bijwoorden van tijd: wanneer, morgen, vandaag, gisteren, binnenkort, onlangs.
Bijwoord. (tijdrekening) morgen: de eerstvolgende dag na vandaag.
Morgen is een bijwoord van tijd.
Net als een bijwoord zegt ook een zelfstandig naamwoord iets over een ander woord. Het belangrijkste verschil tussen deze twee woordsoorten is dat een bijvoeglijk naamwoord alleen iets over een zelfstandig naamwoord zegt. Een bijwoord zegt juist iets over een werkwoord, ander bijwoord of bijvoeglijk naamwoord.
gisteren = bijwoord (van tijd)
bijwoorden van plaats/richting: waarheen, hier, elders, ginds, opzij. bijwoorden van tijd: wanneer, morgen, vandaag, gisteren, binnenkort, onlangs. aanwijzende bijwoorden: daar, hier, nu. onbepaalde bijwoorden: ergens, nergens, nooit, altijd.
Toelichting. Ter aanduiding van de dag die onmiddellijk is voorafgegaan aan vandaag worden de bijwoorden gisteren en gister gebruikt.
Bijwoord. ▸ Hier ging ik vanavond slapen, helemaal in mijn eentje.
Mooi is bijwoord bij het bn rode. Ik heb een mooie rode auto. Mooie zegt nu wél iets over het zn auto en is dus bijvoeglijk naamwoord.
Het bijwoord nog wordt onder andere gebruikt om (samen met andere woorden) een aspect van tijd, herhaling, hoeveelheid of versterking uit te drukken. Ik wil wel, maar nu nog niet. Hij wil nog eens. Ik heb nog vijf tanden.
Wel functioneert als bijwoord ter bevestiging. Ook in deze betekenis wordt dan wel als twee woorden geschreven.
Bijwoord. Hij had bijna genoeg geld om die auto te kopen. Bijna voldoende betekent meestal helemaal gezakt.
Voorbeelden bijwoord
Het bijwoord in elke zin is roze.
Niet is een bijwoord van ontkenning dat de inhoud van een zin ontkent of bijvoorbeeld een werkwoord, deelwoord, bijvoeglijk naamwoord of bijwoord dat erop volgt: niet doen, niet gezegd, niet lopend, niet verlegen, niet erg, niet bijzonder slim enzovoort.
Morgen is vanuit het actuele tijdstip (het nu) de dag die hierna om 12 uur 's nachts begint. In de 24-uurstijdsindeling begint een nieuwe dag om 0:00:00 en eindigt deze om 23:59:59. Vanuit een niet-actueel tijdstip wordt meestal gesproken van de dag daarop of daarna.
Het bijwoord heden en de vaste combinatie op heden kunnen 'vandaag, op deze dag' of 'tegenwoordig, in deze tijd' betekenen. (Op) heden is vrij formeel. U kunt beter een gewoner synoniem gebruiken: vandaag, vandaag de dag, tegenwoordig.
Het bijwoord weer heeft de betekenis 'opnieuw'. Het drukt een herhaling uit.
De woorden 'dag' en 'week' zijn bijvoorbeeld ook zelfstandige naamwoorden.
bijwoord heeft dezelfde vorm als bijvoeglijk naamwoord
Het kan ook voorkomen dat een bijwoord dezelfde vorm heeft als het bijvoeglijk naamwoord. Dit is onder andere het geval bij woorden in de vergelijkende trap, zoals groter, beter, verderen de overtreffende trap, zoals grootst, meest, snelst, enz.
Eigenlijk kun je zowel als bijvoeglijk naamwoord (De eigenlijke oorzaak van het probleem…) als als bijwoord (Dat is eigenlijk best een vreemd verhaal) gebruiken.
De woorden plots en plotseling kunnen in de standaardtaal allebei als bijwoord en als bijvoeglijk naamwoord gebruikt worden.
Bijwoorden gebruik je in een zin om extra informatie toe te voegen over hoe, wat of wanneer. Meestal voegen bijwoorden die informatie toe aan het werkwoord in de zin, maar soms ook aan een bijvoeglijke naamwoord of aan een ander bijwoord.
Bijwoord. Als je het te snel doet, lukt het niet.
vaak bijwoord Uitspraak: [ vak ] vele keren Voorbeeld: 'Als het mooi weer is, ga ik vaak wandelen.