Urineonderzoek kan duidelijk maken of er sprake is van geslachtsziekten (soa's), urineweginfecties, nierziekten, urinewegproblemen of stofwisselingsziekten. Wat u hiervoor precies moet doen, is afhankelijk van het type onderzoek dat door uw zorgverlener is aangevraagd.
Een verhoogde waarde van bijvoorbeeld glucose of nitriet kan meerdere oorzaken hebben. Daarom wordt deze urinetest gebruikt als screening. *Glucose (suiker) is de primaire bron van energie van ons lichaam. Normaliter hoort in de urine geen glucose te zitten.
In urine kan van alles worden gevonden: micro-organisamen, stofwisselingsproducten, rode bloedcellen, witte bloedcellen, cellen van slijmvlies van de urinewegen en allerlei chemische verbindingen. Wanneer u klachten heeft kan de huisarts aan Saltro vragen om in het laboratorium een aantal testen te doen.
Urine opvangen in urinepotje (met en zonder buizensysteem)
Plas eerst een beetje urine in het toilet. Hiermee voorkomt u dat uw urine vuil wordt door cellen en bacteriën van de huid of de geslachtsorganen (vagina) . Daarna plast u in het urinepotje (midstream urine).
Verloop onderzoek
De urine is dan het meest geconcentreerd en afwijkingen worden daarin sneller opgespoord. Wast u zich wel eerst, zodat er geen bacteriën of huidcellen in terechtkomen. Het beste monster wordt verkregen door eerst een beetje uit te plassen in de wc en daarna wat urine op te vangen in het potje.
Urineonderzoek wordt gedaan als uw huisarts of verloskundige meer wil weten over de werking van uw nieren of urinewegen. Zo kunnen urineweginfecties worden opgespoord, maar ook nog andere aandoeningen zoals geslachtsziekten (SOA) bij mannen en diabetes (suikerziekte).
Je urine onthult je biologische leeftijd en of je gezond oud zal worden, stellen onderzoekers van Universiteit Hasselt en KU Leuven. Via een urinetest kan de biologische leeftijd van een persoon worden gemeten en worden bepaald of iemand vatbaarder is voor bepaalde ouderdomsgerelateerde ziekten.
Als je in korte tijd veel water drinkt, kan de urine lichtgeel tot vrijwel kleurloos worden. Dit komt doordat er een lage concentratie nierkleurstoffen (urochroom) in de plas aanwezig is, maar het zegt niets over je gezondheid. Bij slecht werkende nieren of slecht ingestelde diabetes kan de urine ook lichter zijn.
Urine bevat behalve water in water oplosbare stoffen, vooral ureum en anorganische zouten. Urobiline en porfyrine zorgen voor de typische gele kleur. Wanneer iemand erg veel drinkt, wordt de urine bij benadering waterkleurig.
Het beste is om de opgevangen urine zo snel mogelijk bij de huisarts of op het laboratorium af te geven. Als dit niet mogelijk is moet de urine in ieder geval in de koelkast bewaard worden, maar niet langer dan 24 uur. Bij kamertemperatuur kunnen aanwezige bacteriën zich snel vermeerderen, vaak al binnen één uur.
Normale pH van ochtendurine is licht zuur tot neutraal. De urine is na een maaltijd vaak basisch, dit komt door een grotere productie van maagsap na de maaltijd. Een zuurdere urine (pH <5) wijst op diarree of diabetes mellitus.
het middelste gedeelte van de straal op te vangen en niet het begin (midstream) bewaar de urine maximaal 4 uur in de koelkast (koel bewaren) een klein beetje urine is echt voldoende: een bodempje van 1 cm. volstaat.
De assistente test de urine voor u. De uitslag is dezelfde middag meestal bekend. U kunt hiervoor bellen met de praktijk. Heeft u een blaasontsteking, dan kijken we eerst of deze zonder medicijnen binnen een week over kan gaan.
Keuringen kunnen gaan over de lichamelijk gesteldheid, maar ook over de psychische gezondheid. De meeste keuringen bestaan uit een vragenlijst, een fysiek onderzoek en een gesprek over de algehele gezondheid.
Als wij het rapport van uw medisch specialist of keuringsarts binnen hebben, gaan wij aan de slag met uw beoordeling. U krijgt dan binnen 4 weken een reactie van ons. Biedt het rapport genoeg informatie? Dan ontvangt u een besluit over uw rijgeschiktheid.
Tijdens de medische keuring kijkt de arts onder andere naar uw bloeddruk, gezichtsvermogen, of uw armen en benen goed functioneren en of u geestelijk en lichamelijk in staat bent om te rijden. Hij of zij kan op basis van deze keuring stellen dat u niet of niet voldoende in staat bent om auto te rijden.
Als er eiwit in je urine zit, is dat een aanwijzing dat je nieren niet goed werken. Ook de aanwezigheid van veel afvalstoffen in het bloed wijzen daar op. Gezonde nieren filteren afvalstoffen uit je bloed, maar laten eiwitten zitten. Bij nierschade 'lekken' er toch eiwitten door.
De nieren zijn belangrijke organen. Ze kunnen meten of het lichaam voldoende, te veel, of te weinig vocht heeft. Is er te veel vocht in het lichaam, dan maken ze veel urine en als er een tekort is, dan maken ze maar weinig urine aan. Veel drinken betekent dus ook veel plassen.
Als u niet genoeg water drinkt, wordt urine meer geconcentreerd – dit is terug te zien in de kleur en geur. Als urine donker van kleur is met een sterke geur, kan dit wijzen op uitdroging. Sterk geconcentreerde urine, veroorzaakt door een lage vochtinname, ruikt vaak sterk.
Als je urine bruinrood van kleur is, kan dit een teken zijn van een leverontsteking. Je darmen geven een bruine galkleurstof – ook wel urobiline genoemd - af aan je lever. Als je lever ontstoken is, kan hij de urobiline niet goed verwerken.
Er wordt aangeraden om 1,5 tot 2 liter water per dag te drinken. Bij deze vochtinname gaat een volwassene gemiddeld 5 tot 8 keer per 24 uur naar het toilet. Plast u 8 keer of minder op een dag? Dan wordt dat gezien als een normale plasfrequentie.
Eiwit in de urine is vaak een teken van nierschade. De nieren filteren het bloed, waardoor er urine ontstaat die vol zit met afvalstoffen. De filters in de nieren zorgen ervoor dat er alleen water en kleine afvalstoffen worden doorgelaten. Grotere stoffen zoals eiwitten worden door de filters tegengehouden.
Witte bloedcellen in de urine wijzen in het algemeen op een urineweginfectie. Er zijn dan ook bacteriën aanwezig. We spreken van een lage urineweginfectie als de infectie alleen de blaas betreft. Wanneer ook het nierbekken ontstoken is (nierbekkenontsteking), dan spreken we van een hogere urineweginfectie.
Bloed in de urine kan komen door een aandoening aan de urinewegen (de nieren, de urineleiders, de blaas, de plasbuis of de prostaat). De oorzaak kan onschuldig zijn (bijvoorbeeld een blaasontsteking) of ernstiger (zoals kanker). De hoeveelheid bloed in de urine zegt weinig over de oorzaak.