Met een puntkomma combineren we twee zinnen tot één langere zin. De puntkomma houdt het midden tussen de komma en de punt. Net als de punt sluit de puntkomma een zin af, maar tegelijkertijd maakt ze duidelijk dat er een nauwe band is met de volgende zin.
Een punt is een leesteken waarmee je het einde van een zin aangeeft. Verder gebruik je een punt in getallen, tijdsaanduidingen en afkortingen.
De dubbele punt betekent in het eerste deel van de zin meestal “het volgende” of “als volgt” en in het tweede deel van de zin meestal “namelijk”, “want” of “immers”. Wanneer gebruik je een puntkomma? Een puntkomma gebruik je tussen twee hoofdzinnen en bij opsommingen.
Een puntkomma of een kommapunt is een leesteken dat bestaat uit een punt en een komma onder elkaar. Omdat de puntkomma midden in een zin wordt geschreven, komt er nooit een hoofdletter achter, tenzij er een eigennaam op het leesteken volgt.
Voor en achter een beletselteken komt doorgaans een spatie. Als evenwel een woord wordt afgebroken, komt er geen spatie voor het beletselteken. Tenzij het beletselteken tussen haakjes staat, komt er aan het einde van een zin geen punt achter het beletselteken. Het derde puntje vormt dan de zinsafsluiting.
Een dubbele punt gebruiken we vóór een opsomming, een citaat, een verklaring, aankondiging, omschrijving, toelichting, conclusie of gedachte. Er komt geen spatie vóór een dubbele punt, wel erna.
Bij lange zinnen hoort ook een komma tussen twee persoonsvormen. Een bijzin in een bijzin hoort tussen twee komma's. Een beknopte bijzin hoort ook tussen twee komma's. Als de zin erg lang is komt tussen een beknopte bijzin en een hoofdzin een komma.
Elk onderdeel begint met een kleine letter. Na de leden van de opsomming staan doorgaans puntkomma's en na het laatste lid een punt. Als de opsomming bestaat uit erg korte delen, kunnen in plaats van puntkomma's ook komma's gebruikt worden, of kunnen alle leestekens achterwege blijven.
Een puntkomma houdt het midden tussen een punt en een komma. De zin ervoor en erna hangen nauw met elkaar samen en een punt zou een te sterke scheiding uitdrukken. Net als de punt sluit de puntkomma een mededeling af, maar tegelijkertijd maakt hij duidelijk dat er een directe band is met de volgende mededeling.
In literaire kringen, bijvoorbeeld bij literaire uitgeverijen, wordt vaak de zogenoemde elda-regel gehanteerd ('eerst leesteken, dan aanhalingsteken'). Dat betekent dat de komma altijd voor het aanhalingsteken staat.
Na een dubbele punt volgt doorgaans een citaat, een opsomming of een verklaring. Een citaat na een dubbele punt begint altijd met een hoofdletter.
De dubbelepunt (ook: dubbele punt, dubbelpunt) is een leesteken gevormd door twee boven elkaar geplaatste punten.
In 2013 werd The Semicolon (puntkomma, nvdr) Project in leven geroepen om mensen met depressie, angststoornissen of verslaving een hart onder de riem te steken. Om een gevoelig en nog steeds gestigmatiseerd onderwerp als zelfmoord letterlijk in de verf te zetten.
Dubbelepunt en conventies
Rond de dubbelepunt wordt een aantal conventies gevolgd: Na als volgt, bijvoorbeeld, dat wil zeggen en met andere woorden komt alleen een dubbelepunt als er een opsomming volgt, niet als er een beschrijving wordt gegeven.
Je schrijft geen extra punt aan het einde van een zin als de zin eindigt met de punt van een afkorting. Je schrijft geen extra punt aan het einde van een zin als de zin eindigt met een punt van een citaat voor de aanhalingstekens. Je schrijft geen punt na een titel of achter een adres.
Een oude schoolregel luidt dat je nooit een komma voor en mag zetten. Die regel is te verklaren: een komma wordt gebruikt wanneer je een pauze hoort, en bij het voegwoord en is meestal geen sprake van zo'n pauze. En brengt een 'geruisloze' verbinding tot stand tussen zinnen of delen van een zin.
Als de delen van een puntsgewijze opsomming zinsdelen zijn, schrijft u ze met een kleine letter en zet u een puntkomma na elk deel en een punt na het laatste deel.
Voor het voegwoord dat is de komma vrijwel altijd overbodig. Voor andere onderschikkende voegwoorden wordt vaak wel een komma gezet, maar niet altijd: vooral na korte hoofdzinnen is ook bij deze voegwoorden geen komma nodig.
Minder komma's
Tik geen komma na een korte hoofdzin of na een 'gewoon' eerste zinsdeel. Zet wél een komma bij zinnen die beginnen met voegwoorden als maar, omdat, want, hoewel en als de zin begint met een bijzin.
Haakjes zijn leestekens die gewoonlijk in paren voorkomen en die elkaars gespiegelde zijn, een openingshaakje, haakje openen, en een sluitingshaakje, haakje sluiten.