Nederland kent formeel geen kiesdrempel, al is er wel een regel dat een partij die geen reguliere zetel heeft gehaald ook geen kans op een restzetel maakt, wat dus (voor de Tweede Kamerverkiezingen) equivalent is aan een kiesdrempel van 2/3 procent van de stemmen.
De kiesdeler is niet hetzelfde als de kiesdrempel: het minimale aantal stemmen om ten minste één zetel te behalen. Dit ligt in sommige landen een stuk hoger dan de kiesdeler, zodat er geen eenpersoonsfracties kunnen bestaan, maar alleen fracties met verscheidene leden.
Voor de verkiezingen voor de Tweede Kamer is Nederland verdeeld in 20 kieskringen (19 in Europa, 1 in Caribisch Nederland). In iedere kieskring is een hoofdstembureau gevestigd, dat de uitslag van de kieskring rapporteert aan het Centraal Stembureau (de Kiesraad) in Den Haag.
Na de Tweede Wereldoorlog koos men in Duitsland voor een kiessysteem met een kiesdrempel van vijf procent. Dit geldt voor de verkiezingen op federaal niveau (Bondsdag) maar ook voor de deelstaten. Enkel bij gemeenteverkiezingen is er vaak geen kiesdrempel.
Een kandidaat voor de gemeenteraad wordt met voorkeurstemmen gekozen als deze ten minste een aantal van 25% van de kiesdeler aan stemmen gehaald heeft (voorkeursdrempel) (bij raden met 19 of meer zetels) of 50% van de kiesdeler (bij raden met minder dan 19 zetels).
Nederland kent formeel geen kiesdrempel, al is er wel een regel dat een partij die geen reguliere zetel heeft gehaald ook geen kans op een restzetel maakt, wat dus (voor de Tweede Kamerverkiezingen) equivalent is aan een kiesdrempel van 2/3 procent van de stemmen.
Een gemeenteraadsverkiezing is een verkiezing waarbij de gemeenteraad van een gemeente wordt gekozen.
Ze werden georganiseerd volgens het nieuwe kiesstelsel, een districtenstelsel waarbij het land verdeeld werd in negen kieskringen. Iedere kieskring (district) had een vast aantal vertegenwoordigers in de Staten. Van de 21 zetels in de Staten waren er 10 bestemd voor vertegenwoordigers van het district Paramaribo.
De bondspresident wordt voor een periode van vijf jaar gekozen door de bondsvergadering (Bundesversammlung), die uitsluitend voor deze gelegenheid bijeenkomt. De vergadering bestaat uit de leden van de Bondsdag en evenveel afgevaardigden van de parlementen van de 16 deelstaten (in 2017: een kleine 1260 afgevaardigden).
De bondskanselier wordt door het parlement (de Bondsdag) gekozen en stelt zijn regering samen. De bondskanselier en de bondsministers worden benoemd door de bondspresident.
De verkiezingen voor het Vlaams Parlement gebeuren in 6 kieskringen. Elke kieskring heeft een aantal vertegenwoordigers die ze naar het parlement mag sturen. In elke kieskring zullen er zich dus andere lijsten aan de kiezers voorstellen.
Het idee van een federale kieskring wordt in België als oplossing gezien voor een aantal fundamentele problemen in de Belgische politiek. De tegenstanders zien er vooral een poging in om de Belgische structuren te versterken. Federale volksvertegenwoordigers worden in provinciale kieskringen verkozen.
Er zijn in 2006 plannen geweest in Nederland om een mengvorm van een districtenstelsel en evenredige vertegenwoordiging in te voeren. Dit zou de betrokkenheid van de kandidaten bij de kiezer groter maken, omdat de kiezer bewust stemt op een regionale kandidaat.
Blanco stemmen zijn stembiljetten waarop geen enkel hokje rood is gemaakt en waarop ook niet getekend of geschreven is (dus letterlijk blanco). Als het biljet anderszins geen geldige stem bevat (bijvoorbeeld meerdere rode hokjes), is het ongeldig.
Het kiesrecht voor alle mannen werd in Nederland ingevoerd op 12 december 1917, de proclamatie werd gedaan door M. van Reenen, de gemeentesecretaris, en vond plaats op het bordes van het oude stadhuis aan de Groenmarkt in Den Haag.
De methode wordt in Nederland toegepast voor verkiezingen voor een vertegenwoordigend lichaam met 19 of meer zetels (zoals een grotere gemeenteraad, de Tweede Kamer of de Eerste Kamer). Bij deze procedure wordt het aantal stemmen voor elke partij gedeeld door het aantal behaalde volle zetels plus 1.
Het was dus geen erfelijk koningshuis; de Duitse koning werd volgens een ongeschreven grondwet verkozen. Meestal droeg de Duitse koning ook de keizerskroon van het Heilige Roomse Rijk. Daarom worden deze koningen meestal keizer genoemd (zie lijst van Rooms-Duitse koningen en keizers).
Sinds 14 oktober 2010 vervult Mark Rutte deze functie. Het Rijkswapen, zoals gebruikt door de Nederlandse overheid. Sinds 1945 wordt van 'minister-president' gesproken. Daarvoor heette de post 'Voorzitter van de Ministerraad'.
Soorten kiesrecht
Men onderscheidt passief en actief kiesrecht: Passief: het recht om zich kandidaat te stellen bij verkiezingen. Actief, ook wel stemrecht genoemd: het recht een stem uit te brengen bij verkiezingen.
Het gemiddelde loon binnen de Beleid & Organisatie ligt op € 5.517 bruto per maand. Het minimale of startsalaris begint bij € 600 en het maximale loon is € 77.160 bruto per maand.
Een gemeenteraad is het gekozen vertegenwoordigende lichaam in de gemeente en daarvan tevens het hoogste bestuurlijke orgaan. De raad stelt het beleid van de gemeente vast en controleert het dagelijks bestuur: het college van burgemeester en wethouders.
Benoemen wethouders
De partijen dragen kandidaat-wethouders voor aan de gemeenteraad. De gemeenteraad benoemt de kandidaat vervolgens tot wethouder. De gemeenteraad controleert het werk van de wethouder.
Nederland. Ook in Nederland bestaat een regering altijd uit minstens twee partijen, maar vaker nog uit drie of meer.
Linkse partijen pleiten over het algemeen voor een gelijkere welvaartsverdeling en een grotere rol van de staat, terwijl rechtse partijen het belang van individuele verantwoordelijkheid en de vrije markt benadrukken.