Vogels zijn erg kwetsbaar voor roofdieren wanneer ze lekker aan het spetteren zijn in het water. Daarom kunt u vogelbaden het beste minimaal twee meter van de omringende beplanting plaatsen. Zo hebben de vogels een open blikveld en kunnen toch snel naar een beschutte plek om te schuilen voor gevaar.
Winter: voer en water
Bij lichte vorst mag u vers drinkwater aanbieden. Vogels badderen daar ook in. Dit is geen probleem: het water rolt van de ingevette veren, dus bevriest niet. Zoang ze open water vinden in de natuur, mogen ze ook open water vinden in de tuin.
De vogels moet snel weg kunnen vliegen als ze dat willen. Leg als het nodig is kleine stenen en kiezels op de bodem. Vul de bak met een laagje water. Niet te veel, het water moet ondiep zijn.
Voor vogels en andere dieren is water in winter net zo belangrijk als in de zomer. Als het niet sneeuwt, is er in dit seizoen ook moeilijk water te vinden, waardoor vogels in de problemen kunnen komen. Zet dus zeker een kommetje water buiten.
Havermout: havermout kan je zowel als strooivoer op de grond gebruiken als op de voedertafel. Zaadeters zoals mussen, mezen, vinken, groenlingen en roodborstjes houden hiervan. Meelwormen en insecten: bevatten veel proteïnen en zijn bijzonder voedzaam voor vogels.
De eenvoudigste manier om in water te voorzien is een vogelbadje, maar tuinvijvers met ondiepe oevers bieden dezelfde faciliteiten en kunnen daarnaast waterdieren huisvesten, zoals kikkers en salamanders. Kleine vogels, vooral de soorten die op droog zaad foerageren, moeten regelmatig drinken.
Een dag niet eten en drinken betekent voor een klein vogeltje al vaak dat ze flink verzwakt zijn. Tezamen met een opgelopen infectie is dit bij een klein vogeltje meestal al snel fataal.
Baden en binnenvogels
Maak het vogelbadje dagelijks goed schoon en spoel deze daarna eerst weer goed af. Wanneer jouw vogel geen gebruik van het badje maakt kun je ook eens proberen of je vogel het wellicht fijner vindt om te douchen. Hiervoor kun je een plantenspuit met schoon water vullen.
Vogels hebben ook behoefte aan water. Niet alleen om te drinken, maar ook om in te badderen. Zet daarom een schaal met water neer en ververs dit dagelijks. Geef - met name in de winter - geen warm water.
Als je geen elektriciteit in het hok hebt kan het bevriezen van het water ook worden uitgesteld door wat suiker aan het water toe te voegen, 50 gram suiker per 1,5 liter water (GÉÉN ZOUT). Hierdoor duurt het langer voordat het water bevriest.
Ook vogels houden van een veelzijdig menu. Voer bijvoorbeeld zaden, pinda's en vetbollen, maar ook rozijnen en appels. Geef geen vloeibare olie, margarine en zoute producten.
Geen (oud) brood!
In brood zit zout en dat zout is niet goed voor vogels. Soms zit op het brood boter/margarine. Daar krijgen watervogels diarree van en de olie die in het brood zit komt in het verenkleed te zitten. Brood dat blijft liggen gaat bovendien schimmelen en trekt dieren zoals ratten aan.
Een goed vogelbad staat daarom op een hoogte van minimaal 1 meter. Op deze manier kunnen katten en andere roofdieren er niet direct bij. Om te voorkomen dat roofdieren op de loer liggen moet het vogelbad minimaal 2 meter van de beplanting staan. Zo kunnen roofdieren niet vanuit de beplanting de vogels besluipen.
Het vet verzorgt de veren, maakt ze waterafstotend en beter isolerend. Als vogel overleef je gewoonweg niet zonder. Vogels badderen het hele jaar, om schoon te worden en hun veren in te vetten.
De meest gebruikte bodembedekking is schelpenzand. Vogelzand is een natuurlijk product en ideaal voor de vogelkooi en volière. Vogels nemen graag een zandbad, waarin de vogels proberen zand tussen hun veren te brengen, en vervolgens het weer uitschudden.
mussen badderen in zand om parasieten kwijt te raken. Vul een ondiepe bak met gewoon zand en volièrezand (te koop bij dierenwinkels). Volièrezand is goed voor de mussenmaag.
Ook mussen kunnen zwemmen en ze baden sowieso graag, net zoals duiven trouwens (al is het bij deze laatsten niet duidelijk of ze ook echt kunnen zwemmen).
Nu zomerse temperaturen zich aandienen, hebben vogels extra water nodig, dus help ze daaraan. Houd er wel rekening mee dat ze bang zijn voor diep water en dat sommige plekken geschikter zijn voor een waterschaal dan andere. Net als mensen moeten vogels op warme dagen extra drinken om niet uit te drogen.
Grasparkieten zijn sociale dieren en leven niet graag alleen. Als zo'n kleine energiebundel elke dag meerdere uren alleen moet zijn, verliest hij snel zijn levensvreugde. Hij zal stil op zijn stok zitten en voor zich uit staren.
Parkietjes drinken weinig, maar hebben evengoed elke dag schoon en vers water nodig.
Leg of hang het voer niet op een open plek
Het is daarom verstandig om het voer altijd dichtbij een beschutte plek te leggen of hangen. Dichtbij een struik is bijvoorbeeld ideaal. Hier voelen de beestjes zich veel veiliger dan in de open ruimte, waardoor u de kans op vogelbezoek vergroot.
5 tips om vogels te voederen
Na een lange, koude nacht hebben vogels behoefte aan een stevig ontbijt en tegen de avond eten ze hun buikje rond om de nacht door te komen. Strooi niet te veel, dat kan muizen en ratten aantrekken. Geef geen voedsel waarin zout is verwerkt of kaas of brood.
Gevaar op verstrikking
Het plastic net om de vetbol heen is extreem gevaarlijk voor vogels, omdat ze hier met hun pootjes of snavel in verstrikt kunnen raken. Vogels kunnen dan sterven van de honger, dorst en uitputting. Ook kunnen wat grotere vogels, zoals meeuwen, de hele bol met net en al in één keer doorslikken.
Heb je restjes eten over? Veel keukenrestjes zijn prima en kan je geven aan de tuinvogels. Wat je niet mag geven zijn restjes met veel zout of kruiden of restjes die beschimmeld zijn. Vetrandjes, gekookte aardappelen, gekookte rijst of fruit zullen je tuinvogels heerlijk vinden en zijn ook nog eens goed voor ze.