Dat kan ontstaan door een gebrek aan zonlicht, bij ondervoeding, bij leveraandoeningen en door de langdurige inname van sommige geneesmiddelen tegen epilepsie.Bij chronische nierinsufficiëntie. Slecht werkende nieren zorgen ervoor dat calcium niet goed in het lichaam wordt opgenomen en verloren gaat.
Oxaalzuur vermindert de opname van calcium in het lichaam. Oxaalzuur komt voor in bepaalde groenten zoals rabarber en spinazie. Ook de stof fytinezuur werkt de opname van calcium tegen. Fytinezuur zit vooral in granen.
Omdat calcium een rol speelt bij de botaanmaak en goed is voor de spieren, kan een structureel tekort aan calcium op langere termijn leiden tot symptomen als spierpijn en spierkrampen, pijnlijke of zwakkere botten en een groter risico op botbreuken.
Oorzaken van calciumtekort
Verminderde opname van calcium in de darmen door een darmziekte. Een tekort aan vitamine D. Een overmatige verlies aan calcium via de nieren, bij chronische nierinsufficiëntie. Een verminderde werking van de bijschildklieren ((hypoparathyreoïdie).
Calcium krijgt u binnen door uw voeding; vooral zuivelproducten zoals melk, kaas en yoghurt bevatten veel calcium. Daarbij maakt het niet uit of u volle, halfvolle of magere melk of melkproducten gebruikt. Ook peulvruchten, groente en noten leveren calcium.
Vooral donkergroene bladgroenten – zoals spinazie, paksoi, broccoli en boerenkool – zijn erg calciumrijk. Een portie gekookte boerenkool bijvoorbeeld bevat - naast flink wat antioxidanten - 250 mg van het mineraal.
Calcium zorgt ervoor dat de microscopische spiertjes in de wand van de bloedvaten samentrekken, waardoor de bloedvaten nauwer worden. In het geval van vernauwingen van de (krans-)slagaders willen we dit vermijden. Hiervoor worden 'antagonisten' of 'tegenwerkers' van calcium gegeven.
Te veel calcium in je bloed komt meestal doordat botweefsel wordt afgebroken. Bijvoorbeeld door de ziekte van Kahler (multipel myeloom) of uitzaaiingen in het bot. Een ander woord hiervoor is hypercalciëmie.
Vitamine D (colecalciferol) zorgt voor de opname van calcium en fosfaat uit het voedsel. Calcium en fosfaat zijn nodig voor een goede opbouw van botten en gebit. De combinatie calciumfosfaat en colecalciferol wordt gebruikt bij een tekort aan calcium en vitamine D en bij botontkalking.
Wat is calciumtekort (hypocalciëmie)?
Hypocalciëmie is een te laag calciumgehalte in het bloed. Afhankelijk van de ernst kunnen de symptomen variëren van mild of onmerkbaar tot ernstig en levensbedreigend.
De normaalwaarde voor calcium in je bloed
De normale waarde voor calcium in je bloed is 2,55 mmol/l (millimol per liter). Zit er minder calcium in je bloed, dan wordt dit hypocalciëmie (calciumtekort) genoemd.
In alle noten is calcium te vinden. Sommige bevatten maar een klein beetje, andere zijn er juist rijk aan. Amandelen en paranoten zijn de toppers als het om calcium gaat. Daarnaast zijn hazelnoten, macadamianoten, walnoten en pistachenoten goede bronnen.
Calcium in zuivelproducten is voornamelijk aanwezig als calciumfosfaat. Deze vorm wordt goed opgenomen door de darm. Vitamine D en lactose bevorderen de absorptie van calcium in het lichaam. De uitscheiding van calcium via de urine wordt onder meer verhoogd door eiwit en natrium (Van den berg, Werkman, 2009).
Drink voldoende water, want een te hoog calciumgehalte kan nierstenen veroorzaken en je nieren beschadigen. Neem zeker geen voedingssupplementen met vitamine D op eigen houtje. Deze middelen kunnen het teveel aan calcium in je bloed soms nog verergeren.
In het kort: Calcium is nodig voor de aanmaak van botten en goed spierfunctie. Bij een te hoog calciumgehalte is er sprake van te veel calcium in het bloed. Er zijn verschillende oorzaken van een te hoog calciumgehalte, zoals een calciumstofwisselingsstoornis en een overdosis vitamine D.
Suikers zijn wellicht de grootste veroorzaker van de toename van botontkalking op jonge leeftijd. Teveel zout en kant-en-klaar producten en/of maaltijden. Zout verhoogt de uitscheiding van calcium en mineralen via de nieren.
In extreme gevallen kan een langdurig teveel aan calcium zelfs leiden tot epileptische aanvallen, coma en levensbedreigende hartproblemen.
Anorganische calciumverbindingen als calciumcarbonaat, -oxide of –sulfaat hebben een relatief lage opneembaarheid en worden daardoor langzamer en minder efficiënt opgenomen. Organische vormen van calcium als calciumcitraat, -aspartaat of –gluconaat worden veel sneller opgenomen door het lichaam.
Kalium is een mineraal dat veel mensen verwarren met calcium. Toch is het heel iets anders. Kalium is samen met chloride en natrium onder andere betrokken bij het regelen van de vochtbalans in het lichaam.
Voor je gezondheid kun je het beste kiezen voor de magere of halfvolle yoghurt, en dan de 'naturel' variant zonder toegevoegd suiker. Yoghurt bevat veel goede voedingsstoffen, waaronder eiwit, calcium en vitamine B12 en B2.
Een doorsnee voeding zonder melk en melkproducten of met calcium verrijkte producten brengt gemiddeld zo'n 400 mg calcium aan. Behalve boerenkool (180 mg per 100 g), waterkers (180 mg per 100 g) en Chinese kool (125 mg calcium per 100 g) zijn er maar weinig groenten en fruit die veel calcium bevatten.
Gebruikt u veel calcium, dan is het ook belangrijk de inname goed over de dag te verdelen, omdat de calcium dan het beste wordt opgenomen. Als u het twee of drie keer per dag gebruikt, kunt u het bijvoorbeeld innemen vlak na het opstaan, rond vier uur in de middag en 's avonds voor u gaat slapen.