Een andere belangrijke oorzaak van slaapproblemen bij kinderen is moeite met inslapen door angsten of piekeren. Bijvoorbeeld doordat je kind veel stress ervaart, zich zorgen maakt of iets naars heeft meegemaakt. Bij kinderen vanaf een jaar of 6 kan er zelfs een angst ontstaan voor het niet in slaap kunnen vallen.
Zorg dat kinderen gedurende de dag lekker kunnen bewegen: sporten, voetballen, dansen. Kinderen die regelmatig bewegen slapen beter dan kindjes die stil achter de TV of iPad blijven zitten; Creëer 's avonds rust: rust en ontspanning (een warm bad) zijn belangrijk om goed te kunnen inslapen.
Buitenlucht, daglicht en beweging helpen om goed te kunnen slapen. Zorg voor frisse lucht in de slaapkamer. Laat je kind tijdens het avondeten lekker kletsen. Of vertel hem wat hij die dag heeft gedaan en laat hem jou aanvullen.
Spreek met jezelf (en je partner) af, hoe lang jullie het kind laten huilen. Een richtlijn is minimaal 3 tot maximaal 10/15 minuten.
Slaapstoornissen bij kinderen uiten zich in verschijnselen die lijken op ADHD, zoals druk gedrag en problemen met de concentratie. Maar ook zaken als geheugenverlies en problemen met het inschattingsvermogen komen voor. Verder blijven kinderen met een slaapstoornis vaak achter in de groei.
Slaapregressie 4 maanden: omrollen. Slaapregressie 8 maanden: zitten en kruipen. Slaapregressie 12 maanden: beginnen met lopen. Slaapregressie 18 maanden: zelfstandig lopen.
Wat is slaapregressie? Een slaapregressie is een periode waarin je baby slechter slaapt. Je baby wordt 's nachts regelmatig wakker en kan vervolgens niet of moeilijk meer in slaap komen. Het kan elke baby overkomen: baby's die altijd al wat moeilijker slapen, maar ook baby's die voorheen sliepen als een roosje.
Het gaat erom hoe het gezin het ervaart', zegt slaapcoach Ewelina de Groot van Eindelijk Slapen. In sommige huishoudens is samen slapen een bewuste keuze, omdat de ouders bijvoorbeeld geloven in de 'natuurlijk ouderschap'-stroming die borstvoeding op verzoek en co-sleeping stimuleert.
De Nemours Foundation, een Amerikaans instituut voor kindergeneeskunde, vindt dat je je kind aan een eigen bed en kamer moet laten wennen voordat het een half jaar oud is. Anders raakt het gewend aan samen slapen en creëer je scheidingsangst.
Leer een baby onder de 6 maanden niet aan om met een knuffel te slapen. Onderzoek toont aan dat knuffels voor deze baby's nog geen emotionele rol vervullen. Vanaf de leeftijd van 6 maanden kan een knuffel of doekje een geborgen gevoel geven. Een kind dat wakker is kan met zijn knuffel spelen of er troost bij zoeken.
Hoewel wiegendood een dood is met onbekende oorzaak, weet men wel welke invloeden het risico vergroten. Afstand van de ouders, doordat een kind alleen op een eigen kamer ligt, vergroot dat risico. Een baby die bij de ouders slaapt, heeft dus een kleiner risico wat betreft wiegendood dan een baby op een andere kamer.
Vaak ligt stress, angst of aangeleerd 'onhandig' slaapgedrag ten grondslag of bijvoorbeeld wakker worden door bedplassen. Het kind heeft overdag nauwelijks of geen klachten door het slaapprobleem. Slapen, eten, drinken, poepen en plassen zijn basisbehoeften in een mensenleven.
Hoe lang duurt de angst om alleen te zijn bij je baby? Verlatingsangst bij je baby is helaas niet iets dat na een paar weken overgaat. Bij veel baby's start het vanaf de 6 maanden (kan eerder of later). De piek van de mate waarin je kind er last van heeft, bereikt hij/zij tussen de 8 en 18 maanden.
Tijdens een slaapregressie zal je meestal een aantal veranderingen zien in het gedrag en de gewoontes van je baby, zoals: Meer honger en frequenter eten. Regelmatig wakker worden 's nachts. Korte dutjes of zelfs weigeren om te slapen overdag.
Ons advies is om de ochtenddut niet te lang te laten duren. Met een kort ochtendslaapje zorg je ervoor dat je baby nog voldoende slaap over heeft voor een langer middagdutje. Is het ochtendslaapje te lang? Dan hebben baby's vaak meer moeite met een (langere) middagslaap.
Zo kan het gebeuren dat je peuter van 2 jaar ineens allerlei capriolen uithaalt in bed, dutjes weigert of 's avonds niet naar bed wil. Hoewel deze slaapregressie de 24 maanden slaapregressie wordt genoemd, kan deze zich ook in de loop van het tweede levensjaar ontwikkelen.
Iemand die aan nachtangst lijdt schrikt wakker, heeft een angstig gevoel en maakt een verwarde indruk. Soms gaat het plotseling wakker worden gepaard met een schreeuw. Meestal treden deze aanvallen op tijdens de diepe slaap, in de eerste helft van de nacht. Nachtangst komt meer voor bij kinderen dan bij volwassenen.
Dat is de welbekende '5-10 minuten regel', ook wel de gradual extinction of de gecontroleerde uitdoving genoemd.. Hierbij ga je elke 5 minuten terug om je baby of kind te troosten en het aantal minuten voer je stapsgewijs op. `Je laat je baby gecontroleerd huilen.
Doe dingen bijvoorbeeld eens in een andere volgorde en neem echt de tijd voor het naar bed brengen van je kind; lees uitgebreid een boekje of doe samen met je kind een rustig spelletje. Laat je kind ruim voor hij naar bed gaat niet meer op beeldschermen kijken. Hierdoor valt je kind moeilijker in slaap.