In principe kan een bij dus niet verdrinken. De hydrofobe waslaag stoot water af.
Verdrinkingsproces. Een verdrinkingsproces duurt 3 à 7 minuten, waarvan maximaal 3 minuten bij bewustzijn. Voor de verdrinking zelf (die begint met de onderdompeling) kunnen twee voorfasen optreden, indien het slachtoffer bij bewustzijn te water raakt.
Verdrinking ontstaat door het inademen van water in de longen. Als iemand langdurig onder water blijft, zal hij eerst zo lang mogelijk de adem inhouden. Maar na korte tijd wordt de drang om te ademen zo groot dat de persoon naar adem zal happen. Hierdoor stroomt er water binnen in de mond en luchtwegen.
Wanneer het lichaam al enige tijd in het water heeft gelegen, heeft de persoon vaak geen herkenbaar gezicht meer. Een manier om een waterlijk te identificeren is door DNA af te nemen. Wanneer er geen bloed meer aanwezig is, wordt dit uit bot of een tand gehaald. Ook het gebit kan veel vertellen.
Als de balans verstoord raakt, hoopt het vocht zich op in de ruimte tussen de vliezen en komt er 'vocht achter de longen'. Er is dan te weinig ruimte voor het longweefsel en er ontstaat benauwdheid of kortademigheid. 'Vocht achter de longen' kan komen door een hart- of leverprobleem, kanker of een infectie.
Symptomen van vocht in de longen
De ophoping van vocht en te weinig zuurstof in het bloed uit zich in kortademigheid. De ademhaling gaat steeds sneller en de neusgaten gaan wijder open staan. Door plat te liggen kun je nog meer last krijgen van kortademigheid.
De pleuraholte is de ruimte tussen het longvlies en borstvlies. Bij een pleuradrainage brengt de longarts een dun slangetje (pleurakatheter) in uw long in de pleuraholte. Met dit slangetje neemt de longarts een teveel aan lucht en/of vocht weg uit de pleuraholte.
De wetgever gaat er van uit dat na een begraving van 10 jaar een lichaam helemaal geskeletteerd is. Dat houdt in dat alleen de belangrijkste grote botten over zijn. Bij sommige mensen zal dit al na 5 of 7 jaar het geval zijn, afhankelijk van de omstandigheden.
Het is zeker geen kwestie van weken of maanden. Voor een lijk in een kist helemaal verteerd is (verdwenen is), moet u aan tientallen jaren denken. Soms kun je na honderden jaren nog skeletten of delen van skeletten op een oude begraafplaats vinden. Soms is na 20 of 30 jaar alles helemaal weg.
Goed nieuws: de kans dat je verdrinkt als je in slaap valt is nihil. Mocht je onder water zakken en water binnenkrijgen, ga je in een reflex hoesten. Je strekt automatisch je benen, en voor je het weet zit je weer rechtop.
Na tien tot vijftien minuten kan bewusteloosheid optreden door onderkoeling. Daarna wordt de kans op verdrinking groot. In water koelt het lichaam twintig keer sneller af dan in lucht.
Late verdrinking, eigenlijk een complicatie aan de longen, kan gebeuren tot zes uur nadat iemand uit het water is gehaald. Vaak zijn jonge kinderen slachtoffer. Even kopje onder kan genoeg zijn. Het begint vaak met je niet lekker voelen, hoesten, pijn bij het ademhalen en benauwdheid, zegt Bierens.
Van 'droge verdrinking' is sprake wanneer je kind bij het zwemmen water binnenkrijgt waarvan hij eerst geen last lijkt te hebben, maar waarvan hij 24 uur later toch nog kan stikken.
In de 5 à 30 minuten na onderdompeling zal het lichaam in een toestand van 'diepweefsel onderkoeling' terechtkomen. De tijd die dit duurt heeft te maken met de watertemperatuur.
Symptomen van secundaire verdrinking
Ook deze volgende symptomen kunnen duiden op secundaire verdrinking: Je kind blijft langdurig hoesten. Het lijkt alsof je kind moeite heeft met ademen. Je kind komt moe en lusteloos over, of lijkt graag te willen slapen.
Na de verzorging kan men bij een intacte huid van zowel de overledene, als nabestaande of verzorger, iemand zonder problemen aanraken. Voor het sluiten van de ogen, is het vaak al voldoende ogen direct na het overlijden met de vingers dicht te strijken.
Binnen twee weken na intreding van de dood komen producten van ontbinding uit de lichaamsopeningen zoals uit de mond, de neus, de anus en eventuele andere lichaamsopeningen (bijvoorbeeld wonden). De stank van rotting is op dit moment overweldigend aanwezig.
Als er wordt gesproken over het schoonmaken na een overlijden of onopgemerkte dood, ligt de nadruk vaak op het risico van bloed overdraagbare ziekteverwekkers. Dit zijn ziektekiemen die in bloed leven en zeer veel ellende kunnen veroorzaken. Sommige van deze ziektekiemen worden bacteriën genoemd en anderen virussen.
Het lichaam laat methaanthiol vrij gedurende het ontbindingsproces. Methaanthiol ruikt naar zweetvoeten en rotte witte kool. Dimethyldisulfide is een stinkend gas dat voortkomt via vele bronnen, zoals bacteriën, schimmels, planten, en dieren. Rottend vlees geeft dit gas af.
Grofweg kan je aanhouden dat massief vuren- of populierenhout 10 tot 15 jaar goed blijft. Eikenhout en tropisch hout 25 tot 50 jaar. Wanneer je kiest voor een fineer houten kist, dat is spaanplaat met een heel dun laagje hout eroverheen, moet je rekening houden met een houdbaarheid van een maand.
Overleden dierbaren die overgegaan zijn naar het Licht, kunnen en komen op bezoek. Veelal zoeken ze contact. Je ervaart dan warmte, liefde en niet meer de onverwerkte emoties en trauma's van die persoon. Vaak kiezen zij ervoor om als tijdelijke gids bij je te blijven en je te ondersteunen.
Vocht achter de longen (pleuravocht)
Door de vochtophoping komen de longen in verdrukking. Dit kan voor verschillende klachten zorgen, bijvoorbeeld benauwdheid. Soms zit er maar heel weinig vocht, waardoor er geen directe klachten zijn.
Een ontsteking van de longvliezen (pleuritis) kan een scherpe pijn geven. De pijn is er steeds en wordt erger bij diep inademen en bij bewegingen. Pijn in de borstkas kan ook komen door een longembolie. Er zit dan een klontje bloed in een bloedvat.
Dit komt gewoonlijk voor na een trauma, mechanische beademing of reanimatie. Hierbij komt er steeds meer lucht in de borstholte zonder dat die weg kan. Hierdoor verhoogt de druk op de organen in de borstholte. Deze situatie is levensbedreigend.
Een longontsteking kun je aan de volgende klachten herkennen: kortademigheid. hoesten. eventueel ophoesten van geel, groen of bruin slijm.