Een rode, gele of oranje vlam komt door een lage temperatuur, een blauwe of witte vlam wordt veroorzaakt door een hogere temperatuur. Ten tweede wordt de vlam gekleurd door aangeslagen (energierijke) radicalen.
Hoe hoger een verdieping is, hoe verder een elektron naar beneden valt wanneer hij terugkomt naar de kern. En hoe verder de elektron valt, hoe blauwer het licht van de vlam is. Bij een kleine afstand is de vlam juist meer rood. Denk bijvoorbeeld aan vuurwerk met verschillende kleuren.
De blauwe vlam ontstaat wanneer de luchtschijf iets open gedraaid is. De verbranding is nu wel volledig. Er ontstaan geen roetdeeltjes die de vlam geel kleuren. We zeggen de vlam is kleurloos, in werkelijkheid zie je een lichte blauwe gloed.
De gasvlam brandt blauw, met een helder blauwe kern en een zwakker blauwe tot paarsblauwe buitenrand. De temperatuur is in de buitenrand het hoogst en kan bij aardgas oplopen tot plm 1300 graden. Bij acetyleen tot 1800 graden.
Het geel van een vlam zijn gloeiende koolstofdeeltjes. Die zijn er alleen als er geen volledige verbranding is. Het blauw of soms beetje groen is de kleur van de volledige verbranding van koolwaterstoffen, waar nog een kleine verontreiniging van metalen in zit.
Een rode, gele of oranje vlam komt door een lage temperatuur, een blauwe of witte vlam wordt veroorzaakt door een hogere temperatuur. Ten tweede wordt de vlam gekleurd door aangeslagen (energierijke) radicalen.
Wetenschappers hebben een temperatuur van vier biljoen graden Celsius gecreëerd in een laboratorium. Dit is 250.000 keer heter dan de temperatuur in het centrum van de zon.
De temperatuur van een magma of lava hangt af van zijn samenstelling, en kan variëren tussen iets minder dan 600 °C en 1250 °C. Basaltisch magma/lava is de meest voorkomende soort en kent ook de hoogste temperaturen: ongeveer 1000 - 1250 °C. Magma's met een andere samenstelling zijn iets minder heet.
Vuur heeft geen schaduw, omdat vuur licht manifesteert en duisternis verdrijft. De boodschap: zend licht uit en duisternis verdwijnt.
Wanneer de luchttoevoer geopend wordt, krijg je een ontzettend hete, blauwe vlam. De moleculen in het aardgas reageren dan met zoveel zuurstofmoleculen als mogelijk is. Dat is een volledige verbranding. Er ontstaat koolstofdioxide (CO₂) en water, maar geen roet.
Controleer regelmatig of u goed stookt.
Kleurloze rook wijst op een goede verbranding. Gekleurde rook (wit, grijs, zwart, blauw) duidt er op dat de verbranding slecht is. De vlam in de houtkachel moet heldergeel zijn en niet flakkeren. Een oranje, onregelmatige vlam duidt op een niet volledige verbranding.
pauzevlam of kleine gele: gasknop bijna dicht en luchtschijf helemaal dicht. kleine blauwe vlam: gasknop bijna dicht en luchtschijf een heel klein beetje open. grote blauwe vlam: gasknop open en luchtschijf een heel klein beetje open. ruisende blauwe vlam: gasknop open en luchtschijf open.
Gele vlam of pauzevlam
Deze gele vlam wordt ook wel pauzevlam genoemd. Je stelt de brander in op de pauzevlam als je de brander tijdelijk niet gebruikt. De gele vlam is niet geschikt om voorwerpen te verwarmen omdat er roet vanaf komt. De voorwerpen zouden dan vies en zwart worden.
Een fornuisglasvlam varieert in temperatuur gemiddeld tussen 250 - 320 graden ceslsius. Genoeg om water te koken, onvoldoende om ijzer of staal te smelten. Daarvoor zijn Hoogoven temperaturen nodig.
Plantenspuit. Voor Fred Vos van UNETO-VNI was de verkleuring van de gasvlam door gebruik van een luchtbevochtiger ook onbekend. Zelf nam hij meteen de proef op de som door met een plantenspuit water boven de gaspitten te vernevelen. Ook dan verandert de kleur van de vlam onmiddellijk van blauw naar oranje.
In de gele lichtgevende zone is de temperatuur van de vlam ongeveer 1200°C. De kaars dankt haar toepassing als lichtbron aan de onvolledige verbranding van het kaarsvet in deze zone.
Wanneer je een kaarsje aansteekt en er een lamp op richt, zul je zien dat het vlammetje geen schaduw geeft, maar de kaars wel. Licht heeft geen schaduw. Sterker nog, donker of duisternis is eigenlijk 'slechts' de afwezigheid van licht. Steek je een lamp aan, dan is het donker weg.
Dit zijn bijvoorbeeld sommige metalen, zoals staal en titanium en kristallen van kwarts of zirkoon.
Lange tijd heeft men gedacht dat dit magma uit de aardmantel afkomstig was. Er zijn nu echter aanwijzingen dat dit materiaal uit een tot nu toe voor onmogelijk gehouden diepte komt: het grensvlak tussen aardmantel en kern, zo'n 3000 km diep. Het vulkanisme van Hawaii is een gevolg van een zogeheten mantelpluim.
Het magma heeft een temperatuur van meer dan 1000 graden Celsius. Op zwakke plekken in de aardkorst, kan dit magma naar boven komen. Hier kan een vulkaan ontstaan. Als magma uit een vulkaan komt, noemen we het lava.
Furnace Creek in Death Valley in de Amerikaanse staat Californië is de heetste plek op aarde. Op 10 juli 1913 werd het daar 56,7 graden en dat is officieel de hoogste temperatuur ooit gemeten. Death Valley is een droog woestijngebied waar maximaal 50 millimeter regen per jaar valt.
Gassen kunnen namelijk oneindig hun vorm behouden. Dat betekent dat ze dus oneindig in dezelfde staat kunnen verkeren. Vuur is echter iets dat uitbrandt en niet altijd in dezelfde vorm bestaat.
Aan het oppervlak van de zon klimt de temperatuur op tot ongeveer 5500 graden; in de kern worden waarden 15 miljoen graden bereikt. Omdat de zon zo ver van ons verwijderd staat, doet het zonlicht er ongeveer 8 minuten over om de aarde te bereiken.
Vuur is een bijeffect van brand. De vlammen die je ziet zijn een heet gas dat voornamelijk bestaat uit zuurstof- en stikstofmoleculen in de lucht en de koolstofdioxide en waterdamp die gevormd worden bij de brand. De kleur van de vlam hangt af van de temperatuur van het gas.