Vlamingen zijn niet zuiver Germaans, maar stammen grotendeels af van de Franken die in de derde eeuw vanuit het hertogdom Franken in het huidige Duitsland naar de gebieden trokken die de Romeinen in de derde eeuw hadden verlaten.
Uit onderzoek van de Universiteit Antwerpen blijkt wel dat Germanen de omvangrijkste groep voorouders zijn van de Nederlandstalige Belgen. Zij waren Franken die vanaf de derde eeuw migreerden naar de gebieden in het noorden van de Romeinse provincie Gallia, waar de Romeinen geleidelijk hun macht verloren.
In het zuiden leefden de Kelten en in het noorden de Germanen. Tussen de Seine en de Rijn woonden de Belgae. Zij hielden de Kelten en de Germanen uit elkaar. Zij waren eigenlijk de voorvaderen van de huidige Belgen.
“Gallië is verdeeld in drie delen, waarvan er één bewoond wordt door de Belgen, een ander door de Aquitaniërs, een derde door hen die zichzelf in hun taal Kelten noemen, maar die wij Galliërs noemen. Ze verschillen onderling van taal, instituties en wetten.
Het woongebied van de Belgae besloeg het bijna volledige huidige België en delen van Frankrijk, Duitsland, Luxemburg en Nederland. Een aantal stammen van de Belgae (zoals de Atrebati) bewoonde ook Britannia, lang voor dit zo genoemd werd.
De Franken waren een federatie van reeds eerder bekende Germaanse stammen, die rond het midden van de 3e eeuw na Christus tot stand kwam. Wellicht verbonden deze stammen zich onder Saksische druk nabij de limes langs de Rijn van het Romeinse Rijk.
Gallia (Grieks: Γαλλία) is nog altijd de Griekse naam voor Frankrijk, en bijv. in het Spaans wordt galo vaak gebruikt als synoniem voor Frans. Galliërs, ook bekend als Kelten, waren de bewoners van Gallië en een groot deel van overig Europa.
In de tijd van de Romeinen woonden in West- en Noord-Europa Keltische en Germaanse stammen. Visigoten, Ostrogoten, Vandalen en Franken rekenen we tot de Germaanse stammen met een eigen taal, godsdienst en cultuur. De Keltische stammen werden door de Romeinen Galliërs genoemd.
Het is niet bekend waar de Kelten oorspronkelijk vandaan komen. Maar vanaf de zevende eeuw v. Chr. verspreidden ze zich vanuit het gebied ten noorden van de Alpen over heel Europa.
"Van al dezen zijn de Belgen de dappersten, omdat ze het verst verwijderd zijn van de cultuur en fijnere beschaving van de provincia, naar hen slechts weinig kooplui reizen en zo door hun invoer (van artikelen) aanzetten tot futloze geesten, en ze vlak bij de Germanen zijn, die over de Rijn wonen, met dewelke ze ...
Met Belgen (Frans: Belges; Duits: Belgier) worden in het hedendaags taalgebruik meestal de inwoners aangeduid van het land België, dat in 1830 met de Belgische Revolutie werd opgericht. Het wordt ook wel gebruikt voor personen van voor de onafhankelijkheid (aangezien ze geboren werden op huidig Belgisch grondgebied).
De Zuidelijke Nederlanden riepen op 4 oktober 1830 de onafhankelijkheid uit als eentalige Franse staat. Mede door de militaire dreiging van Frankrijk accepteerde Willem I in 1839 de onafhankelijkheid van België in het Verdrag van Londen.
Bekende Vlaming = Een Bekende Vlaming, meestal afgekort tot BV, is iemand die algemeen bekend is in Vlaanderen. Internationaal bekende Vlamingen zijn niet noodzakelijkerwijs BV, zoals de kunstenaar Luc Tuymans, aan wie de Vlaamse media pas van...
De meeste mannen droegen, net als de vrouwen, hun haar in een staart of vlecht. Bijna alle mannen hadden een snor. De armere Kelten droegen ook een baard terwijl de rijkere de wangen scheerden. De Kelten droegen meestal kleding gemaakt van wol of linnen.
Op hun hoogtepunt in de 4de eeuw v. Chr. bewoonden zij de Britse eilanden, het Iberisch schiereiland (Basken, Galiciërs), Centraal-Turkije en een stuk land dat van Frankrijk tot Roemenië liep. Keltische talen worden nu alleen nog gesproken in Ierland, Schotland, Man, Wales, Cornwall en Bretagne.
Het Frans blijft er de enige officiële taal.
Vikingen waren geen volk
Maar dat klopt niet. In wat nu Scandinavië is, woonden toen al veel verschillende volkeren die werden bestuurd door verschillende leiders. Zij zouden zichzelf ook verschillend van elkaar hebben gezien. Hedendaagse schrijvers gebruiken de term 'Viking' daarom niet om over een groep te spreken.
Hoewel het Nederlands grotendeels op het Germaans is terug te voeren zijn er nog wat Keltische woorden in aan te treffen, bijvoorbeeld ambt, ambacht, kar en gijzel-. Ook de namen van metalen zoals ijzer en lood zijn waarschijnlijk op de Kelten – die als smeden beroemd waren – terug te voeren.
Verspreiding. Op den duur verspreiden de Kelten zich over heel Europa. Tot aan de Rijn. Wat de Nederlanden betreft, vestigen zich in het zuiden stammen, zoals de Eburonen, Nervii en Treveri.
Vlamingen zijn niet zuiver Germaans, maar stammen grotendeels af van de Franken die in de derde eeuw vanuit het hertogdom Franken in het huidige Duitsland naar de gebieden trokken die de Romeinen in de derde eeuw hadden verlaten.
Er waren verschillende stammen binnen het Germaanse volk: de Frisiï (Friezen), de Toxandriërs, de Bataven, de Cananefaten of Kaninefaten en de Tubanten. Het Germaanse gebied zou zich in het oosten uitstrekken tot in de Vistula (Polen). In het zuiden hadden zich al eerder Keltische stammen gevestigd.
Gallisch is een uitgestorven P-Keltische taal die men in Gallië (een groot deel van West-Europa, vaak synoniem voor het gebied van het huidige Frankrijk) sprak voor de Romeinen en later de Franken de regio binnenvielen.
De stammen van de Picten leefden van ongeveer 300 tot 843 in Schotland en werden geregeerd door koningen. Het meeste over deze stammen is bekend door archeologische vondsten en door geschriften van volkeren die met de Picten in aanraking kwamen, zoals de Romeinen, de Angelsaksen en de Ieren.
De Germanen geloofden niet alleen in Wodan, maar ook in andere goden en godinnen. Wodan was wel de belangrijkste god. Vanaf ongeveer het jaar 700 namen veel Germanen een andere godsdienst aan: het christendom.
Als groenten kende men ajuin, rapen, wortelen, warmoes, rammenas, kolen en zelfs asperges. Appelen en peren werden reeds gekweekt, wilde kersen, pruimen, bos- en braambessen werden geplukt. De Kelten waren ook grote vleeseters.