van Rieuwert en betekent 'wachter', 'Hoeder'! De naam is afgeleid van het Germaanse Redward of Raad wacht. Boeie ruurd. Gast, boeie!
Ruurd is een jongensnaamnaam en betekent "wachter, hoeder". De naam stamt af van Rieuwert. Op betekenis-babynamen.nl hebben 4 Ruurd's hun eigen naam gewaardeerd met 4.5 sterren(van de 5).
'Het boeit niet' betekent zoveel als: het maakt niet uit, het is niet belangrijk.
Als je met je neus naar de punt van het schip staat zit baKboord linKs, en stuuRboord Rechts.
In principe is alle vaarwater rechts van het midden stuurboordwal. Kleine vaart moet voorrang verlenen aan grote/beroepsvaart en ruimte geven (indien mogelijk) aan een oplopend groot schip. De kleine vaart zal dichter aan stuurboordzijde van het vaarwater varen en de grote beroepsvaart zal dus meer in het midden varen.
Bakboord is de linkerzijde van het vaartuig, stuurboord de rechterzijde maar dan moet u wel aan boord van achteren naar voren kijken. Het rode navigatielicht zit aan bakboord en groene aan stuurboord. Een eenvoudig ezelsbruggetje is GRAS ofwel Groen Rechts Aan Stuurboord.
Deze boei markeert het diepste punt van het vaarwater. Je kunt hem veilig aan beide kanten passeren. De haven invarend, zie je aan stuurboord zijde een groen baken en aan bakboord zijde een rood baken.
Grotere boten gebruiken een stuurwiel (soms zelfs meerdere), hiermee kost het minder kracht om het roerblad te bewegen. Als je het stuurwiel naar rechts beweegt gaat het roerblad naar rechts en de boot draait ook naar rechts.
De navigatielichten op de zijkanten van een schip hebben verschillende kleuren: aan bakboord rood, aan stuurboord groen.
Met vaarbewijs 1 mag je op rivieren, kanalen en kleine meren varen. In Nederland bestaat dit uit bijna alle binnenlandse wateren zoals bijvoorbeeld de Rijn, de Lek en de IJssel. Let wel op, het IJsselmeer, het Markermeer en de Waddenzee zijn hiervan uitgezonderd.
Een klein zeilschip met het zeil over bakboord heeft voorrang op een klein zeilschip met het zeil over stuurboord. Varen ze met het zeil over dezelfde boeg, dan moet het loefwaartse schip voorrang verlenen aan het lijwaartse schip.
Op het water geldt voor snelle motorboten een landelijke maximumsnelheid van 20 km/h, tenzij ter plekke iets anders is aangegeven. Er zijn veel plaatsen waar de snelheid afwijkt. Op brede rivieren en grote meren mogen kleine schepen vaak sneller varen.
Net als bij een rood stoplicht geeft de rode kleur de stuurman aan dat hij geen vrije vaart heeft – een uitwijkmanoeuvre kan nodig zijn. Ziet de stuurman daarentegen een groen licht, dan kan hij met een gerust hart koers houden, want het andere schip moet voor hem uitwijken.
· Loef wijkt voor lij.
Deze regel gaat op als zeilschepen elkaar kruisen en ze beiden het zeil over dezelfde boeg hebben staan. Het schip dat aan de loefkant (waar de wind vandaan komt) ligt t.o.v. het andere schip, moet voorrang verlenen.