Blussen met een CO2 blusserLeg uw ene hand bovenop de fles en trek de borgpen er met uw andere hand uit.
Blijf laag als u naar de brand loopt (adem geen rook in). Blus ononderbroken van links naar rechts en van voor naar achter.Spuit nooit van te dichtbij op brandende vloeistof. Hierdoor zal de brand uitbreiden.
Tijdens het blussen mag je die spuitmond nooit aanraken!Het gas daalt namelijk tot een temperatuur van min 80°C en aanraking zou dus ernstige brandwonden kunnen opleveren. Enkel met het handvat kan je de spuitmond of de vuurhaard richten.
De CO2-blusser wordt hoofdzakelijk in besloten ruimtes gebruikt, omdat daar beperkt zuurstof aanwezig is. Het heeft alleen zin om zuurstof te verdrijven als er geen nieuwe zuurstof bij kan komen. Het wegnemen van zuurstof werkt echter verstikkend voor de mens. Je moet de ruimte daarom direct na het blussen verlaten.
CO2 blusser voor elektrische apparaten
Door de speciale spuitmond bevriest het gas en ziet het eruit als sneeuwvlokjes. De sneeuwvlokjes zorgen voor de worplengte, de blusafstand is ca. 1,5 meter. Aangebracht op de brand verdampen de sneeuwvlokken en verdringen de zuurstof waardoor de brand wordt gedoofd.
Richt de blusstraal op de brand op het punt dat het dichtst bij je is. Blus bij voorkeur stootsgewijs met een kleine slingerbeweging.
De juiste plaats voor een brandslanghaspel
Het is de bedoeling dat met de brandslang(en) elk punt in een gebouw kan worden bereikt. Daarbij mag je rekening houden met een worplengte van de waterstraal van 5 meter. Plaats brandslanghaspels zo veel mogelijk bij (nood)uitgangen.
Voor je een brand kunt proberen te blussen, moet je eerst vaststellen om welke brandklasse het gaat. Zodat je het juiste blusmiddel kunt gebruiken. Als je het juiste blusmiddel hebt kun je beginnen met het blussen van de brand. Het is namelijk niet mogelijk om met elke blusser alle soorten branden te blussen.
Benader de brand altijd achter een sproeistraal, zodat u door een scherm van water wordt beschermd tegen de warmte. Blijf laag, zo zorgt u dat u tijdens het blussen geen rook binnenkrijgt.
Welke branden mag je blussen met een CO2 blusser? Koolzuursneeuwblussers (CO2 blussers) zijn geschikt voor het blussen van branden met brandklassen B (vloeibare stoffen) en elektrische installaties (voorheen brandklasse E*).
Een eerste aandachtspunt is om erop te letten dat je het blusdeken steeds tussen jezelf en de andere persoon houdt, zodat de vlammen niet op jou kunnen overslaan. Het tweede punt waar je zeker moet op letten is de bescherming van je handen. Dit doe je door de bovenkant van het blusdeken om je handen te draaien.
Dit gebeurt in een expansiekoker. Bij dit proces wordt veel warmte onttrokken en daarom kan de koker afkoelen tot wel -80°. Daarom is het belangrijk alleen het handvat van de blusser vast te pakken. Doet u dat niet dan loopt u een grote kans op derdegraads brandwonden en is tevens verstikkend voor mens en dier.
CO2 blussers worden gebruikt voor het blussen van branden in de brandklasse B (vloeistoffen zoals olie, alcohol, benzine, vetstoffen, bitumen,…) en uit brandklasse E (elektrische toestellen en installaties).
Belangrijk bij het blussen van een elektrische brand is dat er een brandblusser wordt gebruikt die geen elektriciteit geleidt. Blussen met water is daarom bijvoorbeeld niet goed geschikt bij een elektrische brand.
Brandklasse F vet en olie branden zijn die in de meeste gevallen frituur of bakolie branden deze moeten dan ook geblust worden met een vet brandblusser. Houd hierbij altijd voldoende afstand. In deze brandklasse mag u nooit met water blussen. Een brandklasse f brand met water blussen is zeer gevaarlijk.
Sla de blusdeken om het slachtoffer heen waarbij u van boven naar beneden werkt. Zo kan het vuur het gezicht niet bereiken. Met een draagbare brandblusser kunt u open vuur snel en doeltreffend blussen. Blijf echter niet blussen wanneer u daardoor zelf gevaar loopt.
De volgorde van ontruimen is: 1. de verdieping waarop brand is; 2. de verdieping boven de brand; 3. de verdieping onder de brand. Stap 3 Alles ontruimen vindt plaats in opdracht van de brandweer, de coördinator of de leiding.
Maar er zitten ook nadelen aan. Een brandslanghaspel heeft een beperkt bereik. De maximale lengte van een brandslanghaspel is 30 meter. Je kan minder goed manoeuvreren en om de slang uit te rollen, heb je vaak al twee personen nodig.
De poederblusser heeft echter een groot nadeel. Het laat veel nevenschade achter. In een poederblusser zit chemicaliën met zout en zout trekt vocht aan. Vocht en elektronische apparaten gaan niet samen.
Dynamische eigenschappen van brandslangen, brandslanghaspels
De worplengte van de waterstraal dient bij volledige opening van de straalpijp (gebonden straal) mag volgens Bouwbesluit art. 6.28 op 5 meter worden.