Reacties. De (vermoedelijke) afdeling waar de persoon werkt die je aan zou moeten schrijven. Als het een "echte" motivatiebrief is (dus niet een huiswerkopdracht) bel je het bedrijf en vraag je de naam van de desbetreffende persoon. Dan ziet de ontvanger dat je moeite hebt gedaan.
Brief aan een onbekende
Als je echt niet weet naar wie je de brief schrijft, dan schrijf je: Geachte heer, mevrouw.
Ter attentie van is een vaste combinatie met een oude naamvalsvorm. De betekenis is 'voor, bestemd voor'. De afkorting van ter attentie van is t.a.v. We schrijven t.a.v. zonder hoofdletter, tenzij de afkorting aan het begin van een zin of een tekstregel staat, bijvoorbeeld in een adressering.
Weet je of de geadresseerde in de sollicitatiebrief een man of een vrouw is, dan gebruik je 'Geachte heer (achternaam)' of 'Geachte mevrouw (achternaam)'. Onthoud dat het altijd beter is om wel je aanhef persoonlijk te maken door eerst te achterhalen wie de persoon is waarnaar je schrijft.
T.a.v. is de afkorting van ter attentie van, wat 'voor, bestemd voor' betekent. De correcte spelling is t.a.v., met punten. We schrijven t.a.v. zonder hoofdletter, tenzij de afkorting aan het begin van een zin of een tekstregel staat, bijvoorbeeld in een adressering.
Voor de naam van de geadresseerde of de afdeling wordt vaak de afkorting t.a.v. ('ter attentie van') opgenomen, hoewel dat niet strikt noodzakelijk is. Als t.a.v. wel wordt vermeld, schrijf die afkorting dan met een hoofdletter.
T.a.v. (ter attentie van)
T.a.v. mag je weglaten. Vermeld je het toch dan beginnen met hoofdletter T en de heer of mevrouw met kleine letter.
Geachte en Beste kunnen daarom beter niet zelfstandig als aanhef gebruikt worden. Als u de naam en het geslacht van de geadresseerde weet, is de beste aanhef in een zakelijke brief of e-mail Geachte heer + de achternaam of Geachte mevrouw + de achternaam.
Beste wordt gecombineerd met een voornaam of een ander zelfstandig naamwoord. In de praktijk wordt Beste vaak zelfstandig als aanhef gebruikt, maar niet iedereen wordt graag op die manier aangeschreven. Het is daarom aan te raden om Beste altijd te laten volgen door een voornaam of een ander zelfstandig naamwoord.
Als u de naam van de ontvanger niet kent, maar zeker weet dat het om een man gaat, gebruikt u Geachte heer. Als het om een vrouw gaat, gebruikt u Geachte mevrouw. Als een persoon in een bepaalde functie wordt aangesproken, zijn combinaties met Mijnheer de en Mevrouw de gebruikelijk, zonder het woord geachte.
Bij communicatie met een docent, assistent of administratief personeel gebruik je het beste een formele aanspreking zoals 'Geachte professor', 'Geachte mevrouw' of 'Geachte heer '. Als de ontvanger heeft aangegeven dat je zijn of haar voornaam mag gebruiken kan je 'Beste ....' als aanspreking gebruiken.
Hoogleraar (titel: prof.): De hooggeleerde heer/vrouwe. Aanspraak: professor. Arts (titel: drs. met achter naam Arts): De weledelgeleerde heer/vrouwe (tenzij gepromoveerd, zie doctor).
Het eerste lidwoord of voorzetsel van de achternaam krijgt een hoofdletter als er geen voornaam, voorletter(s) of deel van de achternaam aan voorafgaan: meneer Op de Beek, mevrouw Van Dijk enzovoort.
Postcodes, Eircode en landcodes
(EN). (EN). een spatie tussen de cijfers en letters; twee spaties tussen de postcode en de plaatsnaam. de postcode wordt voorafgegaan door “SI-”.
Als je naar meerdere dames of heren schrijft (ook als zij niet getrouwd zijn), vermeld je de afzonderlijke namen in de adressering en de aanhef.
In Nederland worden deze woorden klein geschreven wanneer de voornaam of de voorletters voorafgaan: de heer Jan van den Berg en mevrouw M. de Vries, maar met een hoofdletter als voornaam of voorletters ontbreken: de heer Van den Berg en mevrouw De Vries.
Antwoord. Volgens het Nederlands Normalisatie-instituut (NEN) komt er een komma na de aanhef. Volgens het Bureau voor Normalisatie in België is er na de aanhef geen leesteken nodig, maar kan er eventueel wel een komma geplaatst worden.
Als je geen naam of alleen een achternaam gebruikt, kies je bij mannen voor heer en bij vrouwen voor mevrouw. Deze woorden schrijf je altijd voluit. Meneer, mijnheer en de heer gebruik je niet in de aanhef. (Me)juffrouw is verouderd, en kun je dus ook beter niet gebruiken.
Met tandartsen en huisartsen verkeert men meestal niet op voornaambasis, maar er wordt wel ruim getutoyeerd. Mensen zeggen: 'hallo' en 'tot ziens' en 'bedankt' tegen eerste-lijn-artsen, zoals ze dat gewend zijn met vrienden of collega's. Ouderen zeggen nog wel 'dokter' tegen de dokter.
In de adressering van een brief wordt de naam van een advocaat voorafgegaan door De heer of Mevrouw. De functiebenaming staat op een aparte regel onder de naam, met een beginhoofdletter.