Spitsmuizen (Soricidae) komen uit de familie van zoogdieren, uit de orde mollen en spitsmuizen. Bij mollen en spitsmuizen scheiden de speekselklieren een giftige substantie uit. Dit is de reden dat mollen en spitsmuizen door katten meestal niet worden opgegeten!
Katten zijn prima gegevensleveranciers. Volgens gegevens van de Zoogdiervereniging worden in Nederland regelmatig bosmuizen, huisspitsmuizen en rosse woelmuizen gevangen. Daarnaast wagen enkele katten zich aan groter spul: bruine rat, mol en woelrat. Tenslotte zijn er nog de katten die met vleermuizen thuis komen.
Lokaas tegen ratten en muizen is ook giftig voor je kat of hond. Eet je huisdier een vergiftigde muis op, dan moet je snel ingrijpen.
Katten zijn echte jagers. De gemiddelde kat moet 8 tot 10 muizen vangen om in zijn of haar voedingsbehoefte te voorzien. Het vangen van muizen en andere dieren voorziet niet alleen in de voedingsbehoefte van de kat, maar ook in de jachtbehoefte.
Een kat is een 'surplus'-jager, dat wil zeggen dat hij altijd zal jagen als hij de kans krijgt, hongerig of niet. Dat is vanuit de kat bekeken ook logisch. Je weet nooit wanneer er weer een muis langs komt. Dus ook al heeft de kat net zijn buikje rond gegeten, hij zal die prooi niet laten lopen.
Het kiezen van een metgezel, als het nu mens of kat is, wordt bepaald door dezelfde factoren: gedrag, houdingen en geuren. Als voorbeeld, een hoge stem, schreeuwen en snelle bewegingen richting de kat kunnen als bedreigend worden gezien.
Katten die hun prooi niet opeten, maar keurig voor je neerleggen op de deurmat doen dit hoogstwaarschijnlijk omdat het terugkeren naar het hart van het territorium een aangeboren instinct is.
Muizen weten van nature dat ze bang moeten zijn voor katten. Maar wetenschappers in Japan hebben een muis geboren laten worden die niet bang is. Als een muis een kat ruikt, dan slaat hij automatisch op de vlucht. Muizen vinden de geur van katten maar niks.
11. Neem een kat! Katten zijn fijne huisdieren, ze komen graag op schoot liggen, vermaken zichzelf de gehele dag en hebben een heel goed jaag instinct. Katten jagen op muizen en ratten in en rondom je huis.
Het is aangeboren jachtinstinct en is dus bij iedere kat terug te zien. Maar naast het jagen is ook het meebrengen van dieren onderdeel van dit instinct. Tijdens de opvoeding brengen moederkatten de gevangen prooien naar de jongen om ze te voeden.
De kat slaat zijn prooi niet, maar grijpt het met een snelle beweging van zijn met klauwen bewapende poten. Kleine prooidieren worden direct met de tanden vastgepakt – meestal zet de kat het dier nog met een extra poot vast. Het komt ook voor dat katten hun buit weer laten gaan om er nog eens op te kunnen jagen.
"Er zitten veel interessante geuren aan. Katten kunnen heel goed ruiken en halen hier belangrijke informatie uit. Als ze de geur van hun eigenaar ruiken, kan dat rustgevend zijn. Soms nemen ze de schoenen van hun baasje ook mee naar hun eigen slaapplek."
Ze janken mogelijk om je aandacht te vestigen op een gevangen prooi of wanneer ze op zoek zijn naar een partner om mee te paren. Gecastreerde of gesteriliseerde katten zullen dus minder janken. Bij hen wijst het janken eerder op een noodsignaal.
Inderdaad zijn er katten die regelmatig bepaalde delen van de gevangen muis laten liggen. Dat kan de hele achterkant van de muis zijn inclusief het darmpakket, maar inderdaad ook losse organen als de lever met galblaas etc etc.
Een muis in shock reageert op niets of niemand meer en kan enkele dagen tot weken duren. Zet je muis terug in zijn kooi en houdt de muis warm. Ook kan uw muis last krijgen van parasieten, wormen en oormijt.
De meeste katten kunnen jagen omdat hun moeder levende muizen meenam naar haar kittens om hen zo het jagen te leren. Maar wordt jouw kat pas actief als je haar voer neerzet? Dan wordt het tijd om je kat te leren hoe ze muizen kan vangen! Zeker als je in een stad woont, is deze vaardigheid erg handig.
Voor Kerkuil, Bosuil, Buizerd en Torenvalk zijn ze een onmisbare hap. Ook marterachtigen en Vossen zijn in hoge mate afhankelijk van kleine zoogdieren. Zonder muizen wordt het hongeren. Toch weten we vrij weinig over onze muizensoorten.
Onze huiskatten doden jaarlijks tussen de 40 en 80 miljoen dieren in Nederland. Ongeveer een kwart hiervan is vogel. Naast de huiskatten lopen ook tussen de 150.000 en 1,2 miljoen verwilderde katten rond in de natuur. Jaarlijks is de kat in Nederland verantwoordelijk voor honderden miljoenen dode dieren.
In grote steden zijn ze er steeds meer klaar mee: de overlast van ratten. En dat kan heel ver gaan, zegt ongediertebestrijder Richard Piké. "Ze kunnen echt uit de wc-pot naar boven komen." "En dan krijg je dus een koud neusje tegen je billen aan.
Jaag muizen weg met ultrasone geluiden
Er zijn apparaatjes in de handel die ultrasone geluiden uitzenden. Dit ultrasoon geluid hoor je zelf niet, maar als de muizen het horen, vluchten ze weg. Klinkt logisch. Doen wij mensen ook als we hoogfrequente geluiden horen.
Gaan muizen vanzelf weg? Nee, want muizen willen voedsel, warmte en beschutting. Vinden ze dit allemaal in jouw woning of bedrijf en voelen ze zich daar niet bedreigd, dan is de kans zeer klein tot niet bestaand dat ze uit vrije wil vertrekken.
Huismiddeltjes. Er zijn geuren waar muizen niet van houden. Bijvoorbeeld pepermunt, kamille, lavendel, kruidnagel en chilipeper. Als deze geuren effect hebben, dan is dat alleen in geconcentreerde vorm, zoals etherische olie.
Vacht ruiken: door te likken neemt de kat de geur van de soortgenoot beter waar. Geur veranderen: de kat bedekt onbekende geuren van de soortgenoot met de eigen geurmoleculen. Bijvoorbeeld als de ene kat terug komt van een bezoek aan de dierenarts.
Katten die buiten lopen, jagen op dieren zoals vogels en muizen en brengen dat vaak mee naar huis. Het is zonde om met deze informatie niets te doen, de Zoogdiervereniging kan uw hulp gebruiken! Door te melden wat uw kat thuis heeft gebracht, helpt u om de verspreiding van kleine zoogdieren in kaart te brengen.
Voor katten is het spelen enorm belangrijk, want hiermee kunnen ze wat stress van zich afgooien. Ze volgen hun natuurlijke instinct en blijven mentaal en fysiek fit. Binnenshuiskatten hebben veel minder mogelijkheden om zich lekker uit te leven dan vrij ronddwalende katten.