Baby's huilen vanaf het moment dat ze geboren worden. Het is één van de manieren waarop baby's laten zien wat zij nodig hebben. Een baby kan gaan huilen als hij honger heeft, een vieze luier heeft, aandacht wil, pijn heeft, zich niet lekker voelt, of gewoon moe is en slaap heeft.
Bij 95% van de baby's is er geen medische oorzaak voor het vele huilen. Bij slechts 5% van de baby's wordt wel een medische oorzaak gevonden. Denk dan bijvoorbeeld aan reflux, een koemelkallergie, of een blaasontsteking. Te vroeg geboren baby's kunnen extra veel huilen als ze eenmaal thuis zijn.
Baby's huilen de eerste drie maanden van hun leven het meest. De eerste 6 weken gemiddeld 2 tot 2,5 uur per dag. Daarna neemt het aantal uren dat baby's per dag huilen weer af. Rond de 3 maanden is de huiltijd weer 1 tot 1,5 uur per dag.
Als er geen aanwijsbare reden is waarom je baby huilt en het onverstoorbaar door kan gaan, kan er sprake zijn van een huilbaby. Eén op de tien en volgens sommige deskundigen zelfs één op de vijf baby's, huilen meer dan drie uur per dag.
Vaak direct, maar soms ook na enkele weken kan de baby verschillende symptomen laten zien zoals: een voorkeurshouding, overstrekken, veelvuldig huilen/krijsen, buikkrampjes/koliek, onrustig, de vuistjes frequent ballen, niet goed kunnen ontspannen, moeite met slikken, veel spugen, etc.
Overstem je baby
Begint je baby met brullen, doe dan gewoon even mee. Je kleintje kan er even van schrikken en zal hierdoor stoppen met huilen. Werkt het niet voor je baby, dan werkt het wel om wat spanning uit je lijf te krijgen!
De meest opvallende symptomen van het KISS-syndroom bij baby's zijn duidelijke voorkeurshoudingen en een scheve stand van het hoofd. Andere symptomen zijn: Scheef ruggetje. Asymmetrisch bewegen van armen en benen.
Een kind dat overstuur is, valt immers niet zo makkelijk in slaap. Je baby heeft dan meer tijd nodig om zich weer gerust en veilig te voelen. Je kunt je kind wiegen of zacht een liedje zingen. Sommige ouders aaien van achter naar voren over het hoofd en de ogen, terwijl ze sussende geluiden maken.
Een baby die net wakker wordt en trappelt met zijn beentjes heeft waarschijnlijk wel honger. Daarna zal de baby diverse voedingssignalen laten zien. Huilen is een 'laat hongersignaal', eigenlijk al een 'alarmsignaal' van stress of ongemak van de baby.
Een baby is voor honderd procent afhankelijk van de zorg van anderen en kan nog niets zelf. Je jonge baby is dus nog helemaal afhankelijk van jou en je kan hem dus niet verwennen. Laat het goedbedoelde advies van je kraambezoek dus maar voorbij vliegen. Als hij huilt, is er iets met hem aan de hand.
Het zogenaamde huiluurtje in de avond kun je eenvoudig herkennen, het lijkt niet op het huilen van je baby als hij pijn of honger heeft. Je baby lijkt heel boos te zijn en huilt wel tien minuten tot meer dan een uur. Het gebeurt altijd aan het einde van de dag, meestal voordat hij gaat slapen.
Vaak herken je of je baby overprikkeld is: hij valt moeilijk in slaap of wordt juist van elk geluid wakker. Is schrikachtig, extreem alert of huilerig. Je baby wil gedragen worden, of juist niet: elke aanraking is een prikkel teveel en veroorzaakt een ontroostbare huilbui.
Symptomen van (verborgen) reflux herkennen bij je baby
Kokhalzen. Spugen. Overstrekken (het aanspannen van de rugspieren en het achterover drukken van het hoofdje) Slechte nachtrust.
Je herkent krampjes aan dat je baby onrustig wordt zo'n 20 – 30 minuten na de voeding. Je baby begint hard te huilen en kan daarbij een rood aangelopen gezicht krijgen. Vaak zie je je baby ook trappelen met zijn beentjes en balt hij zijn vuistjes. Soms laat je baby ook veel scheetjes als hij last heeft van de krampjes.
Oververmoeidheid herkennen
Wrijft je baby veel in de ogen? Net als gapen, huilen en wegkijken is dit een typisch signaal een oververmoeide baby. Ook rood rondom de oogjes is een bekend teken dat een baby moe of oververmoeid is. Veel oververmoeide baby's komen lastig in slaap.
Men spreekt volgens de definitie van Wessel van excessief huilen, wanneer een gezond en goed gevoed maar prikkelbaar kind perioden van irritatie, jengelen of huilen laat zien van tenminste 3 uur per dag en gedurende minimaal 3 dagen per week voor een periode van ten minste 3 weken achtereen (Wessel and others 1954).
Veel moeders doen hun baby in bad om hem te kalmeren. Het stromende water en de warmte doen wonderen voor je huilende kindje. Maar ook voor jou! Dus laat het bad lekker vollopen en stap er samen met je baby in, dan geef je hem ook nog de extra geruststelling van huid-op-huidcontact.
Kinderen kunnen allerlei symptomen krijgen als gevolg van het hersenletsel, bijvoorbeeld verminderde eetlust, overgeven, moeite met ademhalen of slikken, verminderd bewustzijn of zelfs een coma, epileptische aanvallen, verlaagde spierspanning of slapheid.
Het is daarom heel belangrijk het hoofdje steeds goed te ondersteunen. Doe je dat niet of schud je de baby hard door elkaar, dan kunnen kleine bloedvaatjes in de hersenen scheuren door de beweging met alle gevolgen vandien zoals blindheid, doofheid, stuipen, leermoeilijkeheden, hersenbeschadiging of zelfs de dood.
Baby's overstrekken vaak omdat er ergens in het lijfje iets mis is waar de baby last van heeft. De baby reageert vervolgens hierdoor veel slechter op externe prikkels. Hij of zij strekt dan zijn of haar rugspieren, strekt de armen en legt het hoofdje in de nek. Overstrekken is makkelijk te herkennen.
Je kunt je baby een paar minuutjes laten huilen, in de hoop dat de baby zichzelf in slaap 'jengelt', maar als de baby na een paar minuten nog niet slaapt, ga dan naar je baby toe om hem te troosten.
Huilen is een belangrijke (en enige) manier waarop een baby zich kan uiten. Gemiddeld huilt een baby van twee weken oud 2 uur per dag. In de loop van de eerste zes weken neemt het toe tot een gemiddelde van 2 uur en 15 minuten per dag.
Kinderen die gaan huilen als ze in bed worden gelegd zijn meestal kinderen die niet gewend zijn om uit zichzelf in slaap te vallen. Het kortdurende huilen hoort voor hen bij het gewennen aan het zelf in slaap vallen.