De kleine afmetingen van met name het tientje en de halve gulden maakten een korte spreuk noodzakelijk. Vandaar het voorstel van Van Swinden om een afkorting te gebruiken van de Latijnse spreuk: Si Deus nobiscum quis contra nos (Nederlands: Zo God met ons is, wie zal tegen ons zijn?, Rom. 8:31).
De gulden werd officieel betaalmiddel voor het hele rijk. De gulden werd onderverdeeld in 100 centen. Het portret van koning Willem I stond aan de ene en het koninkrijkswapen, en de Nederlandse leeuw, aan de andere kant. In de rand kwam de tekst 'God * zij * met * ons'.
De munten zijn uitgevoerd met twee ontwerpen van Erwin Olaf. Beide ontwerpen bestaan uit een portret van koning Willem-Alexander. Rondom zijn hoofd zijn de 12 sterren van de EU zichtbaar. Ook is het jaar waarin de munt is geslagen opgenomen.
De waardevolste munt van twee euro werd geslagen in Monaco. Deze werd in 2007 gemaakt ter ere van Grace Kelly, een Amerikaanse actrice en winnaar van een Oscar-prijs die trouwde met Prins Rainier III en prinses van Monaco werd. Er werden slechts 20.000 exemplaren in omloop gebracht.
5 gulden munt
Omdat de dubbele standaard werd vervangen door de zilveren standaard. Toen later de gouden standaard weer werd ingevoerd werd in 1912 nog een 5 gulden munt geslagen in een oplage van een miljoen.
In het Nederlandse decimale muntstelsel, gebaseerd op de gulden, is er tweemaal een muntcoupure geweest die de waarde van vijf gulden droeg. Beide munten werden vijfje genoemd, een naam die ook in gebruik was en is voor bankbiljetten van vijf gulden en vijf euro.
De waarde van een 10 gulden 1968 is afhankelijk van de kwaliteit van het bankbiljet, te herkennen aan de hoeveelheid gebruikerssporen uit die periode. De verzamelwaarde van het Nederlandse 10 gulden biljet uit 1968 wordt bepaald door de kwaliteit van het biljet.
Reacties. Je gulden heeft een waarde van €4,10 de rijksdaalder is €9,50 waard.
Doordat de munten uit 1970 en 1973 zwaarder zijn dan de andere munten, bevatten deze zilveren tientjes relatief meer puur zilver. Hierdoor zijn deze ook meer waard dan de zilveren tientjes uit latere jaren, namelijk ongeveer 9 euro. De munten uit de jaren 90 kunt u meestal voor ongeveer 5 euro aan ons verkopen.
De naam dubbeltje vond zijn oorsprong in het feit dat het geldstuk twee stuivers waard was (dubbele stuiver). Na de invoering van het decimale stelsel in Nederland (rond 1800) werd het muntje van 10 cent dubbeltje genoemd.
In de periode 1861-1909 was er een geelkleurig bankbiljet van 25 gulden dat in de volksmond ook 'geeltje' werd genoemd. Deze benaming voor 25 gulden bleef na 1909 nog lang in gebruik, alhoewel er geen uiterlijk verband meer met het briefje was en er in 1982 zelfs een ander geelkleurig biljet in omloop kwam (50 gulden).
Het geeltje was een bankbiljet ter waarde van 25 gulden, wat ongeveer gelijk staat aan 11 euro. Het geld dankt zijn naam aan het feit dat een geeltje in de tijdsperiode van 1861 tot 1909 een gele kleur had. Na 1909 bleef het geeltje in omloop, maar met een nieuwe rode kleur.
Het Geeltje
Deze term werd oorspronkelijk gebruikt voor een gouden munt met een variabele waarde, maar toen in 1861 een geel bankbiljet van 25 gulden werd ingevoerd, sprak men in de volksmond van 'een geeltje'.
Ook de bijnaam rooie of rooie rug (en vandaar, enigszins vulgair, alleen rug) voor een biljet van duizend gulden vindt zijn oorsprong in de 19e eeuw, toen deze biljetten een rode achterzijde hadden.
Knaak. Ten tijde van de gulden heette een munt van 10 cent een dubbeltje of duppie. Een gulden was een piek, een rijksdaalder een knaak, een biljet van 10 gulden een joet en een biljet van 25 gulden was tientallen jaren een geeltje, ook al was het rood.
Bargoens: bankbiljet van duizend (gulden of euro). Ook: rooie rug of rooie.
Een joetje (of joet, joedje, juutje) is tien gulden.
Een meier was vroeger in de volkstaal de naam van een briefje van 100 gulden.
Een muntje van 1 cent uit Monaco, uit 2001 of 2002, is om en bij de 100 euro waard. Hetzelfde geldt voor een muntje van 2 cent uit het Vaticaan uit 2002 of 2003. Nog een zeldzaam rostje is dat van 1 cent dat Finland in 2001 uitgaf. Dat is 10 euro waard.
Kwartje was de populaire naam van het Nederlandse vijfentwintigcentsstuk, een munt in het muntstelsel uit het koninkrijk. De naam is afkomstig van zijn waarde van een kwart gulden, al heeft de waardeaanduiding altijd 25 cent geluid.
Tot 1967 werden er nog guldens in zilver geslagen, de zogeheten zilveren gulden. Voor verzamelaars zijn die intussen wel anderhalve euro waard. De waarde kan toenemen als het gaat om een ouder exemplaar, bijvoorbeeld met de afbeelding van Wilhelmina of koning Willem (een van de drie) erop.
Voor de gouden munt uit 1728, geslagen in Hoorn, bracht op de veiling 196.800 euro op. Volgens Heritage Auctions Europe in IJsselstein is dit het hoogste bedrag dat ooit in Nederland voor een munt is betaald. Het gaat om een buitengewoon zeldzame munt die voor de Verenigde Oost-Indische (VOC) werd geslagen.
Voor een grove indicatie van de waarde kunt u ervan uitgaan dat de zilveren rijksdaalder van Koningin Juliana uit 1959 met 10,8 gram zuiver zilver ongeveer €5 waard is, en de zilveren rijksdaalder van Koning Willem met 18 gram zuiver zilver ongeveer €9.