In de hypotheekvoorwaarden van praktisch elke geldverstrekker staat dat je de woning niet mag verhuren. Tenzij de bank toestemming geeft. Geldverstrekkers zijn er niet happig op, want: Huurders zijn goed beschermd, je kunt ze niet zomaar uit huis zetten.
In de wet staat dat het is toegestaan om je woning of appartement te verhuren. In de statuten of het splitsingsreglement van de VvE kan wel een verhuurverbod zijn opgenomen. In dit geval heb je toestemming van de Vereniging van Eigenaars nodig om de woning te mogen verhuren.
Permanente verhuur van je eigen woning is vooral aan te raden als je zeker weet dat je je huis voor langere tijd wilt verhuren. Dat is wettelijk toegestaan, maar de hypotheekverstrekker speelt ook een rol. Heb je namelijk nog een hypotheek op je koophuis, dan moet je eerst toestemming vragen aan de bank.
Uw woning kan tijdelijk leeg staan. Bijvoorbeeld omdat uw woning te koop staat en u zelf al bent verhuisd. Ook kan het komen doordat u uw woning op termijn wilt slopen of renoveren. U mag uw woning dan tijdelijk verhuren volgens de Leegstandwet.
De geldverstrekker voor je nieuwe woning doet in de meeste gevallen een kadastercheck en zal zien dat je nog een ander huis hebt. Als je aangeeft dat je deze gaat verhuren dan zijn er banken die zullen eisen dat je daarvoor toestemming hebt van de bank waar je een hypotheek hebt lopen.
In uw aangifte inkomstenbelasting geeft u het hele huurbedrag aan. Bij 'inkomsten uit tijdelijke verhuur van het hoofdverblijf'. U betaalt dan belasting over 70% daarvan.
De woningen die door particulieren worden verhuurd, leveren een gemiddeld rendement op van 5,7 procent. Met andere woorden, de feitelijke jaarhuur is 5,7 procent van de WOZ-waarde. In de G40 ligt het percentage iets hoger en in de rest van Nederland iets lager.
De woning bedrijfsmatig en structureel verhuren is niet toegestaan. Je mag je eigen woning of appartement maximaal 30 dagen per jaar verhuren. Verhuur je langer dan deze periode, dan loop je het risico dat de gemeente onderzoek gaat doen naar bedrijfsmatige verhuur.
Met een verhuurhypotheek of verhuurders hypotheek kun je een woning financieren die je wilt gaan verhuren. Bijvoorbeeld als je een nieuwe woning hebt gekocht, maar je huidige woning wilt aanhouden om te verhuren. Je kunt ook een tweede woning aankopen specifiek voor de verhuur.
Als eigenaar of vruchtgebruiker van een woning mag je die in principe altijd verhuren, je hoeft daar niet eerst toelating voor te krijgen van een of andere overheid. Alleen soms moet je wel een bepaald attest kunnen voorleggen, dat (meestal tegen betaling) door de gemeente wordt verstrekt.
Elke gemeente mag zelf regels maken voor woningverhuur. U heeft misschien 1 of meer vergunningen nodig van uw gemeente. Vraag dus naar de regels in uw gemeente.
Hebt u inkomsten uit de verhuur van uw woning? Deze inkomsten moet u opgeven in uw aangifte inkomstenbelasting.
Het uitgangspunt is dat verhuur van een appartement is toegestaan. Dat is wettelijk zo bepaald. Die bevoegdheid van een appartementseigenaar om zijn appartement te verhuren wordt echter begrenst door de akte van splitsing. Daarin is namelijk bepaald wat de bestemming is van de appartementen.
Verhuurt u een woning of appartement aan uw kind, dan bestaat er in beginsel recht op huurtoeslag. Uw kind moet dan minstens 18 jaar oud zijn, een huurcontract hebben getekend en een woning hebben met eigen woon(slaap)kamer, keuken en wc.
Theoretisch gezien mag je een onbeperkt aantal woningen bezitten en verhuren in box 3. Alleen is het wel zo dat je geen of minimaal werk mag verrichten bij het verhuren van je woningen.
In situatie 1 ben je verplicht om 70% van de huurinkomsten op te geven aan de Belastingdienst. Deze 'inkomsten uit tijdelijke verhuur' vallen in box 1. Het gaat om de door jou berekende huurprijs, verminderd met de gemaakte kosten voor bijvoorbeeld gas- en elektriciteitsverbruik of advertenties.
Geldverstrekkers willen het overgrote deel van de waarde aan hypotheek verstrekken. Ze houden wel vaak een maximum aan van 70% tot 80% van de waarde (LTV: Loan to Value). De waarde die de geldverstrekker hierbij hanteert wordt de marktwaarde in verhuurde staat genoemd.
Voorbeeld inleg eigen geld
Je kunt via een geldverstrekker een verhuurhypotheek krijgen van bijvoorbeeld maximaal 70% van de waarde in verhuurd staat. Dit is een bedrag van € 105.000. Dit betekent dat je minimaal € 95.000 (€ 200.000 - € 105.000) eigen geld moet inbrengen.
Wanneer je bijvoorbeeld een kamer verhuurt voor een langere tijd en de huurder staat ingeschreven op jouw adres, dan kun je gebruik maken van de zogenoemde kamerverhuurvrijstelling. De huuropbrengst is dan belastingvrij.
Legaal uw huis particulier verhuren is mogelijk via huisbewaring, proef-samenwonen of de Leegstandswet. De Leegstandswet is alleen mogelijk bij een eigen koopwoning. De woning moet zichtbaar te koop staan en u moet een vergunning bij de gemeente aanvragen.
Als u uw eigen woning via Airbnb verhuurt, is de zogenaamde regeling van tijdelijke verhuur van toepassing (art. 3.111 en 3.113 Wet IB 2001). In dit geval is kortweg 70% van de huurinkomsten belast. De afslag naar 70% is voor te maken kosten, zoals onderhoud en afschrijvingen.
Volgens het Hof van Cassatie kunnen huurinkomsten echter nooit belast worden als divers inkomen, in tegenstelling tot meerwaarden uit vastgoed. Inkomsten die verkregen worden uit de verhuur zijn dus ofwel onroerende inkomsten ofwel beroepsinkomsten.
Verhuur van een woning of appartement kan, zeker in de stedelijke gebieden, een mooie extra bron van inkomsten worden genoemd! Door de verhuur uit te besteden heeft u weinig lasten en blijft het financieel risico laag. Aansluiting op stijgende vraag huurwoningen.
Wanneer je je opbrengsteigendom verhuurt aan een particulier, betaal je op die huurinkomsten geen belastingen. Je betaalt wel jaarlijks belasting op het kadastraal inkomen van je vastgoed. Fiscaal gezien is de verhuur voor privébewoning dus erg aantrekkelijk.
Goed nieuws: zoveel huizen mag je verhuren
Het antwoord op de vraag 'Hoeveel huizen mag je verhuren?' is simpel, namelijk: zoveel als je wilt. Wanneer we spreken over box 3 (vastgoed)beleggingen, dien je echter wel rekening te houden met fiscale consequenties.