In de oudheid werd Palestina bewoond door Semitische volkeren, waarvan de eerste van Kanaänitische oorsprong waren. Volgens de overlevering kwam Abraham, de gemeenschappelijke stamvader van joden en Arabieren, uit Ur naar Kanaän.
Vanaf 1516 tot het eind van de Eerste Wereldoorlog maakte het gebied van de huidige staat Palestina deel uit van het uitgestrekte Ottomaanse Rijk, net als het gebied van het huidige Israël, Libanon, Syrië en Jordanië. De grenzen van de huidige staten waren in het Ottomaanse Rijk niet herkenbaar.
Zij stammen af van Arabieren die de afgelopen eeuwen in de landstreek Palestina zijn gaan wonen, vooral vanaf de negentiende eeuw. Tot de twintigste eeuw hadden de Arabieren in Palestina geen vastomlijnde nationale identiteit: natiestaten bestonden destijds immers nog niet in het Midden-Oosten.
Van 1917 tot 1947
Tot september 1922 bleef Jeruzalem en de rest van Palestina onder Brits militair bestuur. Door de Volkerenbond werd in 1922 het mandaat aan de Britten gegeven om Palestina te besturen en de lokale bevolking voor te bereiden op zelfstandigheid.
Op 15 mei 1948 liep het Britse mandaat voor Palestina af. In anticipatie hierop riep het Jewish Agency een dag eerder de staat Israël uit.
In november 1947 besliste de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties een einde te stellen aan het na WO I aan Groot-Brittannië toevertrouwde mandaat over Palestina en dat land (27.000 km²) te verdelen in twee onafhankelijke staten, een joodse en een Arabische, de eerste 14.500 km² groot, de tweede 12.500 km².
Conflict 2021
In mei 2021 escaleerde het conflict tussen de Palestijnen en Israël. Dat had 2 oorzaken, als eerste Israël wilde namelijk Palestijnse mensen uit hun huis zetten waar vroeger Joden woonden.
In 1918, na het einde van de Eerste Wereldoorlog, kreeg het Verenigde Koninkrijk van de Volkerenbond het gebied Israël/Palestina toegewezen. Dit resulteerde in het Brits mandaatgebied van Palestina. In 1948 kwamen grote gedeelten van dit mandaatgebied in handen van de net opgerichte onafhankelijke Staat Israël.
Uit de bovenstaande tijdlijn blijkt duidelijk dat de Joden 2600 jaar vóór de Arabieren en de moslims in Palestina leefden, gerekend vanaf de tijd van Abraham. Of minstens 1600 jaar vóór de vestiging van het koninkrijk Israël.
De Joden in de wereld kunnen grofweg worden verdeeld in de groep Asjkenaziem en de groep Sefardiem. Het laatste woord komt van de Hebreeuwse benaming voor Spanje: Sefarad. De Sefardische Joden komen dan ook uit Spanje en Portugal maar ook uit de andere landen rond de Middellandse Zee zoals Tunesië en Marokko.
Het gebied werd in 1516 veroverd door de Turken en maakte vanaf dat moment deel uit van het Ottomaanse Rijk. In 1917, tijdens de Eerste Wereldoorlog, veroverde Engeland, gesteund door Arabische bondgenoten, Palestina op de Turken.
En Judea is weer afkomstig van de stam Juda; 1 van de twaalf Joodse stammen, die daar het gehele gebied bewoonden, en daarvoor heette het het land van Kanaän. Wat de Joden 'het Beloofde Land' noemden en noemen.
De term 'Palestina' was oorspronkelijk een aanduiding van een gebied in het zuiden van Kanaän waar het volk dat de Filistijnen werd genoemd een heel klein deel van bezette. Onder andere de Kanaänieten, Kanaänitische Feniciërs en de Israëlieten vestigden zich al veel eerder in het gebied.
Het Palestijnse volk of de Palestijnen is de inheemse bevolking van de regio Palestina in de Levant. Dat gebied had geen eenduidige geografische grenzen, maar kwam grotendeels overeen met de later gevormde Palestijnse gebieden, het gebied van het huidige Israël en Jordanië.
De Arabisch-Israëlische oorlog van 1948 brak uit toen vijf Arabische landen grondgebied binnenvielen in het voormalige Palestijnse mandaatgebied, direct na de aankondiging van de onafhankelijkheid van de staat Israël op 14 mei 1948.
Tijdens de oorlog was het voornaamste doel van de Britten in het Mandaatgebied om zoveel mogelijk de rust te bewaren. Zij waren bang dat de Arabieren uit onvrede met het Britse bestuur de kant van Duitsland zouden kiezen en hoopten dit tegen te gaan door de Joodse immigratie te beperken.
De Kanaänieten zijn archeologisch gedocumenteerd in de Midden Bronstijd (2100-1550 v.Chr.). Er waren waarschijnlijk onafhankelijke of semi-onafhankelijke stadstaten. Steden werden vaak omringd door enorme aarden wallen, wat resulteerde in de archeologische heuvels, of 'tells' die tegenwoordig veel voorkomen in de regio.
Meer specifiek verwijst de term "bezet Palestijns gebied" als geheel naar het geografische gebied van het Palestijnse gebied dat sinds 1967 door Israël wordt bezet . Palestina kan, afhankelijk van de context, worden aangeduid als een land of een staat, en zijn autoriteiten kunnen over het algemeen worden geïdentificeerd als de regering van Palestina.
Er is nooit een soevereine Arabische staat in Palestina geweest
De kunstmatigheid van de Palestijnse identiteit wordt weerspiegeld in de houding en daden van naburige Arabische landen die zelf nooit een Palestijnse staat hebben opgericht.
Vanaf 1517 tot na de Eerste Wereldoorlog maakte Gaza deel uit van het Ottomaanse Rijk. Na 1917 viel het onder het Britse Mandaatgebied Palestina, waarin later de staat Israel werd opgericht. Tijdens de daarop volgende Arabisch-Israelische Oorlog van 1948 bezette Egypte de strook.
Op 14 mei 1948 roept David Ben-Goerion de onafhankelijkheid uit van de nieuwe staat Israël.
Ondanks verdrijvingen en ballingschappen hebben er door de eeuwen en millennia heen altijd Joden in het Land van Israel gewoond. De laatste grote ballingschap begon in het jaar 135 en leidde ertoe dat het merendeel van de Joden over de wereld verspreid raakte.
De aanleiding van de oorlog was een verrassingsaanval door de militante tak van Hamas vanuit de Gazastrook op nederzettingen in Israël. Onder de naam Operatie Al-Aksa-storm werd een groot aantal mensen mishandeld, vermoord en gekidnapt. Als reactie daarop volgde een Israëlische militaire invasie in de Gazastrook.
Ontstaan van Israël
In 1947 stemden de Verenigde Naties in met een verdelingsplan voor Palestina: het gebied moest worden opgedeeld in een Joodse en Arabische staat. Op 14 mei 1948, toen het Britse mandaat over Palestina afliep, riep Israël zijn onafhankelijkheid uit.
In de oudheid werd Palestina bewoond door Semitische volkeren, waarvan de eerste van Kanaänitische oorsprong waren. Volgens de overlevering kwam Abraham, de gemeenschappelijke stamvader van joden en Arabieren, uit Ur naar Kanaän.