Veel mensen met gevorderde longfibrose zijn bang om te stikken.Dit gebeurt in de praktijk bijna nooit. Als jij hier bang voor bent, is het belangrijk dat je dit vertelt aan jouw longarts of longverpleegkundige. Zij kunnen meer informatie geven en jou ondersteunen.
Ongeacht de oorzaak kan longfibrose uiteindelijk tot de dood leiden. De doodsoorzaak is vaak het gevolg van een geleidelijk afnemende longfunctie gepaard gaande met een steeds ernstiger zuurstoftekort.
Dit is hard nodig om vroegdiagnostiek te bevorderen. In dit filmpje legt Monique uit waarom dit zo is. Longfibrose is een zeer ernstige en in sommige gevallen dodelijke aandoening, waarbij verdikking, verstijving en verlittekening optreedt van het longweefsel.
Klachten / symptomen longfibrose
Niet goed kunnen inspannen en weinig energie hebben. Vermoeidheid. Conditie gaat achteruit. Vage pijn in de borst.
Er bestaat geen medicijn om de fibrose te genezen. Er zijn wel medicijnen die de toename van bindweefsel in uw longen afremmen en daarmee ook de achteruitgang. Deze medicijnen heten Pirfenidone en Nintedanib.
Tegen het einde bent u mogelijk slaperig of bewusteloos. U kunt ook uw interesse in eten en drinken verliezen. Uw ademhalingspatroon kan veranderen en uiteindelijk kan uw huid bleek en vochtig worden en wordt u erg slaperig.
Longfibrose - lichaam en geest
Of heel erg somber zijn over jouw ziekte en nergens meer zin in hebben. Dat zijn psychische klachten. je afsluiten van anderen of juist heel erg hun aandacht eisen. Dit noem je sociale problemen als je ineens afvraagt wat de 'zin' van jouw leven is.
De toegenomen littekenvorming leidt tot toegenomen kortademigheid of kortademigheid bij activiteit. Patiënten verlagen op natuurlijke wijze hun activiteitsniveau en raken na verloop van tijd gedeconditioneerd. Dit kan leiden tot spierverspilling, zwakte, stijfheid en pijn of ongemak bij activiteit.
Deze ziekten komen veel vaker voor. Daardoor krijgen mensen met een interstitiële longziekte gemiddeld pas na elf maanden de diagnose. Bij een ziekte als idiopathische longfibrose heeft iemand zonder behandeling nog drie tot vijf jaar te leven.
Door zuurstofgebruik kunt u zich mogelijk iets beter inspannen, hierdoor kunt u beter in beweging blijven. Helaas is dit niet bij iedere patiënt het geval. Het is een misvatting dat zuurstof verslavend werkt en dat u daardoor steeds meer nodig heeft.
Bij longfibrose gaat het om het meten van de saturatie in het bloed met een metertje aan de vinger of in het slagaderlijke bloed bij een bloedgasmeting. Een waarde van 95 tot 100% is normaal. Zie ook Desaturatie. Met een saturatiemeter (oxymeter) worden de hartslag en de zuurstofsaturatie in het bloed gemeten.
Pirfenidon . Pirfenidon blijkt het proces van littekenvorming in de longen te vertragen door de activiteit van het immuunsysteem te verminderen. Het wordt normaal gesproken 3 keer per dag ingenomen als capsules. Het wordt aanbevolen als uit ademhalingstests is gebleken dat uw longcapaciteit 50% tot 80% is van wat normaal gesproken verwacht zou worden.
Bij 4.4% tot 13% van patiënten met longfibrose komt longkanker voor. (In een enkele studie werd longkanker zelfs bij 48% van de longfibrose patiënten gezien.)
Hospicezorg wordt aanbevolen wanneer de levensverwachting zes maanden of minder is . Om meer te weten te komen over hospicezorg, praat met uw arts, bel de National Hospice and Palliative Care Organization op 1-800-658-8898 of bezoek nhpco.org om een hospiceprogramma in uw gemeenschap te vinden.
COPD (Chronic Obstructive Pulmonary Disease) is één van de meest ernstigste longziekten, waarbij sprake is van voortdurende achteruitgang. De ernst van de ziekte wordt vaak uitgedrukt in zogeheten GOLD-criteria (Global Initiative for Chronic Obstructive Lung Disease).
Werk. Als u nog werkt, dan ondervindt u hier ook uw beperkingen en zult u met uw bedrijfsarts en werkgever over de mogelijkheden moeten praten om minder te werken of zelfs te stoppen. Het wegvallen van sociale bezigheden of uw werk heeft een enorme impact op uw leven, maar ook op dat van uw partner.
Het is niet duidelijk wat de oorzaak is, maar het treft meestal mensen tussen de 70 en 75 jaar oud en komt zelden voor bij mensen onder de 50. Verschillende behandelingen kunnen helpen de snelheid waarmee IPF verergert te verminderen, maar er is momenteel geen behandeling die de littekenvorming in de longen kan stoppen of terugdraaien.
Longfibrose kan acuut ontstaan en snel verlopen, maar meestal begint de ziekte sluipend en gaat u steeds meer achteruit – soms langzaam, soms snel. Bij sommige vormen reageert iemand goed op medicijnen en vallen de klachten mee, al zal de beschadiging van de longen nooit meer herstellen.
Ernstige fibrose kan leiden tot verschrompeling van de lever, dit heet cirrose. Cirrose kan ernstige aandoeningen veroorzaken, zoals slokdarmbloedingen en zelfs kanker in de lever. We kunnen fibrose meten met een fibroscan. De fibroscan meet hoe elastisch uw lever is.
Longfibrose is een zeldzame en ernstige longziekte, waarbij zich in de longen littekens (fibrose) vormen. Hoe meer littekens, hoe stugger de longen en hoe minder makkelijk de longen zuurstof opnemen. Longfibrose is niet te genezen.
De algehele overleving van IPF-patiënten na het starten van zuurstoftherapie is ongeveer 1,5 jaar . Naast longfunctietesten kunnen 6MWT en door de patiënt gerapporteerde uitkomsten worden gebruikt om de prognose nauwkeuriger te voorspellen.
Een veelvoorkomend probleem bij idiopathische longfibrose is de langzame ontwikkeling van zwelling van de benen of oedeem . Dit proces is een maladaptieve reactie op progressieve longziekte. Het hart, de longen, de nieren en de hersenen communiceren allemaal met elkaar via hormonen. Bij een gezonde toestand pompt het hart voldoende bloed naar de nieren.
De duur van de stervensfase is voor elk mens uniek, gemiddeld duurt deze fase 72 uur. Wanneer mensen zich in de laatste levensfase bevinden, hebben zij vaak weinig of geen behoefte aan voedsel en vocht.
Door een longaanval ontstaat vaak onherstelbare schade aan de longen. Na één longaanval volgen er meestal meer, en raken de longen langzaam uitgeput. Jaarlijks sterven meer dan 7.000 mensen aan COPD, grotendeels na een longaanval.
Stabilisatie (behoud van wat je hebt) is dan ook winst. Deze geneesmiddelen, waarvan er momenteel twee beschikbaar zijn voor de behandeling van IPF in Nederland, genezen longfibrose niet. De enige echte doelmatige therapie is een longtransplantatie, maar helaas is dit voor veel mensen geen optie.