Bergen-Belsen was een krijgsgevangenen- en concentratiekamp waar tijdens de Tweede Wereldoorlog meer dan 70.000 mensen de dood vonden. Het kamp was een van de grotere concentratiekampen binnen Duitsland.
Op de Lüneburger Heide, op het uitgestrekte terrein van de Gedenkstätte Bergen-Belsen, staat een monumentje voor Anne Frank en haar zus Margot. Er liggen vaak bloemen en cadeautjes, alsof het hun graf is.
De conclusie dat notaris Arnold van den Bergh het Achterhuis heeft verraden in ruil voor bescherming voor zijn eigen gezin, is volgens hen niet houdbaar: Van den Bergh zat met zijn gezin in Laren ondergedoken. Het nieuwe onderzoek werd vanavond gepresenteerd in het bijzijn van de kleindochter van Van den Bergh.
Duitsland. Anne Frank, of voluit Annelies Marie Frank, werd in 1929 geboren in Frankfurt am Main. Haar ouders, Otto en Edith Frank zijn beiden joods en wanneer de nazi's aan de macht komen in Duitsland besluit vader Otto om als eerste te emigreren naar Nederland.
Hannah Goslar (1928) en Anne Frank (1929) zijn boezemvriendinnen in de tijd dat de Tweede Wereldoorlog uitbreekt. Wanneer de familie Frank onderduikt, verliezen ze elkaar uit het oog. Drie jaar later, in 1945, volgt een bijzondere ontmoeting tussen de twee meisjes in het concentratiekamp Bergen-Belsen.
Toen Anne Frank (1929-1945) in februari 1934 in Amsterdam kwam wonen, was ze bijna vijf jaar. Dat betekent vanuit taalkundig gezichtspunt dat ze, net als alle kinderen van die leeftijd, haar moedertaal perfect beheerste. Die moedertaal was het Duits.
Het bedrijfspand van Otto bestaat uit twee delen. Een voorhuis en een achterhuis. Op de bovenste verdiepingen van het achterhuis verblijven de acht onderduikers. Als Otto Frank in juni 1945 als enige van de onderduikers terugkeert uit Auschwitz, is het Achterhuis leeg en kaal.
Op 4 augustus 1944 vallen de Duitsers het Achterhuis binnen en worden de acht bewoners opgepakt en naar concentratiekampen gestuurd. Dat gebeurt nadat een telefonische tip was binnengekomen op het hoofdkwartier van de Sicherheitsdienst (SD) in Amsterdam.
Het was de bedoeling om deze mensen uit te wisselen voor geld of Duitse krijgsgevangenen. Het werd ook wel “uitwisselkamp” genoemd en de omstandigheden waren hier iets beter: Iedereen mocht zijn of haar bagage houden (1 koffer/rugtas) evenals de eigen kleren (met jodenster! Vandaar de naam “Sterkamp”)
Eigenlijk laat het leven in zo'n kamp zich nauwelijks beschrijven. Het dagelijks leven van de gevangenen werd beheerst door angst, gebrek aan hygiëne, honger, oververmoeidheid, gedwongen arbeid, gebrek aan ruimte en heel vaak ook door het verdriet om vermoorde of vermiste familieleden of vrienden.
Nadat Anne en haar familie een tijdje gevangen zijn gehouden in Kamp Westerbork, worden ze op transport gezet naar concentratiekamp Auschwitz-Birkenau. Hier komen ze in september 1944 aan. Dit is het verhaal van Anne Frank en de onderduikers van het Achterhuis nadat ze zijn ontdekt en gearresteerd.
Bergen-Belsen was een berucht krijgsgevangen- en concentratiekamp uit de Tweede Wereldoorlog waar ongeveer 70.000 mensen zijn vermoord. Het kamp was het grootste concentratiekamp in Duitsland, gevestigd in de deelstaat Nedersaksen, vijftig kilometer ten noorden van Hannover, en ten zuidwesten van de stad Bergen.
Een concentratiekamp is een gevangenkamp, dat bedoeld is om tegenstanders bang te maken, te vernederen, en uiteindelijk vaak te vermoorden. Een concentratiekamp is niet hetzelfde als een vernietigingskamp. Een vernietigingskamp is bedoeld om grote groepen mensen meteen bij aankomst in het kamp te vermoorden.
Anne overleed in Bergen-Belsen, maar niet in een gaskamerHaar moeder is overleden aan uithongering, haar zus overleed aan tyfus en ze leefde in de veronderstelling dat haar vader Otto ook was overleden. Een paar dagen na de dood van haar zus overleed ook Anne aan tyfus, in maart 1945.
Daar zaten in totaal acht mensen ondergedoken: de familie Frank, Hermann van Pels, Auguste van Pels en hun zoon Peter van Pels (die model stonden voor de familie Van Daan in het dagboek) en naderhand ook Fritz Pfeffer, een Joodse tandarts (die model stond voor het dagboekpersonage Dussel).
Aantal onderduikers in Nederland
Tijdens de oorlog zaten er in Nederland tussen de 300.000 en 330.000 mensen ondergedoken. Onder hen bevonden zich 28.000 Joden. Dit zijn er op het totale aantal onderduikers in verhouding misschien niet veel, maar op een Joodse gemeenschap van 140.000 mensen was het substantieel.
Anne schrijft dat ze 'zin heeft om met iemand te corresponderen' en gebruikt daarvoor meerdere fictieve personages (Kitty, Pop, Phien, Conny, Lou, Marjan, Jettje en Emmy). Die personages vormen in Annes fantasie samen een vriendinnenclub. Ze begint met Jettje en Emmy en daarna duikt dus ook de naam Kitty op.
Kitty is het fictieve personage aan wie Anne uiteindelijk al haar dagboekbrieven richt. De naam Kitty komt uit een serie boeken die Anne leest. Dat zijn de boeken van de Nederlandse schrijver Cissy van Marxveldt. Die boeken gaan over het meisje Joop, dat met haar vriendinnenclub allerlei avonturen beleeft.
Lezers op N3 kunnen het niveau uitstekend aan. Anne Frank wilde niets liever dan schrijfster worden. Ze besteedt vanaf het begin van haar dagboek duidelijk aandacht aan haar taal. De vraag of Anne inderdaad schrijftalent heeft is een uitdaging voor lezers op N3.
Voordat Anne Frank moest onderduiken woonde zij samen met haar ouders en zus van 1933 tot 1942 aan het Merwedeplein in Amsterdam-Zuid.
"Anne en Margot waren op dat moment al niet gezond genoeg meer om te werken," zegt Broek. De zusjes werden daarom eerst overgeplaatst naar Bergen-Belsen: "Het klinkt misschien tegenstrijdig, maar gevangenen werden in dat kamp geplaatst om 'op te knappen' zodat ze alsnog naar een werkkamp overgeplaatst konden worden".
Anne Frank wordt in 1929 geboren in een Joods gezin in de Duitse stad Frankfurt am Main. Nadat Adolf Hitler in 1933 aan de macht is gekomen, vlucht het gezin voor het groeiende antisemitisme naar Amsterdam.