Er ontstaan makkelijker stolsels in de benen (of op andere plaatsen in het lichaam) als het bloed te langzaam stroomt. Dit gebeurt bijvoorbeeld na langdurige bedrust, na een operatie, na een botbreuk of na een lange vliegreis.
Herstel bij een longembolie
Hoe lang hangt af van de ernst en de oorzaak van de longembolie. Vaak duurt het tussen drie en twaalf maanden. In sommige gevallen moet je de bloedverdunners altijd blijven gebruiken, bijvoorbeeld als je meerdere longembolieën hebt gehad.
Patiënten met de diagnose diepe veneuze trombose (DVT) of longembolie (PE) in acute zorg worden voornamelijk behandeld met anticoagulantia (medicijnen die helpen bloedstolsels te voorkomen) en bedrust. Men denkt dat ambulantie bloedstolsels kan losmaken.
Hier is het risico op een afsluiting door een embolie het grootst. Als gevolg van de afsluiting vermindert de doorbloeding achter de afsluiting. Het bloed wordt hierdoor in de long minder goed van zuurstof voorzien. Dit resulteert in een lager zuurstofgehalte (saturatie) van het bloed.
hebben aangetoond dat een pulsoximetrie-afkappunt van 94,5% zuurstofverzadiging in de kamerlucht op zeeniveau patiënten met longembolie effectief kan onderscheiden in groepen met een hoog risico (< 95% verzadiging) en een laag risico (≥ 95% verzadiging) (10).
Oorzaak longembolie
In de slagaders van de longen kunnen meerdere bloedstolsels zitten. Hierdoor is de doorbloeding van de longen slechter. Als er te weinig of geen bloed komt in het longweefsel, dan sterft het af. Dit noemen we een longinfarct en gebeurt bij 10% van de patiënten.
Een longembolie kan dodelijk zijn. Daarom moet je zo snel mogelijk behandeld worden als er trombose ontdekt wordt. Door het stolsel in de longen kan er een hoge bloeddruk in de bloedvaten van de longen ontstaan. Dit wordt pulmonale hypertensie genoemd.
Een sterke klinische verdenking op longembolie
Voor de meeste D-dimeertests wordt een afkapwaarde gehanteerd van < 0,5 mg/l onder de voorwaarde dat deze klinisch is gevalideerd voor het veilig uitsluiten van een diepe veneuze trombose (DVT) of longembolie.
Het kan zijn dat u nog dezelfde dag naar huis mag. Dit is mogelijk omdat de behandeling met bloedverdunnende medicijnen en eventuele pijnstil- lers thuis hetzelfde is als in het ziekenhuis. Maar het kan ook zijn dat u zo'n 3 dagen of nog wat langer in het ziekenhuis moet blijven.
Je benen omhoog leggen en op je rug slapen zijn ideale posities om stolsels te voorkomen. Vermijd strak opkrullen in een foetushouding of slapen met beperkte bloedstroom. Hydratatie, lichte beweging en medische hulpmiddelen zoals compressiekousen kunnen de vasculaire gezondheid tijdens de slaap ondersteunen.
Omdat een longembolie meestal het gevolg is van trombose, worden dezelfde medicijnen voorgeschreven: Directe orale anti-coagulantia (DOAC), zoals dabigatran, rivaroxaban en apixiban.Heparine, toegediend via een infuus of met spuitjes onder de huid.
Dezelfde individuele aanpak wordt gehanteerd bij mensen met verschillende soorten bloedstolsels: als de patiënt een longembolie (LE) heeft gehad, of een bloedstolsel in de longen, kan een cardiopulmonaal fysiotherapeut zich eerst concentreren op ademhalingsoefeningen om de ventilatie te verbeteren en vervolgens de mobiliteit beoordelen, met name gericht op de zuurstof in ...
Ze worden aan hun lot overgelaten, met alle gevolgen van dien. 40 tot 50% van de longembolie patiënten heeft na drie maanden nog klachten, ofwel het post-longembolie syndroom. Veel voorkomende restproblemen zijn kortademigheid, vermoeidheid, concentratiestoornissen, depressieve klachten en arbeidsongeschiktheid.
De longembolie moet eerst opgelost worden door uw lichaam. Dit heeft tijd nodig. De eerste tijd zult u het rustig aan moeten doen, de symptomen zijn namelijk niet gelijk verdwenen. Uw werkzaamheden kunt u weer hervatten in overleg met uw longarts of bedrijfsarts.
Klachten. Verschijnselen van een longembolie kunnen onder andere zijn: Benauwdheid. Pijn op borst, al dan niet vastzittend aan de ademhaling.
Het herstel van een longembolie kan even duren, vaak wel 3 maanden. In die periode blijft u onder controle van uw arts. Houd rekening met het feit dat u bloedverdunners gebruikt. Hierdoor kunnen sneller bloedingen ontstaan.
DISCUSSIE: D-dimeer-assay is een zeer gevoelige test die wordt gebruikt bij de evaluatie van PE. Het is een maat voor monoklonale antilichamen tegen D-dimeer die worden geproduceerd tijdens het proces van fibrinolyse. D-dimeer heeft een halfwaardetijd van 4-6 uur en blijft ongeveer zeven dagen verhoogd.
Om de longembolie vast te stellen is er een CT-scan nodig van de longen. Tijdens dit onderzoek wordt er vloeistof toegediend via een infuus in uw arm. Deze vloeistof zorgt er voor dat de bloedvaten op de CT-scan goed in beeld zijn. Een afsluiting van een bloedvat door een longembolie kan zo worden vastgesteld.
Bij ongeveer 2,6 op de 1.000 Nederlanders denken artsen aan een longembolie. Gemiddeld blijkt uit onderzoek dat 1 op de 4 van deze mensen ook echt een longembolie heeft. Dit komt neer op 10.000 tot 12.500 gevallen per jaar.
Na een longembolie moet je een tijd bloedverdunners slikken. De kans is groot dat je helemaal beter wordt. Je hebt wel een iets grotere kans om weer een longembolie of een trombosebeen te krijgen. Je kunt die kans misschien kleiner maken door bijvoorbeeld genoeg te bewegen.
De gemiddelde patiënt
Als de veneuze trombo-embolie niet komt door tijdelijke risicofactoren zoals een operatie of anticonceptiepil, is de kans op een nieuwe trombose hoog: bijna eenderde van de mensen krijgt binnen vijf jaar een nieuwe longembolie of trombose.
De ernst van een longembolie hangt af van de grootte van de embolie. Bij een grote longembolie wordt een gedeelte van de bloedsomloop geblokkeerd. Dan komt er weinig zuurstof in het bloed en kan een longinfarct ontstaan. Een zeldzame en levensbedreigende vorm van een longembolie is een ruiterembolie.
U wordt in het ziekenhuis opgenomen Bij een longembolie moet u soms 2 tot 5 dagen worden opgenomen in het ziekenhuis. De behandeling bestaat meestal uit het geven van bloedverdunners, soms tijdelijk extra zuurstof (als uw zuurstofgehalte in uw bloed te laag is), zo nodig pijnstillers.
Om een DVT uit te sluiten, wordt de grenswaarde 500 ng/mL gebruikt. Om een LE uit te sluiten, is de afkapwaarde ook 500 ng/mL, maar die wordt aangepast aan de leeftijd. Voor patiënten ouder dan 50 jaar wordt deze formule gebruik: leeftijd x 10 ng/mL.