Antwoord. Als mensen exact hetzelfde DNA hebben, zouden deze er ook identiek uitzien. Er zijn echter zoveel variaties in het DNA dat het onmogelijk is om twee mensen te vinden met exact hetzelfde DNA. Je krijgt ook steeds de helft van het DNA van je vader en de helft van je moeder.
De kans dat een willekeurig gekozen persoon exact hetzelfde DNA-profiel heeft, is verwaarloosbaar klein. Minder dan 1 op 10 miljard. Een DNA-profiel vormt dus een zeer betrouwbaar middel om de identiteit van een persoon te bepalen.
Eeneiige tweelingen hebben identieke standaard DNA-profielen. Als een tweeling betrokken raakt bij een misdrijf, kan dit tot problemen leiden in het strafrechtelijk onderzoek. De individuen zijn immers op basis van hun DNA niet te onderscheiden.
Eeneiige tweelingen hebben zelfde DNA
Die hebben vrijwel hetzelfde DNA en DNA-profiel. Forensisch DNA-onderzoek kan daardoor geen onderscheid maken tussen eeneiige tweelingen.
Eeneiige (of monozygote) tweelingen ontstaan uit de bevruchting van één eicel door één zaadcel, waarna de eicel zich splitst in twee identieke delen. Het is een raadsel waarom dat gebeurt. Eeneiige tweelingen zijn genetisch identiek en hebben altijd hetzelfde geslacht.
Alamjan's afwijking foetus in foetu is een zeldzame fout die optreedt bij eeneiige tweelingen. Bij deze afwijking wordt de ene foetus 'ingekapseld' (omsloten) door de andere, waarbij de ingekapselde foetus begint te parasiteren. Artsen begrijpen nog niet precies hoe de ene foetus de andere inkapselt.
Bij deze twee-eiige tweelingen speelt een zekere mate van erfelijkheid via de familie van de vrouw een rol. De kans op een spontane tweelingzwangerschap neemt toe met de leeftijd van de zwangere; zo is de kans op het krijgen van een tweeling voor een 25-jarige vrouw ongeveer 1 op 90 en voor een 40-jarige vrouw 1 op 60.
Bij een semi-identieke tweeling wordt een eicel bevrucht door twee spermazaadjes. Dat zo'n bevruchte eicel ook echt uitgroeit tot twee baby's komt dus bijna nooit voor. Voor zover bekend is zijn er twee semi-identieke tweelingen geboren.
Het is vrij zeldzaam, maar een zwangerschap van een tweeling van twee vaders is wel mogelijk. Het kan gebeuren als een vrouw in dezelfde menstruatiecyclus seks heeft gehad met twee mannen én beide keren een eitje werd bevrucht.
De twee personen van een eeneiige tweeling zijn dus ook van hetzelfde geslacht, al komt het in zeer uitzonderlijke gevallen voor dat een eeneiige tweeling van verschillend geslacht is. Een verschillend geslacht is meestal het gevolg van de oneven splitsing van een zygote met het syndroom van Klinefelter (XXY).
Dan spreekt men van een eeneiige tweeling. Een combinatie is eveneens mogelijk. Zo kan bijvoorbeeld een drieling bestaan uit een eeneiige tweeling en een derde kind uit een andere eicel. Echter de meeste drielingen zijn drie-eiig.
De kans op een tweelingdracht bij paarden is slechts 0,5 procent. Meestal krijgt de merrie een miskraam of wordt de tweeling dood geboren.
De baby's komen uit dezelfde eicel en zaadcel en hebben vrijwel hetzelfde DNA. Hierdoor lijken ze veel op elkaar en zijn ze altijd van hetzelfde geslacht. Daarom wordt een eeneiige tweeling ook wel een identieke tweeling genoemd.
Het is namelijk zo dat kinderen de helft van het DNA profiel van hun ouders overerven. In theorie kan het dus zijn dat broers en zussen precies de andere helft van het DNA van hun ouders hebben geërfd en dus is statistisch niet vast te stellen of zij dezelfde vader of ouders hebben.
De additieve genetische relatie tussen volle broers en volle zussen is 0.5, omdat ze gemiddeld 50% van hun DNA delen. De additieve genetische relatie tussen twee dieren is de hoeveelheid DNA die ze gemeenschappelijk hebben omdat ze familie van elkaar zijn.
De chromosomen in elk van haar paren hebben vóór je geboorte al genen met elkaar uitgewisseld, maar het resultaat verandert niet – de helft van je chromosomen krijg je van haar. De andere helft komt van je vader. Dat geldt ook voor je broers en zussen.
En die beide eicellen moeten korte tijd na elkaar bevrucht worden door twee verschillende mannen. Heteropaternale superfecundatie, heet dat. 'Een bijzonder zeldzaam fenomeen', zegt Sebastiaan Mastenbroek, klinisch embryoloog aan het Amsterdam UMC. Maar het kan nog wonderlijker.
'. Als beide tweelingen (moeder/tante en mijn dochters) een andere positie hadden aangenomen in de buik of met een keizersnede ter wereld waren gebracht, was het ook andersom geweest. Dan waren de 'kleine zussen' de eerstgeborenen en daarmee dus de 'oudsten'.
Voor een eeneiige tweeling is dat maar 1 op de 250. Drielingen komen nog veel minder vaak voor. Maar bij 1 op de 8.000 bevallingen. In zeldzame gevallen raakt een vrouw spontaan zwanger van meer dan 3 kinderen.
Er zijn dus tweelingen, drielingen, soms zelfs vierlingen, maar bij de meeste geboortes, 170.000 per jaar, wordt er één kind geboren, een eenling dus. Meerlingen zijn dus zeldzaam. Een twee-eiige tweeling gebeurt zo'n 1.700 keer per jaar.
Tijdens elke menstruatiecyclus zijn er een aantal vruchtbare dagen. Dat zijn de dagen rond de eisprong. Van de vrouwen die zwanger willen worden, is 70 à 80% binnen een jaar ook daadwerkelijk zwanger. Bij vrouwen boven de 35 jaar duurt het gemiddeld langer voordat ze zwanger worden.
Gemiddeld komt een zwangere vrouw 11 tot 15 kilo aan tijdens de zwangerschap. Bij een tweeling zal je nog wat meer aankomen, zo'n 12 tot 18 kilo. Om ruimte te maken voor je kindjes groeit je baarmoeder ook sneller waardoor je eerder last kunt krijgen van harde buiken, vermoeidheid en striae.
Ongeveer 6 weken na de bevalling kun je weer seks hebben omdat je baarmoeder dan weer hersteld is en het bloedverlies is gestopt. Je kunt dan wel weer voor het eerst menstrueren en dus ben je weer vruchtbaar. 4 weken na de bevalling kun je alweer zwanger worden.
Hoe lang dit duurt, is meestal moeilijk te voorspellen: soms gebeurt het na een paar dagen, maar het kan ook een paar weken duren. Een andere mogelijkheid is het op gang brengen (inleiden) van de bevalling. Voordat dit gebeurt, krijgt u vaak het advies nog enige tijd naar huis te gaan.
Een vanishing twin is een tweelingzwangerschap waarvan vroeg in de zwangerschap één kind overlijdt. Op de echo zie je dan, naast een levend kind, een lege vruchtzak (vanishing twin).