De heffingen omvatten de onroerende zaakbelasting (OZB), overige belastingen zoals de parkeerbelasting (parkeertarieven) en retributies zoals de leges voor paspoorten. Belangrijk om te weten is dat gemeenten geen winst mogen maken op de inkomsten via retributies.
Gemeenten en provincies hebben eigen inkomsten en krijgen geld van de Rijksoverheid. De eigen inkomsten komen uit belastingen en bezittingen, zoals een gemeentelijk havenbedrijf. Via het gemeentefonds, provinciefonds en speciale uitkeringen krijgen gemeenten en provincies geld van de rijksoverheid.
De inkomsten van de overheid bestaan vooral uit de belastingen en premies die burgers en bedrijven betalen. De overheid geeft dit geld uit aan voorzieningen zoals scholen, wegen en ziekenhuizen.
De gemeente krijgt ongeveer 60% van haar inkomsten van het Rijk. Hoeveel geld een gemeente precies krijgt, is afhankelijk van het aantal inwoners, het aantal jongeren, het aantal mensen dat een uitkering krijgt, de oppervlakte van de gemeente en nog wat speciale omstandigheden van die gemeente.
Heeft een gemeente over lange tijd grote financiële tekorten op de begroting? Dan kan die gemeente om extra geld uit het gemeentefonds vragen. De gemeente levert haar financiële zelfstandigheid voor een deel in en krijgt een zogenoemde Artikel 12-status.
Bloemendaal was in 2019 de rijkste gemeente van Nederland, met een doorsnee vermogen van 381.000 euro. Dat is bijna acht keer zoveel als het landelijke gemiddelde van bijna 50.000 euro.
De totale overheid bestaat uit de Rijksoverheid, provincies, gemeenten en waterschappen. Deze overheden nemen op tal van terreinen maatregelen, vaardigen wetten uit en zien toe op de naleving ervan. In totaal maken meer dan 1.600 organisaties en instanties deel uit van de overheid.
Dat geldt zowel voor de zogenaamde 'voordeelgemeenten' – gemeenten die er als gevolg van de herverdeling op vooruitgaan – als voor de 'nadeelgemeenten', die er na de herverdeling op achteruitgaan. Er waren ongeveer evenveel vertegenwoordigers van voordeelgemeenten, als vertegenwoordigers van nadeelgemeenten.
Met andere woorden; de belasting wordt op een indirecte manier door de overheid geheven. Andere vormen van indirecte belastingen zijn onder andere: accijnzen, milieubelasting en de overdrachtsbelasting. De indirecte belastingen zijn de grootste inkomstenbron van overheid; 74,9 miljard euro.
Gemeenten krijgen geld van de Rijksoverheid uit het gemeentefonds. Hiermee betalen zij een deel van hun uitgaven. Gemeenten bepalen zelf waar ze dit geld aan besteden. Zij moeten dit wel uitleggen aan de gemeenteraad.
De collectieve uitgaven bestaan uit overheidsbestedingen, inkomensoverdrachten aan burgers (overdrachtsuitgaven) en rente en aflossingen van de staatsschuld. De uitgaven kan men ook onderverdelen naar de taken waaraan de overheid het geld besteedt, zoals sociale zekerheid, defensie en onderwijs.
Het ministerie van Financiën controleert of de Rijksbegroting klopt met de afspraken uit het Regeerakkoord. Ook schrijft het ministerie van Financiën een uitleg bij de belangrijkste keuzes, plannen en uitgaven in de Rijksbegroting. Die uitleg heet de Miljoenennota.
Hoogste uitgaven in Noord-Brabant en Gelderland
Noord-Brabant en Gelderland ramen voor 2019 de hoogste uitgaven, beide rond de 730 miljoen euro. Zuid-Holland staat op drie, op ruime afstand gevolgd door de overige provincies. De drie genoemde provincies ramen met afstand ook de grootste inkomsten.
De gemeente helpt mensen met schulden niet alleen met financiële problemen. Ook helpt zij bij problemen die daarmee te maken hebben. Bijvoorbeeld problemen om werk te vinden of problemen binnen het gezin. Gemeenten besteden de hulp aan mensen met schulden soms uit, bijvoorbeeld aan een kredietbank of stadsbank.
Hogere inkomens betalen geen groter deel van hun inkomen aan belastingen dan lagere inkomens. De rijkste 1 procent is relatief gezien zelfs minder kwijt aan belasting dan de rest van de huishoudens. Dat blijkt uit het onderzoek Ongelijkheid en herverdeling, dat het Centraal Planbureau (CPB) vrijdag presenteert.
Traditioneel nemen de omzetbelasting en de loonbelasting de grootste moten voor hun rekening. Tezamen zijn zij goed voor zo'n 70% van de belastinginkomsten. Daarna volgt de vennootschapsbelasting met ongeveer 15%.
De totale inkomsten van de Rijksoverheid zijn naar verwachting in 2022 € 334,1 miljard. En de totale uitgaven zijn € 353 miljard. Het meeste geld gaat naar: sociale zekerheid (uitkeringen);
De rijksoverheid verdeelt in 2019 via het gemeentefonds een bedrag van ongeveer 30 miljard euro over alle 350 gemeenten in Nederland. Voor gemeenten is de bijdrage uit het gemeentefonds hun grootste inkomstenbron (zie ook de pagina Inkomsten van gemeenten).
Nederlandse gemeenten zouden volgens de regering tot grotere eenheden van meer dan 100.000 inwoners moeten fuseren (opschalen). Er kan dan efficiënter worden gewerkt waardoor er minder geld uit het Gemeentefonds hoeft te worden betaald (opschalingskorting).
De meicirculaire 2022 informeert de gemeenten over de omvang en de verdeling van de algemene uitkering, de integratie-uitkeringen en de decentralisatie-uitkeringen uit het gemeentefonds voor de jaren 2022 en verder.
Aan het hoofd van de gemeentelijke organisatie staat de gemeentesecretaris. De gemeentesecretaris heeft de leiding over de ambtenaren en vormt de verbinding tussen het college van B en W en het ambtelijk apparaat.
We spreken dan van een 'Publiekelijke Ondernemingsvorm'. Deze zijn opgericht door de overheid. Vormen zijn de staat, provincies, gemeenten, maar ook waterschappen, bedrijf- en productschappen vallen hieronder, zolang ze onder de overheid vallen.
Op 31 december 2020 waren er 171.050 medewerkers in dienst bij alle gemeenten. Daarmee is voor het 5e jaar op rij sprake van groei in de gemeentelijke personeelsbezetting.