Je kan de pannenkoekplant wel met een enkel blad stekken als je ook een stukje van de stam afsnijdt. Je snijdt dan het steeltje van het blad met een heel klein 'hapje' uit de stam, zoals je op de foto ziet. In de stam zitten namelijk de juiste cellen om een nieuw plantje te vormen.
De gemakkelijkste manier om een pannenkoekplant te stekken is met behulp van de uitlopers die uit de wortels van de moederplant groeien. Een gezonde pannenkoekplant met genoeg ruimte produceert gedurende de groeimaanden (lente en zomer) vanzelf uitlopers. Je ziet deze vanzelf verschijnen in de pot naast de moederplant!
Zelf ververste ik elke week het water in de glaasjes, maar dit mag je gerust vaker doen. Want hoe verser, hoe sneller de stekjes wortelen. Wel moet je rekening houden dat de blaadjes niet zelf onder het water komen (dan gaan ze rotten) en dat het minimaal wel twee weken duurt voordat je goede wortels hebt gecreëerd.
De Pilea Peperomioides, beter bekend als de Pannenkoekenplant of Pannenkoekplant, is een makkelijke kamerplant. De plant staat het liefst op een plek met veel indirect zonlicht. De plant krijgt verder het liefst regelmatig kleine scheutjes water, zodat de grond lichtvochtig blijft.
Hij houdt van een lichte plek en van een licht vochtige bodem. Laat de grond tussendoor niet helemaal uitdrogen. Hij wordt zo'n 40 cm hoog en kan kleine, witte bloempjes dragen. Het is een warmte minnende plant.
Om je stekje op water te zetten, vul je een vaasje met lauwwarm water. Zorg ervoor dat de luchtwortel in het water zit en ververs het water als het troebel wordt. Na een paar weken tot een maand zie je worteltjes ontwikkelen. Wanneer de wortels minstens vijf centimeter lang zijn, kun je de stek overzetten in aarde.
De Pannenkoekenplant groeit een beetje als een palm: de top groeit hoger en hoger, terwijl de onderste bladeren eraf vallen zodat er een steeds hogere stam ontstaat. De top snoeien kan niet, dan stokt de groei. Dat de onderste bladeren verwelken en loslaten, is dus normaal.
De Pannekoekplant geeft geen stekjes
Soms geeft de Pannenkoekenplant geen stekjes, ook wel pups genoemd. Houd er rekening mee dat alleen volwassen planten stekjes produceren. Is jouw plant al volwassen, maar krijg je nog steeds geen stekjes? Dan kan het helpen om hem wat plantenvoeding te geven.
Pannenkoekplant (Pilea Peperomioides)
De pannenkoekplant heeft ronde bladeren die wel wat lijken op kleine pannenkoekjes. Het is een luchtzuiverende plant die ideaal is voor de slaapkamer. In de zomer kan de plant bloeien met kleine witte bloemetjes, maar dat doet hij alleen als er goed voor wordt gezorgd.
De Pilea is niet een hele dorstige kamerplant, in de meeste gevallen is één keer per week water ruimschoots voldoende. Let er vooral op dat er geen water onderin de pot blijft staan waardoor de wortels gaan rotten. En eens in de week zijn bladeren besproeien met de plantenspuit zal hij je erg dankbaar voor zijn.
Heeft jouw pannenkoekplant nog niet genoeg wortels om zelfstandig te groeien? Dan kan je het stekje laten wortelen op water. Zorg ervoor dat de blaadjes en steeltjes van de plant niet in het water staan, dit kan ervoor zorgen dat de blaadjes gaat rotten.
Zo red je je Pilea
Zet de plant op een lichte plek, met een aantal uren zonlicht. Meer in de schaduw kan ook, maar in de zon heb je meer kans op een goede groei en uitlopers (van die baby's die spontaan komen oppoppen!) Laat de toplaag van de aarde tussen de gietbeurten opdrogen.
Pannenkoekplanten hoef je niet te snoeien. Pluk blaadjes die lelijk geworden zijn af. Mocht je er per ongeluk een keer een blad afstoten (of als overijverige kinderhandjes een steeltje hebben geplukt) zet dat dan in een glaasje en wacht tot er wortels aan komen. Grote kans dat er een nieuwe Pannenkoekplant is geboren.
ð± Hoeveel Stekken Kun Je Nemen van een Moederplant? Dit hangt af van het formaat, de gezondheid en de leeftijd van je plant. We raden aan om slechts 2-3 stekken per keer te nemen van kleine, jonge moederplanten. Van grote, bossige moederplanten kun je daarentegen gemakkelijk 6-8 stekjes per keer nemen.
In de woonkamer, slaapkamer, badkamer of in de keuken, de pannenkoekenplant maakt van iedere ruimte een aangename plek! Pannenkoekenplant ofwel Pila peperomiodes is een bijzondere plant en past ook zeker bij jouw interieur!
We kennen hem allemaal wel: de Mini Pilea Peperomioides – of te wel de Pannenkoekplant. Deze plant is zeer gewild omdat hij snel groeit, en je hem gemakkelijk kunt stekken. Maar belangrijker dan dat: niet giftig voor jouw kleine spruit.
De pannenkoekplant kan dan wat gaan kwakkelen. Door hem te verhuizen naar een wat ruimere binnenpot, met verse potgrond zal hij meteen weer beter gedijen. Herhaal het verpotten vanaf dat moment elke 2 jaar.
Pannenkoekplant licht / standplaats
Zet de Pilea peperomioides op een lichte plaats, uit direct zonlicht. Zorg er verder voor dat de plant niet op de tocht staat. Kleuren de bladeren geel en/of hangen ze slap? Dan staat de pannenkoekenplant waarschijnlijk te licht of te donker.
Plaats. De pannenkoekplant houdt niet van kou en kan dus niet buiten staan en mag ook zeker niet op de tocht staan. De bladeren zijn het mooist als er genoeg licht is, maar de volle zon is niet goed voor de plant. Bij volle zon krijgen de bladeren rimpels en wordt de plant geel.
Zo leuk dat je Pilea peperomioides bloeit! Dit gebeurt maar heel weinig, dus dat is best bijzonder. De bloemetjes van de Pilea vormen een schermpje en kunnen erg wijd uit gaan staan. Soms zijn ze wit, soms groen en soms hebben ze een roze tintje.
Het stekken van planten met stekpoeder is niet echt nodig
De ervaring leert dat het weinig uitmaakt of er met of zonder stekpoeder gewerkt wordt. Sommige mensen zweren bij stekpoeder.
Die groeihormonen laten je stekje groeien. Sommige mensen zweren echt bij het gebruik van stekpoeder en zijn er heilig van overtuigd dat dit je stek flink laat groeien. Er zijn ook mensen wat minder enthousiast en hebben ervaren dat de poeder hun stekjes juist aantast of er zelfs voor zorgt dat de stekjes doodgaan.
Zet de plant het liefst op een plek met indirect licht, zelfs een beetje richting de schaduw. Hier zal je pan- nenkoekplant grotere en groenere bladeren krijgen. De grond mag tussendoor droogvallen en hoeft dus niet altijd vochtig te zijn.