Niet alle kinderen die onveilig gehecht zijn ontwikkelen hechtingsproblemen. Maar is dat wel het geval, dan is het belangrijk om te weten dat aan betere hechting gewerkt kan worden. Het vertrouwen van het kind kan hersteld worden door te werken aan de band tussen ouder en kind.
Een onveilige gehechtheid is wel een risicofactor, maar ook wat vanuit het gewone dagelijkse leven te herstellen is. Door nieuwe (wel goede) ervaringen op te doen. Eventueel met extra hulp; een periode behandeling is ondersteunend om oude pijn op te ruimen en nieuwe goede ervaringen binnen te laten komen.
Een hechtingsstoornis kan verdwijnen als het kind in een stabiele gezinssituatie komt waar het zich veilig kan hechten aan emotioneel beschikbare opvoeders. Uit onderzoek blijkt dat voor kinderen met een hechtingsstoornis een veilige en stabiele plek in een gezin positief werkt.
Dit kan schematherapie, systeemtherapie of Emotion Focused Therapy zijn. De doelen van behandelingen bij hechtingsproblematiek kunnen bijvoorbeeld het verbeteren van je zelfbeeld en het leren omgaan met je emoties zijn.
Als je niet veilig gehecht bent als kind, kun je later als volwassene alsnog leren om je veilig kunt hechten. We noemen dat 'earned security', ofwel verworven veilige hechting. Het blijkt namelijk dat, hoewel je hechtingsstijl relatief stabiel is gedurende je leven, je deze toch kunt veranderen.
Hechtingstrauma ontstaat door onveilige of inconsistente relaties met verzorgers in de vroege kindertijd. Dit kan gebeuren door: Hechtingstrauma komt voor wanneer je als kind niet tegemoet bent gekomen in je basisbehoeftes zoals warmte, nabijheid, veiligheid en zorg.
Veilige hechtingsstijl en volwassen relaties
Je voelt je op je gemak bij het uiten van je gevoelens, hoop en behoeften . Je vindt voldoening in het samenzijn met anderen, zoekt openlijk steun en troost bij je partner, maar raakt niet overdreven angstig als jullie twee uit elkaar zijn.
Een kind dat onveilig vermijdend gehecht is, heeft geen vertrouwen in de beschikbaarheid van de opvoeder. Het kind vermijdt contact en reageert nauwelijks als de opvoeder terugkomt na afwezigheid. Het kind blijft dan bijvoorbeeld op zijn speelgoed gericht. Het kind heeft vaak plezierig contact met vreemden.
Onveilige hechtingsstijlen ontstaan doorgaans in de vroege kindertijd als gevolg van de band tussen verzorger en kind . In essentie vormt de manier waarop een kind zijn behoeften ervaart die beantwoord en vervuld moeten worden door zijn verzorger(s) een intern werkmodel van relaties en zichzelf.
Therapie kan ook een geweldig hulpmiddel zijn om te begrijpen waar ongezonde gehechtheden vandaan komen, om meer te leren over de gehechtheidstheorie en om te gaan met onveilige gehechtheden in romantische relaties of andere dynamieken.
Voor mensen met een angstige hechtingsstijl is het belangrijk om (opnieuw) te leren om bewust te worden van onze eigen emotionele behoeften en hoe we deze vervolgens op een gezonde en liefdevolle manier kunnen communiceren. Iets wat hierbij helpt is het vergroten van ons lichaamsbewustzijn.
De borderline persoonlijkheidsstoornis wordt ook als een vroege hechtingsstoornis beschreven. Het is goed denkbaar dat het verstoorde hechtingsgedrag dat deze mensen als kind vaak vertonen, ervoor zorgt dat hun ouders zich ook minder aan hén hechten.
Kinderen die onveilig gehecht zijn, zoeken niet direct contact met of de nabijheid van de ouder. Ze reageren bijvoorbeeld boos, angstig of gestrest op de ouder of ze vermijden de ouder. Het is belangrijk dat je als professional alert bent op de signalen van hechtingsproblemen.
Een verstoorde gehechtheid kan overgaan in een hechtings stoornis als dit niet voldoende snel op de goede manier wordt aangepakt en vormt vooral een risico voor ongewenst of zelfs problematisch gedrag. Het gedrag van een kind met een hechtingsstoornis vertoont vaak veel overeenkomsten met kinderen met ASS of ADHD.
Hechtingsproblemen kun je oplossen.Het vertrouwen kan altijd hersteld worden als je werkt aan de band tussen kinderen en ouders.
Pathologische emotionele gehechtheid is een term die de intense, disfunctionele banden beschrijft die sommige mensen vormen, waardoor hun vermogen om gezonde interpersoonlijke relaties aan te gaan aanzienlijk wordt verstoord .
De angstig-vermijdende hechtingsstijl combineert enkele elementen van de twee andere onveilige hechtingsstijlen – angstig-bezorgd en afwijzend-vermijdend. Ter herinnering: personen met een angstig-bezorgde hechtingsstijl verlangen naar relaties, maar zijn bang voor afwijzing en hebben een laag zelfbeeld.
Drie vormen van onveilige gehechtheidsrelaties. Onder de noemer van 'onveilig gehecht' worden drie verschillende vormen van onveilige gehechtheidsrelaties onderscheiden: vermijdende, ambivalente en gedesorganiseerde gehechtheid. Deze vormen van onveilige gehechtheid resulteren in verschillend gedrag.
Hechting is de emotionele band die je opbouwt met je kind. Die wordt ook wel gehechtheid of gehechtheidsrelatie genoemd en is belangrijk voor de ontwikkeling van je kind. Je kind krijgt daardoor zelfvertrouwen, ontwikkelt veerkracht en kan ervan leren.
Onveilig gehecht op latere leeftijd: Ook op latere leeftijd kan hechtingsproblematiek ontstaan, bijvoorbeeld doordat een kind te maken heeft met een ingrijpende verandering in de leefsituatie, zoals een scheiding, verhuizing of langdurige afwezigheid van ouders.
Onveilig-vermijdende hechting ontstaat doordat de opvoeder niet of niet adequaat reageert op de signalen van het kind. Het kind leert dat het niet bij de opvoeder terecht kan voor hulp, troost, complimentjes of emotionele steun.
Mensen met een vermijdende hechtingsstijl zijn vaak afstandelijk, hebben moeite met het uiten van emoties en zijn erg onafhankelijk. Ze vermijden nauwe emotionele banden en hechten minder waarde aan de bevestiging van anderen.
Het vertrouwen van het kind kan hersteld worden door te werken aan de band tussen ouder en kind. Als professional kun je ouders ondersteunen bij het aansluiten bij hun kind, erop letten dat zoveel mogelijk dezelfde volwassenen voor het kind zorgen en ouders helpen met zich verplaatsen in het kind.
Terwijl een vermijdend persoon weg kan rennen van fysieke of emotionele nabijheid, verwelkomt een veilig gehecht persoon het . Ze maken zich geen zorgen over het codependent worden van hun partner, omdat ze hun gevoel van eigenwaarde kunnen behouden terwijl ze in een relatie zitten. Ze waarderen intimiteit met een ander persoon en zien het als iets speciaals.
De aantrekkingskracht tussen deze twee hechtingsstijlen kan voortkomen uit hun onbewuste verlangen om onvervulde emotionele behoeften uit hun kindertijd te vervullen . Angstige mensen kunnen onbewust aangetrokken worden tot vermijdende partners omdat ze een uitdaging of een kans vertegenwoordigen om de emotionele connectie te bereiken waar ze naar verlangen.