Mensen met een LVB hebben in hun leven vaak te maken met kwetsbaarheden en tegenslagen. Zo kunnen ze zichzelf minder goed staande houden in de complexe maatschappij, kost het aangaan van sociale relaties veel moeite, hebben ze moeite met omgaan met stress en missen ze vaak sociale steun.
Lvb'ers missen vaak het vermogen om de omgeving te begrijpen en zich hieraan aan te passen. Hun informatieverwerking is trager, ze zien verbanden moeilijk en overzien de gevolgen van hun handelen niet altijd. Intenties van anderen zijn lastig te begrijpen, wat vaak tot problemen in vriendschappen en relaties leidt.
Mensen met een LVB kunnen zich moeilijk inleven in een ander
Ze kunnen anderen moeilijk lezen, niet goed begrijpen wat iemand bedoelt en zich ook minder goed verplaatsen in een ander.
Conceptuele vaardigheden zoals kunnen lezen, schrijven en rekenen. Sociale vaardigheden zoals communiceren en het oplossen van sociale problemen. Praktische vaardigheden zoals persoonlijke verzorging en gebruik maken van openbaar vervoer.
Algemene kenmerken
Een IQ onder de 75. (Blijvende) achterstand in de ontwikkeling, zowel verstandelijk als lichamelijk zoals moeite met leren of bewegen. Psychische problemen zoals moeite met communicatie en aangaan van (vriendschaps)relaties. Moeite met praktische zaken zoals aankleden, eten, omgaan met geld.
Bij de communicatie richting mensen met een LVB is het belangrijk een rustige en gelijkwaardige houding aan te nemen. Gebruik korte zinnen (5-7 woorden) zonder moeilijke of buitenlandse woorden. Gebruik geen verwijswoorden (woorden die verwijzen naar een woord dat eerder is gebruikt, zoals die, dat, hem enzovoort).
bravouregedrag, nonchalance of het vertellen van fantasieverhalen. Vaak is er sprake van ontkenning van de beperking en zelfover- schatting. Bovenstaande eigenschappen wijzen uiteraard niet altijd op een licht verstandelijke beperking, maar kunnen wel signalen zijn om daar alert op te zijn.
Tussen ongeveer 40% en 55% van de volwassenen met een LVB (zonder en met bijkomende problemen) is actief op de arbeidsmarkt, terwijl zeven van de tien mensen zonder gezondheidsbeperkingen werkt. Het vinden en houden van werk is voor mensen met LVB+ vanwege hun beperking niet vanzelfsprekend.
Ongeveer 30-40% van de kinderen met een LVB heeft psychische problemen. Een LVB kan samengaan met één of meer andere, psychiatrische stoornissen. De combinatie van een LVB met psychische problemen maakt een juiste beoordeling moeilijk.
Bij (jong)volwassenen kunnen bijvoorbeeld een laag opleidingsniveau, een klein sociaal netwerk, een gebrek aan concrete vaardigheden als klokkijken en het hebben van wat meer kinderlijke hobby's en voorkeuren tekenen zijn dat er sprake is van een lvb of zwakbegaafdheid.
Er zijn verschillen tussen ouders met een LVB in de mate waarin ze moeite hebben met de opvoeding. Ouders met een LVB functioneren gemiddeld beter wanneer zij beschikken over emotionele stabiliteit, een positief zelfbeeld, impulscontrole, frustratietolerantie, gewetensfunctie, vertrouwen en vermogen tot zelfreflectie.
Omgevingsfactoren. De omvang van de problemen van kinderen en jongeren met een lichte verstandelijke beperking hangt sterk af van de sociale context. Kinderen en jongeren met een lvb groeien soms op in een multiprobleemgezin waarin verslaving, financiële problemen, mishandeling en misbruik voorkomen.
Over het algemeen wordt gezegd dat het hebben van een LVB een risicofactor is voor crimineel gedrag. Dit komt omdat zij extra kwetsbaar zijn voor het ontwikkelen van crimineel gedrag, door bijvoorbeeld overvraging, minder zelfcontrole, zelfvertrouwen of inlevingsvermogen.
We spreken van ZB als iemand een IQ heeft tussen de 70 en 85. Mensen met LVB hebben tekorten in de verstandelijke functies (een IQ tussen 50-70) en tekorten in het aanpassingsvermogen die zijn begonnen gedurende de ontwikkelingsperiode.
Bij een verstandelijke beperking bestaat het gevaar dat de persoon essentiële sociale vaardigheden niet kan ontwikkelen. Kinderen vinden minder gemakkelijk aansluiting bij leeftijdgenootjes en op latere leeftijd verloopt het vinden en behouden van relaties, vriendschappen en werk lastiger.
Iemand met zwakbegaafdheid heeft een IQ tussen de 70 en 85. aanpassingsvermogen die zijn ontstaan gedurende de ontwikkelingsperiode.
Gemiddeld is dat bij iemand met matige verstandelijke beperkingen vanaf 50 jaar. Voor mensen met het syndroom van Down en mensen met (zeer) ernstige verstandelijke beperkingen vanaf 40 jaar. Bij mensen met lichte verstandelijke beperkingen rond de leeftijd van 65.
Een disharmonisch profiel maakt mensen met een verstandelijke beperking, vooral emotioneel, kwetsbaar en juist vanuit die emotionele kwetsbaarheid ontstaan bij velen psychische problematiek en/of moeilijk verstaanbaar gedrag.
Definitie LVB+ Bij mensen met een LVB+ is sprake van cognitieve en adaptieve problemen op het niveau van een licht verstandelijke beperking.
Ze gebruiken woorden en zinnen die ze hebben opgevangen, maar die ze zelf niet begrijpen. Met name in emotioneel opzicht zijn kinderen met een LVB vaak jonger dan leeftijdgenootjes en dit kan al vroeg problemen geven met het gedrag. Deze kinderen kunnen heftig reageren op 'normale' conflictsituaties.
Onder communicatiemethoden worden bijvoorbeeld debatten, discussies en dialogen verstaan. Om een debat of discussie in goede banen te leiden kun je de Talking Stick inzetten. Communicatiemethoden met de Talking Stick werven steeds meer populariteit.
Heel belangrijk is eenvoudig taalgebruik. “Gebruik bijvoorbeeld in een gesprek geen dubbele ontkenningen en vermijd jargon. Formuleer je mailtjes in korte zinnen en zorg voor een duidelijke boodschap. Maak jouw taalgebruik en houding dus toegankelijker.
ZEVMB staat voor Zeer Ernstige Verstandelijke en Meervoudige Beperkingen. Dit betekent dat er altijd sprake is van zeer ernstige verstandelijke beperkingen. Op deze pagina vind je kenmerken van iemand met ZEVMB.
Een licht verstandelijke beperking is deels erfelijk. Het komt ook voor dat er een spontane mutatie is in de genen van het baby. Dat leidt uiteindelijk tot een afwijking. Die afwijking komt dus niet voor in beide kanten van de familie.
Er zijn vele (veelal ouderwetse) begrippen in gebruik voor een verstandelijke beperking. Bijvoorbeeld 'verstandelijke handicap, 'geestelijke handicap' of 'zwakzinnigheid'. Let op: een licht verstandelijke beperking is niet hetzelfde als 'zwakbegaafd'.