De ree verblijft overdag vaak in zijn “leger”, dit is de naam van de slaapplaats. Deze is vaak te herkennen aan een ovale plek onder de boom, alsof iemand hier de grond heeft staan harken. Soms heeft de ree zijn “leger” in een kuil of onder een omgevallen boom.
Waar leeft het ree? Reeën leven in bosachtige gebieden met open plekken en aangrenzende velden. In de schemering en ochtenduren wagen zij zich op open terrein om voedsel te zoeken en te grazen. Om te rusten en te herkauwen trekken ze zich terug in de beschutting.
Reeën gaan niet in winterslaap, maar ze worden 's winters wel minder actief. Ze zijn een stuk rustiger, hun hartslag en stofwisseling gaan op een laag pitje. Dat gebeurt om zo energie te sparen en rustig aan te doen met de energievoorraad, het onderhuidse vet.
Lokken. Alle reeën reageren op het fiepen. Door het geluid op een fluit na te bootsen is het mogelijk geiten en bokken te lokken. De geit komt op het geluid van het kalf af en de bok op het geluid van de geit.
De ree als spiritueel dier
Hij staat voor verzachting, onschuld, vriendelijkheid en liefde. Als je een ree ziet, kijk dan eens naar binnen bij jezelf. Voel diep in jezelf of je nog oude wonden hebt en vraag de ree om deze te helen.
Dit houdt in dat het dier alleen planten eet. Denk hierbij aan bramen, twijgen, besjes, kruiden, bladeren en paddenstoelen. Omdat reeën veel planten eten, drinken ze niet veel. Het water uit de planten is meestal voldoende voor ze.
De ree verblijft overdag vaak in zijn “leger”, dit is de naam van de slaapplaats. Deze is vaak te herkennen aan een ovale plek onder de boom, alsof iemand hier de grond heeft staan harken. Soms heeft de ree zijn “leger” in een kuil of onder een omgevallen boom.
Blaffende ree
Het blaffen van het ree, ook wel 'schrikken' genoemd is een laag, blaffend geluid. Een ree maakt dit geluid als het iets bijzonders waarneemt waarvan het niet thuis kan brengen wat het is. Hij alarmeert daarmee ook de andere reeën.
Van nature zijn de herten dagdieren. Omdat overdag het onrustig is door wandelaars en fietsers zijn de herten steeds meer 's nachts actief. Dat wil niet zeggen, dat ze overdag niet meer te zien zijn. Je moet wel goed kijken en heel rustig en stil zijn.
In het eerste levensjaar van een ree kun je aan de hand van de onderkaken uit het gebit, vrij nauwkeurig de leeftijd vaststellen. Desondanks is het een benadering die door verschillende factoren beïnvloed wordt. Bij oudere reeën kan de slijtage van het gebit tot een ruwe schatting voor de leeftijd leiden.
Na twee maanden eet een kalf ook gras en na 6-10 weken is de zoogtijd voorbij. Het kalf blijft 1 jaar bij de moeder en is na veertien maanden geslachtsrijp. Het ree wordt maximaal twintig jaar oud, maar meestal slechts zeven tot acht jaar. Vrouwtjes worden iets ouder dan mannetjes.
Herten zijn duidelijk groter dan reeën en hebben ook de kenmerkende lichte vlek niet aan de achterkant. Herten en reeën eten hetzelfde. Het gewei van een hert is groter dan het gewei van een reebok, maar de manier waarop het gewei tot stand komt, is bij beide dieren hetzelfde.
Enkele planten waar herten niet van lijken te houden zijn siergrassen, irissen, vingerhoedskruid, yucca, kruiden en planten met een sterke geur, zoals salie, bosui, citroenmelisse, etc. Ze houden ook niet van planten met doorns, zoals paarse echinacea, maar rozen schijnen ze dan juist weer heerlijk te vinden!
In de film is Bambi een muildierhert, in het boek dat de basis vormt voor de film is hij een ree. Bambi wordt bij zijn geboorte uitgeroepen tot "Prins van het Bos".
Reeën hoor je niet
Er zijn maar weinig mensen die het geluid van een ree herkennen. Jazeker, reeën maken geluiden. We herkennen het schelden, klagen en fiepen. Soms zijn we bij een bosje of een struweel en schrikken we van een geluid dat lijkt op de blaf van een hond, het schelden van een ree.
Reeën hebben twee typen kegeltjes. Zij missen de kegeltjes waarmee je rood goed kunt zien. Reeën zien dan ook alleen de kleuren die ontstaan als de kleuren geel en blauw licht worden gecombineerd. In het overgangsgebied is de kleur min of meer grijs.
Voor reeën is voor elk volwassen dier een oppervlakte van 1.000 m² nodig en voor elanden zijn het 10.000 m² per volwassen dier. Binnenverblijf: Kleine hertachtige: Tenminste 3 m² per dier. Middelgrote hertachtige: Tenminste 4 m² per dier.
De meeste kans om wild te zien, heb je in de vroege ochtend en late avond. Dan gaat het wild op zoek naar voedsel en grazen de dieren op open plekken (vaak aan de bosrand). Overdag houden de dieren zich juist verscholen om in de avond weer tevoorschijn te komen, op zoek naar hun avondmaal.
Als enige evenhoevige kent de ree een verlengde draagtijd. De bronsttijd valt in juli en augustus, maar pas eind december, na een verlengde draagtijd van 150 dagen, komt het embryo tot ontwikkeling. Hierna duurt het nog zo'n 144 dagen voordat het kalf wordt geboren, eind mei, begin juni.
Goede zwemmers
,,Reeën zijn uitstekende zwemmers. Zeker jonge dieren kunnen kilometers zwemmen. Punt is alleen soms het water waarin ze terecht komen. Als de oever te stijl is komen ze niet meer aan de kant.
Wanneer herten en reeën regelmatig terugkomen, kunnen ze uw geliefde tuinplanten of gewassen of jonge bosaanplant tot op de grond kaalvreten. De beste manier om deze dieren tegen te houden is het plaatsen van een afrastering met schrikdraad.
Hij is erg kwiek en springt soms tot 6 meter ver en tot 2 meter hoog om obstakels uit de weg te gaan.
Herten moeten steeds ruwvoer, proper water en een zoutliksteen tot hun beschikking hebben. Goed ruwvoer is bijvoorbeeld hooi of gras en kruiden zoals klavers, paardenbloemen en weegbree.