Maïs bevat het meeste zetmeel van alle voeders voor paarden, maar heeft een even lage verteerbaarheid van zetmeel. Maïs is echter bijzonder geschikt voor extreem magere paarden die moeten worden vetgemest. Het graan bevat veel vet, maar is ook arm aan eiwitten en ruwe celstof.
Rijpe maïskolven kunnen aan paarden worden gevoerd. Een maïskolf is rijp als de korrels donkergeel zijn en er geen melk uit de korrels komt. De bladeren die om de maïskolf zitten, kunnen ook gevoerd worden, maar het is verstandiger om deze te verwijderen omdat er vaak veel zand op en tussen deze bladeren zit.
Let op dat snijmaïs voor paarden geen broei of schimmel bevat want dit kan koliek veroorzaken. Omdat maïs veel energie bevat, maar weinig voedingsstoffen, staat het bekend als een dikmaker. Als meer zetmeel (dit zit in maïs) gevoerd wordt, past de vertering zich aan door meer zetmeel afbrekende enzymen te maken.
Extra krachtvoer kan het paard dikker maken, andere dikmakers zijn haver, geplette gerst, maismeel, geweekte bietenpulp en olie. Maar ook hier is vooral de hoeveelheid en de kwaliteit van het ruwvoer zeer belangrijk.
Snijmais bevat veel energie, redelijk veel vezels en weinig tot geen eiwitten.Dit maakt het een ideale aanvulling op het dieet van je paard.
Mais wordt vaak gezioen als een vorm van ruwvoer, maar in feite is het krachtvoer. Door het voeren van een grotere hoeveelheid verse mais kunnen verteringsproblemen ontstaan die zich uiten in onder meer te dunne mest en afname van de melkproductie.
Kies de juiste kwaliteit ruwvoer, voorkom voerfouten
Fijn en zacht hooi bevat meer energie en eiwit dan grof hooi. Voor een paard met overgewicht moet je van deze rijke kwaliteit de hoeveelheid sterk beperken om het paard niet nog dikker te laten worden.
Geef een paard dat dikker moet worden goed voedzaam hooi of voordroogkuil en vermijd grofstengelig en moeilijk verteerbaar ruwvoer. De kwaliteit en de voedingswaarde van ruwvoer kunnen per partij verschillen. Wil je zeker weten dat de kwaliteit van je hooi goed is, dan moet je het laten testen.
Groenten voor paarden: Naast fruit is groente (met mate) ook een optie. De volgende groenten kan je veilig aan je paard voeren: broccoli, boerenkool, spruitjes, spinazie, radijsjes en wortelen. Vooral wortelen zijn een gezonde aanvulling, ze bevatten erg weinig suiker, veel vocht en daarnaast ook nog bèta-caroteen.
Een normaal paard heeft voor zijn onderhoud dagelijks zo'n 1 - 1,5% van zijn lichaamsgewicht nodig aan ruwvoer (droge stof). Een paard van 600 kg heeft dus 6 tot 9 kg ruwvoer (droge stof) per dag nodig. Dat is 30 - 45 kg vers gras (ervan uitgaand dat dit uit 80% water bestaat) of 7,5 - 12 kg hooi (20% water).
De hoeveelheid ruwvoer die je geeft kan je uitdrukken in hoeveelheid energie of gewicht. Je kan je paard teveel energie geven zonder de maximale hoeveelheid in gewicht te overschrijden. Dit uit zich dan in gewichtstoename van je paard.
Kuilgras is zwaarder dan hooi en bevat meer water, dus een paard heeft ca. 2 - 2,5 kg per 100 kg lichaamsgewicht kuilgras nodig om de spijsvertering gezond te houden.
Hooi van goede kwaliteit is meestal diep groen tot geel-groen in plaats van geel of bruin van kleur. Maar let op: de kleur zegt niet altijd iets over het ruwvoer. Let daarnaast op onkruiden die eventueel giftig kunnen zijn. Een groot aandeel onkruid heeft ook invloed op de voedingswaarde.
Er komen veel verschillende planten voor die giftig zijn voor paarden. Beruchte giftige planten zijn jacobskruiskruid, taxus, buxus, hulst, heermoes, adelaarsvaren, waterscheerling en klaver.Ook de minder bekende acacia en esdoorn kunnen voor grote problemen zorgen.
Groentes zoals boerenkool, broccoli, spruitjes, radijsjes, spinazie, komkommer en wortelen kunt u aan uw paard voeren. Dit uiteraard met mate. Vooral wortelen zijn goed voor paarden, ze bevatten bèta caroteen en bevatten weinig suikers. Let er wel op dat u de wortelen niet in ronde stukjes snijdt.
Bananen voor paarden kunnen een lekker tussendoortje voor het paard zijn. De meeste vitamines zitten in bananen. Vitamine B6 bijvoorbeeld helpt je paard bij het opbouwen van een goede weerstand. Bananen bevatten Kalium.
Niet alle groente en fruit kunnen gevoerd worden, dus kies niet voor andere dan die hier genoemd worden. En neem bij voorkeur biologische en onbewerkte groente en fruit. Om mee te starten: bietjes, bleekselderij, courgette, komkommer, pastinaak, sla, venkel en wortel.
Luzerne is een vlinderbloemige plant die rijk is aan vezels. De structuur van luzerne is zeer grof waardoor je paard extra goed moet kauwen wanneer je dit voert. Het voordeel van veel kauwen is dat je paard meer speeksel aanmaakt. Wanneer je paard weinig kauwt, maakt hij ook weinig speeksel aan.
Wij adviseren altijd de hoeveelheid hooi met 10% te verminderen en dit kun je niet op het oog doen, daarvoor moet je het echt even wegen. Ook zegt de hoeveelheid hooi al iets over de energiewaarde van het hooi, geef je nu al weinig, dan is de energiewaarde waarschijnlijk wel (te) hoog voor jouw paard.
Hij beweegt zacht pendelend of hangt ontspannen, wordt recht gedragen. Het paard knijpt de staart niet tegen zijn billen en hangt hem ook niet scheef. Je ziet geen schuurplekken. Een gezond paard heeft gave hoeven, zonder ringen, groeven en scheuren.
Antwoord: De richtlijn voor de hoevelheid hooi voor een paard per dag is ca. 1,5 kg per 100 kg lichaamsgewicht. Een paard van 600 kg zou dus ongeveer 9 kg ruwvoer per dag moeten krijgen.
Hooi bestaat hoofdzakelijk uit gedroogd gras, maar er kunnen ook andere planten inzitten. De kwaliteit van het hooi kan met behulp van de geur, kleur en samenstelling ingeschat worden: Groene kleur en frisse kruidige geur: dit hooi heeft maar kort kunnen drogen, ca.4 dagen.
Kuilgras bevat meer eiwitten die minder goed verteerbaar zijn voor een paard en de kwaliteit van kuilgras kan zeer wisselend zijn met name tussen verschillende sneden/partijen. Hooi bevat meestal weinig eiwitten en heeft een hoog vezelgehalte. Door het grote volume van het hooi worden de darmen langer gestimuleerd.